Moskeeën worden vaak exclusief geassocieerd met achterstand en marginaliteit. Zo ook de Essalam Moskee in Rotterdam-Zuid die in 2010 werd geopend. De realiteit van de Essalam Moskee is echter een andere, zo betoogt onderzoeker Pooyan Tamimi Arab. Volgens hem is het ook een plek waar jongeren gesteund worden om sociale achterstanden weg te werken.
Moskeeën zijn vaak op onaantrekkelijke locaties gebouwd. In de buurt van een snelweg, een ziekenhuis, een kerkhof of een GAMMA. Wat zegt dat over de Islamitische gebedshuizen? De Rotterdamse socioloog Willem Schinkel ziet, bijvoorbeeld, een verband tussen de fysieke locatie van moskeeën, vaak in de periferie en op goedkopere grond, en de lagere sociale plaats van moslims in Nederland. Moskeeën zijn volgens Schinkel daarom elementen in de productie van wat hij noemt ‘marginale ruimtes’ voor moslims in Nederland. Maar voor de gebruikers van een moskee is een nieuw gebouw doorgaans een verbetering. Het nieuwe gebouw staat niet voor achterstand, maar voor emancipatie. Om een realistisch beeld te krijgen van een moskee is het mijns inziens dan ook niet voldoende om naar WOZ waarden en geografische distributie te kijken. Het doet er namelijk ook toe hoe een gebedshuis gebruikt wordt in de dagelijkse praktijk. Dat wil ik graag illustreren aan de hand van de Essalam Moskee in Rotterdam.
De Volkskrant publiceerde in 2012 op diens website een column van Ahmed Marcouch met daarbij een foto van de Essalam Moskee. De titel luidde: ‘Het tuig gaat met de ramadan aan de haal’. Op de foto zien we heren die op zoek zijn naar hun schoenen na afloop van een avondgebed, waaronder een jongetje. Bedoelde de Volkskrant dat dit jongetje tot de categorie tuig hoort? En wat heeft de moskee eigenlijk te maken met tuig?
Wat Marcouch verder in het artikel schrijft, daar hoeven we nu niet op in te gaan. Waar het mij om gaat is dat op een niet zo subtiele wijze ons wordt aangeleerd dat de moskee verbonden is met achterstand, met tuig, hooligans en criminaliteit. Marcouch noemt Rotterdam niet, maar bij de combinatie van moslims en tuig wordt door de foto onmiddellijk een verband tussen de Essalam Moskee en tuig gelegd. De realiteit van de Essalam Moskee is echter een andere. De moskee is een plek waar jongeren gevonden en beïnvloed kunnen worden door mensen die sociale achterstanden juist tegen willen gaan. Van alle activiteiten die de moskee heeft ontplooid zal ik me concentreren op twee jongerenavonden, georganiseerd in 2012 en 2013, die gericht waren op de hoge werkloosheid onder jongeren in Rotterdam-Zuid. Maar eerst nog even een korte terugblik op wat de Rotterdamse burgemeesters hebben gezegd over de toekomst en potentieel van het gebouw toen de eerste steen werd gelegd, in 2003, en tijdens de feestelijke opening in 2010.
Exotische attractie of een gebouw om mens te zijn
In zijn proefschrift Constructing Mosques, the governance of Islam in France and the Netherlands, vertelt Marcel Maussen over de voormalige burgemeester van Rotterdam, Ivo Opstelten, die zich samen met wethouder Marco Pastors op de dag van de feestelijke opening negatief uitliet over de moskee. Opstelten vond het ontwerp van het gebouw maar raar, een “exotische attractie”. Hij sprak zich ook uit over de aparte ingang voor vrouwen. Met andere woorden, de Essalam Moskee was een gemiste kans: “Wij dachten dat er ook een kans lag om een gebaar te maken van uw kant. Een gebaar waarmee u aangeeft te luisteren naar onze wens: de wens tot erkenning van onze cultuur”. Maussen merkt op dat de burgemeester enkele jaren eerder, net na 11 september 2001, bij de steenlegging van de Mevlana Moskee helemaal niet zulke bezwaren had gemaakt, terwijl dat gebouw net zo goed als “exotisch” zou kunnen worden omschreven. Toen de grondruilovereenkomst voor de start van de bouw van de Essalam Moskee dan eindelijk werd getekend, klapte iedereen behalve Pastors. De toenmalige wethouder hield zijn armen over elkaar.
Hoe anders was de opening van de Essalam Moskee in december 2010! Deze keer was burgemeester Aboutaleb eregast. Samen met de gemeenschap van de moskee liepen hij en wethouder Karakus van het voormalige gebedshuis in de buurt naar het nieuwe gebouw. Aboutaleb sprak de gemeenschap veel liefdevoller toe. Ter illustratie enkele fragmenten: “… [De Esssalam Moskee is] een gebouw dat een bijzondere betekenis heeft voor veel Rotterdammers. Een gebouw om samen te bidden, om elkaar te ontmoeten, een gebouw om mens te zijn. Een gebouw dat veel comfortabeler is dan de moskeeën waar gelovigen doorgaans tot nu toe op waren aangewezen.” Inderdaad, hoe anders was de conceptie van de zogenaamde “gastarbeider”! Het werven van gastarbeiders was een slimme manier om goedkope arbeidskrachten te vinden. Vergeten was in die tijd dat de gastarbeider niet alleen een animal laborans was, maar een mens van vlees en bloed, met een eigen taal, gewoontes en verlangens.
Maar Aboutaleb sprak de moslimgemeenschap ook iets strenger toe: “Maar dames en heren, wij zijn er nog niet … De Essalam Moskee zal zijn plek in de Rotterdamse samenleving moeten veroveren. Een gebouw neerzetten is een ding. Acceptatie, vertrouwen en respect komen daarna.” Aboutaleb zei dat de moskee, ondanks de negatieve maatschappelijke sentimenten jegens de Islam, als taak had om door middel van zijn activiteiten het vertrouwen van de stad te winnen. We moeten dus het gevestigd zijn van een gebedshuis in de stad onderscheiden van het fysiek neerzetten van een gebouw. Gevestigd zijn in een meer dan minimale zin vereist respect van anderen. Zich inzetten voor de sociaal-economische vooruitgang van Islamitische jongeren is een van de manieren waarop de moskee dat respect kan verdienen.
Koran recitaties en de waarde van werk
De jongeren van de Essalam Moskee organiseren lezingen, werken aan het versterken van hun imaan (geloof) en komen bijvoorbeeld bij elkaar om te praten over “het gedrag van de moslims” naar aanleiding van zinloos geweld. Volgens deze organiserende jongeren, zoals blijkt uit de vele lezingen die in de moskee gegeven zijn, is een ware moslim “een zegening voor de mensheid, hij denkt geen kwaad, hij kijkt niet naar kwaad, hij luistert niet naar kwaad en hij doet geen kwaad. Geen leugen zal over zijn lippen komen. Hij zal zijn levensonderhoud eerlijk verdienen en nog liever honger lijden dan voedsel te eten dat met uitbuiting en onrecht werd verkregen. Hij onderdrukt niemand en eerbiedigt ieders leven, ongeacht ras of stand.” Dat betekent ook dat de jonge moslims elkaar waarschuwen voor de verleidingen van de duivel, de “shaitaan, moge Allah hem vervloeken”, om zo bijvoorbeeld de “zomerse verleiding” te kunnen weerstaan.
Eén van de jongerenavonden in 2012 ging over “de waarde van werk”. De moskee werkte samen met een aantal bedrijven van de haven, waaronder Deltalinqs, om de jongeren aan te sporen een technische opleiding te volgen en zodoende een goede baan in de haven te vinden. Naast de goedwillende bedrijfsmensen was Pastors ook van de partij. “Jullie kennen hem wel hé?”, werd het publiek gevraagd alvorens het woord aan de voormalige criticus van de moskee te geven. De mensen lachten. “U komt toch niet om te zeggen dat we onze Marokkaanse paspoorten moeten opgeven meneer Pastors?” Weer werd er gelachen en ook een beetje gefluisterd. Het ijs leek makkelijk te breken. Pastors vertelde over zijn nieuwe baan als directeur van het Nationaal Programma Kwaliteitssprong Zuid. Hij had grote zorgen. Teveel Marokkaans-Nederlandse jongeren op Rotterdam-Zuid haalden hun middelbare school diploma niet. Het ging om minstens één op de vijf leerlingen. Bovendien leefden 44% van de werkelozen van Rotterdam op Zuid. Aan de ene kant werd er geklapt voor Pastors zijn betoog om samen met bedrijven zoals Deltalinqs de werkeloosheid onder de jongeren terug te dringen. Aan de andere kant zorgden onhandige opmerkingen, zoals zijn oproep om thuis meer Nederlands te spreken (een heel irritant en vervreemdend verzoek, kan ik als kind van een vluchteling vertellen), ervoor dat scepsis bleef bestaan. “Wat gaat u voor ons doen?” riepen enkelen. Ze maakten zich zorgen over discriminatie. Toch was de komst van Pastors goed voor de relatie tussen moskee en criticus. Ondanks zijn onhandige uitspraken en soms demotiverende toon lijkt het me daarom te cynisch om te twijfelen aan zijn oprechte intentie om de jongeren te helpen.
De jongens werden die avond bovendien ook vermanend toegesproken door geloofsgenoten, die benadrukten dat het belangrijk was om je best te doen voor de samenleving, ook al valt het in de praktijk niet altijd mee. Maar waar Pastors vooral benadrukte wat er niet goed ging, was de (in het Nederlands gesproken) toespraak van Alexander Abdullah, een bekeerde moslim die op diverse plaatsen actief is als spreker, bedoeld om emotioneel te raken. Verwijzingen naar de hoogtijdagen van het Islamitische Andalusië moesten de jongeren in het hedendaagse Rotterdam aansporen om ambitieuzer te worden en het heft in eigen handen te nemen. Tussen de lezingen door werd er gebeden.
De combinatie van religieuze en maatschappelijke doelen op deze bijeenkomst werd gewaardeerd. De jongeren meldden zich die avond aan voor een bustour door het havengebied. Dit alles betekent niet dat het probleem van de werkloosheid makkelijk en in één keer opgelost is, maar wél dat de moskee een uitstekende plek bleek te zijn om grote groepen jonge moslims te bereiken.
Een jaar later werd er wederom voor de jongeren een avond georganiseerd, gewijd aan opleidingen en het vinden van een goede baan. Het thema was “de meest geliefde daad”. Deze keer keek ik thuis mee via een livestream. De Essalam Moskee doet namelijk aan Facebook, e-mail, SMS en livestreams. Het publiek werd eerst tot rust gebracht met een Koran recitatie van de imam, waarna Alexander Abdullah opnieuw een moreel betoog hield: “De meest geliefde dienaar van Allah is degene die het meeste van voordeel is voor anderen.” Abdullah benadrukte vooral het belang van goede gewoontes, die leiden tot de vorming van een sterk en stabiel moreel karakter.
Aan het einde van zijn betoog koppelde hij de religieuze boodschap aan een werkveld, namelijk de techniek. Een goede baan hebben, houdt volgens hem in wezen het verwerven in van een plek in de maatschappij en om zich zodoende ook ethisch te ontplooien. Abdullah: “Wil jij slagen als persoon, en als gemeenschap, zorg er dan voor dat je verwordt tot een stabiele persoon.” Vervolgens werden de jongens door enkele onderwijs- en bedrijfsmensen voorgelicht over het belang van de techniek, over opleidingen die ze konden volgen en bijvoorbeeld over de metaalindustrie. Het viel me op dat er deze keer voor een veel positievere aanpak was gekozen in vergelijking met het voorgaande jaar. Er werd minder gezeurd over hoe slecht het wel niet ging in Rotterdam-Zuid, maar vooral benadrukt wat er allemaal mogelijk was. Wie steeds weer wordt verteld dat hij een nietsnut is, kan beschadigd raken. De jongerenavond echter bracht een veilige atmosfeer tot stand waar kritiek mogelijk was en waar de kinderen – want vaak gaat het om zeer jonge mensen – aangespoord kunnen worden.
Aan het einde van de avond werd de moskee kort bezocht door Hugo de Jonge, de Rotterdamse wethouder van Onderwijs, die glimlachend benadrukte dat hij het leuk vond om een keer in een moskee te mogen spreken. “Het is heel goed dat jullie vanavond bij elkaar zijn en nadenken over werk, over hoe je de juiste keuzes maakt … We hebben ontzettend veel mensen nodig in de techniek … Weet dat de werkgevers jullie straks ontzettend hard nodig hebben.”
Sociale emancipatie dankzij de moskee
Wat kunnen we nu concluderen uit de voorbeelden die ik geschetst heb? Eerst een kritische opmerking: het is mij opgevallen dat de Essalam Moskee vooral een mannelijk bolwerk is, waar jonge mannen aangespoord worden om in de haven en in de techniek te werken. De aandacht die de moskee aan jonge mannen geeft wordt niet geschonken aan meisjes en jonge vrouwen. Als de moskee werkelijk de emancipatie van moslims bevordert, dan geldt dat niet in dezelfde mate voor de vrouwen. Gendergelijkheid staat niet hoog op de agenda van de moskee als je op deze voorbeelden af gaat. Voor de mannen geldt echter wel dat de moskee een plek is die actief “de productie van marginaliteit”, zoals Schinkel het proces dat tot sociale achterstanden leidt omschrijft, probeert tegen te gaan. De Essalam Moskee is een plek die de sociale emancipatie van Rotterdam-Zuid kan bevorderen. We moeten ons hierbij geen utopische voorstellingen maken, maar het is belangrijk te beseffen dat de jongeren actief en zinvol bezig zijn.
Waar ik me aan heb geërgerd is een betuttelende toon naar de jongeren toe. Zo werd er vaak benadrukt dat een lager opleidingsniveau ook goed is. Ik begrijp best dat er gemotiveerd moet worden en dat het daarvoor goed is om de lat niet te hoog te leggen, zodat de toehoorders niet vervreemd raken. Maar laten we niet vergeten dat ambitie en concurrentie ook effectief kunnen zijn in dit opzicht. Een Hollands “doe maar gewoon dan doe je gek genoeg” en “je moet het hoofd niet boven het maaiveld uitsteken” is niet geschikt voor elke groep. In mijn eigen Iraans-Nederlandse gemeenschap worden kinderen vaak juist gewezen op hun talenten. Er wordt iets van hen verwacht en zesjes zijn uit den boze. Zelfs wanneer de ouders zelf niet hoogopgeleid zijn, worden de kinderen opgevoed met het idee dat ze allemaal in principe een universitaire opleiding kunnen voltooien en dat niets hen daarbij in de weg staat. Kinderen krijgen zelfvertrouwen door steeds weer te herhalen dat ze iets wél kunnen. En ze kunnen het ook, wanneer de juiste begeleiding er is. Zo kreeg ik van de Essalam Moskee onlangs een e-mail over een Marokkaanse organisatie die Marokkaans-Nederlandse kinderen helpt met de voorbereiding op de CITO-toets. Een hoopvol teken. Ik weet wat ik zeg. Als kind kreeg ik een HAVO advies. Waarom was niet duidelijk. Op mijn “doe maar gewoon” Montessori school moest je het vooral rustig aan doen. En ik was pas een paar jaar in Nederland, heb een exotische naam, dus te hoog willen reiken zou wel eens voor onnodig veel spanning kunnen zorgen. Inmiddels ben ik een aantal universitaire diploma’s verder en momenteel aan het promoveren.
Ik twijfel er niet aan dat veel jonge moslims de Essalam Moskee bezoeken met hetzelfde potentieel. De cultuur van onzekerheid moet worden vervangen door een cultuur van zelfvertrouwen, zodat zij kunnen bloeien. Daarvoor zijn extra begeleiding en aansporing nodig, maar misschien nog belangrijker is een liefde van hun omgeving die het zelfvertrouwen diep van binnen doet toenemen. Ik hoop dat Rotterdam hen die liefde zal schenken.
Al 17 reacties — discussieer mee!
Sorry,my bad.Geen moslim of geen intellectueel?Je kan natuurlijk niet echt aan de hand van slechts een tekst een heel persoon typeren.Dat is onzin.Maar de tekst kwam heel reflexmatig op me over.Overigens vind ik de orthodoxe en de Finse kerk ook ontzettende legogebouwen en van weinig fantasie getuigen.De dag dat er Nederlandse moslims opstaan zal t begin van de integratie markeren.De Marrokkanse (lees evenzogoed Finse) jongeren kunnen beter hun oren richting Amsterdam spitsen dan richting Rabat.
Geen moslim of überhaupt gelovig. Wel ontevreden met de nadruk op “integratie”, zoals die vaak begrepen wordt in Nederland. Ik ben een voorstander van het New York-model van integratie en omgang met diversiteit, ook al zal het niet zo snel hier zoals daar worden.
Om dan toch over de bouwstijl iets te zeggen: ik heb zelf een bachelor kunstgeschiedenis. Ik begrijp en ben dus heus wel bekend met de kritieken vanuit heel verschillende hoeken op de bouwstijl. Als je echt je best doet om de zaak vanuit het perspectief van die mensen te bekijken, dan kom je echter tot een milder oordeel, is mijn eigen ervaring. Niet dat je het ineens een fantastisch gebouw vindt, maar ook niet alleen keiharde kritiek. Meer zoiets als “kritisch respect”.
In New York leven hele gemeenschappen – tienduizenden – van verschillende etnische gemeenschappen nog volledig langs elkaar heen en spreekt een groot aantal niet eens Engels. Bijvoorbeeld binnen de Chinese gemeenschap. Dat lijkt me hier absoluut niet wenselijk.
We mogen zo langzamerhand (ook ik als linksmensch) best eens over het idee heen stappen dat integratie een vies woord is. Nederland is een gemeenschap waarin wat mij betreft iedereen welkom is. Maar aanpassing aan de maatschappij waarin je terecht komt (vanuit jezelf) is volgens mij niet meer dan vanzelfsprekend. Het creëren van een nieuwe eigen maatschappij binnen de maatschappij, kan toch niet de bedoeling zijn. ”
Zo blijf ik ook bij mijn punt: Voor mijn part bouwen we 30 moskeeën bij in Rotterdam. Voor Rotterdamse moslims. Niet voor Turken of Marrokkanen. Als ik me morgen bekeer, wil ik er ook gebruik van kunnen maken. En liefst ook nog kunnen verstaan wat er gepredikt wordt.
De soep wordt niet zo heet gegeten….
Natuurlijk is er ruimte voor milder oordeel.Het is hartstikke goed dat ze een moskee hebben.Men mag er ook best trots op zijn.Maar er moet ook ruimte zijn voor discussie op het niveau:is n moskee überhaupt nodig geweest voor de Marokkanse gemeenschap.Of was ze zelfs wenselijk?Als geestelijk/maatschappelijk leiders hebben ze hier toch n kans verspeeld voortouw te nemen richting een Europees islam.
Voor de uitwerking van een dergelijke kritiek op de bouwstijl, zie het boek Euro-Islam architectuur van Christian Welzbacher.
Bedankt voor je artikel Pooyan. Informatief op verschillende vlakken.
Hoe kun je een emanciperende rol toedichten aan een moskee die in uiterlijk alles uitstraalt dat tegen de moderniteit ingaat? Het is een kitscherige suikertaart naar voorbeeld van traditionele (eeuwenoude) islamitische architectuur uit het Midden-Oosten. In niets sluit het aan op de architectuur de omgeving of de modernistische filosofie van de stad. Alsof de Hervormde Gemeenschap een kerk zou bouwen in neogotiek. Die gemiste kans, waar dhr. Opstelten op doelde, onderschrijf ik in dit opzicht volledig.
Ook opmerkelijk: moskeeën, niet gebaseerd op geloofsovertuiging ( of stroming) maar op land van herkomst. Een Marokkaanse moskee? Een Turkse moskee? Hoe kan er een emanciperende werking uitgaan van een moskee, die in eerste instantie voor Marokkanen is en niet voor Rotterdammers die toevallig islamitisch zijn? Moeten de islamieten van Turkse afkomst naar Spangen afreizen?
Hoeveel emancipatie gaat überhaupt uit van een groep mensen die de eigenheid van de groep en het land van herkomst blijft benadrukken?
En wat is er raar aan, om mensen aan te sporen thuis zoveel mogelijk Nederlands te spreken, als je merkt dat veel kinderen en jongeren, overwegend van allochtone afkomst, met taalachterstanden kampen en daardoor aansluiting missen in het onderwijs?
Eens met Frank.
Het lijkt of het doel van dit stukje vooraf is opgesteld:bevorderen van tolerantie en downplayen van integratiefails.Dit voorkomt een goede, rationele analyse en kritische houdin.Ik denk dat veel moslimintellectuelen hiermee te maken hebben.
Hoi Frank,
ik wil toch graag even reageren. Ik vind het een beetje vreemd dat je over het uiterlijk van de moskee begint, terwijl juist insteek van het artikel is: laten we nu eens niet kijken naar het fysieke gebouw, maar naar de activiteiten die de moskee ontplooit.
Over het feit dat moskeeën zijn gekoppeld aan een land van herkomst. Dat lijkt een beetje eigen aan religieuze instellingen. In Rotterdam is er ook de Finse kerk, en uit mijn hoofd noem ik ook de Zweedse, de Deense, de Schotse, de Noorse, een Russisch-orthodoxe en een Grieks-orthodoxe kerk. In de Waalse kerk worden de diensten nog steeds in het Frans gegeven. Middenin Londen City staat een Nederlandse kerk…
Over je laatste opmerking: in het artikel wordt die oproep aan kinderen gedaan. Maar wat voor zin heeft het om thuis Nederlands te spreken als je ouders die taal niet machtig zijn?
Wél een leuke vraag is om te zien welke moskee in Rotterdam het meest in de buurt komt van een ‘Poldermoskee’. Ik heb ooit eens een aflevering van Mijn Moskee is Top gezien, over een oorsprong Somalische moskee op Zuid bij Maashaven waar de voertaal Nederlands is en om die reden veel moslims van verschillende achtergronden over de vloer krijgt: http://mijnmoskeeistop.ntr.nl/2011/06/20/moskee-dar-al-hijra/
Elke sheik kan van ons benzineverbruik best 10 of 100 miljoen € in een moskee investeren. Bouwers juichen maar daarmee is het probleem van de integratie van Arabieren hier niet opgelost. Laat sheiks en reageerders eerst eens relevante onderzoeksrapporten lezen. Ik noem:
* Komen en gaan – selectieve migratie in Rotterdam 2009
* Radar – Rotterdam in evenwicht 2012
* Staat, markt en immigratie – proefschrift 2007
* De Staat van integratie Rotterdam – Amsterdam 2010
* Is de maat echt vol? Afscheidscollege Joop Hartog 2011
Even voor de duidelijkheid een reactie op Iblis (lol): ik ben geen “moslimintellectueel”.
Het is niet mijn bedoeling om “integratiefails” te ontkennen, maar slechts een nuancering aan te brengen in het beeld dat al over de moskee bestaat. Het was zeker geen poging om de activiteiten van de moskee te romantiseren en ik zeg ook nergens dat ik denk dat deze activiteiten zo effectief zijn dat de problemen daarmee opgelost (zullen) worden.
Oh well … doceo, sed frustra
Deze nuancering heeft bij de meesten al lang postgevat; zelfs voor degenen die nooit deel hebben genomen aan een geloofsgenootschap is het volledig aannemelijk dat de moskee het beste voor heeft met haar leden en dat ze dus gestimuleerd worden om succesvol te zijn binnen hun gemeenschap en de maatschappij. Dit lijkt mij ook geen probleemgebied, het wordt pas lastig als er een vermeend normatief conflict is tussen het eigen “moskee” normen stelsel en het normenstelsel van de adoptieve maatschappij. Dit zijn dan ook de discussies die er toe doen, nuancering op die thema’s levert een bijdrage omdat het cliché vooroordelen zou kunnen destabiliseren, helaas draagt de eindconclusie slechts bij aan de verankering van het beeld dat in de moskee de nadruk ligt bij de mannelijke leden.
Inderdaad helaas …
Hoi Eeva,
Die andere kerken die jij noemt, hebben evenals de moskee bestaansrecht. Het is een vrij land. Maar voor al deze instituten geldt, dat ze eerder een vorm van segregatie dan van integratie zijn.
Wel gaat het bij die kerken om kleinere gemeenschappen. In het geval van de beide grote moskeeën, kan het de samenleving binnen de stad mijns inziens geen goed doen, wanneer zo’n groot deel van de Rotterdamse bevolking zichzelf blijft verenigen op basis van land van herkomst. Als je een moskee bouwt voor marokkanen, bouw je hem niet voor Rotterdamse moslims in het algemeen. Een kwalijke zaak. En je blijft voor jezelf uitgaan van een wij – zijsamenleving. Noem het een nieuw soort verzuiling.
Want betreft het zoveel mogelijk thuis Nederlands spreken: ook voor de ouders is het gunstig om thuis zoveel mogelijk Nederlands te spreken. Juist, wanneer ook zij moeite met de taal hebben.
Even voor de duidelijkheid. De moskee is NIET in een “Marokkaanse” stijl gebouwd. Zie het proefschrift hierover van Eric Roose.
Essalam moskee word bestuurd door voornamelijk marokkanen,en mevlana door voornamelijk turken daarom word het ook turkse en marokkaanse moskee genoemd.
En iedereen is er welkom.