De Rotterdam Architectuurprijs staat dit jaar in het teken van transformatie. Natuurlijk doen wij met Vers Beton ook een duit in het zakje. Vijf redacteuren nomineren hun favoriete transformatiegebouw en leggen uit waarom juist dit project moet winnen.
In tijden van crisis, leegstand en een verschuivende focus naar duurzaamheid krijgen verouderde gebouwen steeds vaker een nieuw leven. De Rotterdam Architectuurprijs staat dit jaar daarom in het teken van transformatie. Niet zo gek in een stad waar De Machinist, Central Post en de Minimall slechts een kleine greep zijn uit een groeiende poel van meer en minder geslaagde transformatieprojecten. Op 18 december wordt de winnaar van de Rotterdam Architectuurprijs 2013 bekend gemaakt, maar tot 20 september kan het publiek zelf projecten voordragen. Natuurlijk doen wij met Vers Beton ook een duit in het zakje. Vijf redacteuren nomineren daarom hun favoriete transformatiegebouw en leggen uit waarom juist dit project moet winnen.
De Piekstraat: spontane kwaliteitssprong
Rotterdam kent veel mooie, bijzondere transformatieprojecten die terecht aandacht krijgen; de Minimall, het Schieblock, de Creative Factory en de klushuizen sieren zelfs de buitenlandse designbladen. Er is echter een project dat bij het grote publiek nog wat onder de radar is gebleven: de tot kantoor verbouwde fabrieken aan de Piekstraat in Feijenoord. Het gaat om de Kuypers machinefabriek uit 1914 en de Struycken & Co metaalfabriek uit 1951, die ontwikkelaar Vincent Taapken met zijn bedrijf New Industry heeft herontwikkeld tot kantoorgebouw.
De hekken rondom de fabriek zijn verdwenen, grote glazen puien zijn in de oude toegangspoorten geplaatst en karakteristieke elementen van de panden zijn bewaard gebleven. Het interieur is door Ector Hoogstad Architecten smaakvol ingericht met een lichte constructie. Het is dan ook niet verwonderlijk dat deze mooie combinatie van oud en nieuw al genomineerd is voor verschillende designprijzen. Het is geen megalomaan project, maar behapbaar en tegelijkertijd indrukwekkend. Een voorbeeld voor de herontwikkeling van industriële gebouwen waar er we natuurlijk meer van hebben in Rotterdam.
De belangrijkste reden waarom juist dit transformatieproject een nominatie verdient: dankzij de herontwikkeling van dit pand hebben de ingenieurs van IMd hun kantoor vanuit de Alexanderpolder verhuist naar Feijenoord. Een kwaliteitssprong voor Zuid waar geen dubbeltje overheidsgeld aan te pas kwam.
Genomineerd door: Eeva Liukku
Schieblock: samen stad maken
De Biergarten, BAR, Groos en de Dakakker: ze zijn bijna niet meer weg te denken uit het Rotterdamse. Slechts een paar jaar geleden was het Schieblock een onopvallend en verlaten kantoorpand. De gedaanteverwisseling van de saaie 5.600m2 grote bedrijfsruimte naar een levendig en bruisend stuk stad wordt nationaal en internationaal geroemd. En niet voor niks. De activisten en ontwerpers Elma van Boxel en Kristian Koreman – de oprichters van ZUS – begrijpen het proces van transformatie. Ze weten op een speelse manier geleidelijk gebouw en stad te veranderen.
Via campagnes, feesten, en mediastunts heeft ZUS een enthousiaste en actieve groep gebruikers aan het Schieblock weten te binden. Door de locatie te benoemen tot ‘test-site’ of ‘stadslaboratorium’ hebben ze de bureaucratische regeltjes weten op te rekken en ruimte voor het experiment gecreëerd. Stap voor stap is er samen een nieuw stukje stad ontwikkeld.
De uiteindelijke architectonische ingrepen zijn simpel maar doeltreffend. De dichtgetimmerde plint is vervangen door grote glazen etalages. De nieuwe publieke functies zijn helder zichtbaar vanaf de straat. Enkele zelf getimmerde zitmeubels transformeren een looproute in een verblijfsruimte. De gele strepen op het wegdek geven aan dat je hier een speciale zone passeert.
En dan is er natuurlijk nog de luchtsingel. Er is veel over te zeggen, maar deze felgele houten voetgangersverbinding maakt het Schieblock al vanaf het Hofplein zichtbaar. En in de Biergarten vormt de brede trap een gewilde apenrots om in de zon en uit de wind heel hip Rotterdam te aanschouwen.
Transformatie is een proces. Het vergt tijd en geduld maar ook timing en creativiteit. Sinds het Schieblock staat het onderwerp ‘transformatie’ bij beleidsmakers, ontwikkelaars en investeerders op het netvlies. Nieuwe mogelijkheden en gebruiksvormen zijn onder de aandacht gebracht. Daarmee vormt het Schieblock een inspirerend voorbeeld voor de transformatie van de vele vierkante meters leegstand in Rotterdam.
Genomineerd door: Karin van Rooij
Calandstraat 25: grauw bruin wordt smetteloos wit
In het hart van het Scheepvaartkwartier heeft Studio Hartzema een leegstaand kantoorpand getransformeerd tot een statig woongebouw in smetteloos wit.
Waar het bakstenen gebouw uit 1972 voorheen het historisch karakter van de wijk schade toebracht, is het na zijn transformatie een tijdloos gebouw geworden dat zich prachtig in de monumentale omgeving van het Scheepvaartkwartier voegt. Het pand is iets verhoogd, waardoor de verticaliteit van het oorspronkelijke pand extra benadrukt wordt. Een belangrijke verbetering is ook de begane grond, waar hekwerken plaats hebben gemaakt voor uitnodigende entrees.
Veel mensen hadden het oorspronkelijke pand graag gesloopt zien worden. Deze succesvolle transformatie laat zien dat er ook voor dit soort panden een nieuw leven weggelegd kan zijn. Het zou mooi zijn als het kantoorpand ernaast een vergelijkbare toekomst tegemoet gaat.
Genomineerd door:: Tim de Bruin
Rotterdam Centraal: transformatie als logistieke opgave
‘Transformatie’, hoor ik u denken, ‘dit is toch gewoon nieuwbouw?’ Daar is wat voor te zeggen, maar volgens mij zijn er genoeg redenen om de aanpak van het stationsgebied onder de noemer transformatie te scharen. De prachtig gerenoveerde Provenierstunnel is bijvoorbeeld onlangs weer in gebruik genomen. Maar veel belangrijker nog: de raison d’etre van ieder treinstation, de sporen, zijn nagenoeg onveranderd gebleven. Een groot gedeelte van het project behelsde sloop- en nieuwbouw, maar het moge duidelijk zijn dat er niet vanuit het luchtledige een nieuw station is gebouwd.
En het moet gezegd: het werkt. Er is een zee aan ruimte, er is daglicht, en er zijn prachtige zichtlijnen door het gebouw en op de stad. Zonder al te veel moeite kun je je voorstellen dat dit station de voorspelde 300.000 bezoekers per dag met gemak aan zal kunnen. Wellicht nog knapper is de manier waarop de transformatie van het station al een half decennium (!) in goede banen geleid wordt. Het is weliswaar een bij tijd en wijle labyrintische bouwput, waar de achteloze reiziger wekelijks via een andere route doorheen geleid wordt, maar diezelfde reiziger wordt altijd goed geïnformeerd en in woord en beeld op de hoogte gehouden van de vorderingen. En laten we wel wezen, een nieuwe kap bouwen over een station dat tezelfdertijd volledig operationeel blijft, moet zo ongeveer de Rubik’s Cube onder de logistieke opgaven zijn.
Over veel architectonische keuzes zou ik me kunnen beklagen, maar voor het tot op heden schijnbaar vlekkeloze proces en de ruimtelijkheid en functionaliteit van het getransformeerde station verdienen de architecten, opdrachtgever en bouwer wat mij betreft niets dan lof.
Genomineerd door: Sereh Mandias
Justuskwartier: continuïteit en vernieuwing
Dat een renovatie niet altijd een verbetering is, daar weten ze bij het Justus van Effenblok alles van. In de jaren ’80 werd het gebouw flink toegetakeld. Het werd wit gepleisterd en voorzien van aluminium kozijnen, waardoor het prachtige vooroorlogse complex van architect Michiel Brinkman (ook bekend van de Van Nelle-fabriek) onherkenbaar werd. Jarenlang stond het gebouw, ooit de top of the bill van de sociale woningbouw, anoniem in de beruchte wijk Spangen.
De nieuwste renovatie doet echter wat het moet doen: behouden en duurzaam vernieuwen. Het complex werd aan de buitenkant grotendeels in de oorspronkelijke staat teruggebracht, terwijl achter de voordeur de noodzakelijke vernieuwingen werden doorgevoerd. Zo heeft een in de binnenkant samengevoegd appartement aan de buitenkant nog altijd twee voordeuren. Dit lijkt onzinnig, maar juist deze details vertellen de geschiedenis van dit monument van de sociale woningbouw. Blijkbaar woonden hier vroeger mensen op de helft van wat wij tegenwoordig als de minimale norm van een goed leefoppervlak kennen!
Het mooiste is echter dat van de nieuwe appartementen opnieuw een deel werd gereserveerd voor sociale huur. Het nieuwe, moderne en duurzame Justuskwartier verloochent zijn afkomst niet.
Genomineerd door: Myrta Otten
Over het beeld
De illustraties “Manipulated Modernism” zijn van Menno van der Meer die graag laat modernistische gebouwen zélf transformeert tot Escheriaanse proporties. Menno van der Meer (1978) deed Design Academy, is autodidact architectuurfotograaf en heeft oa gewerkt voor OMA en Hans Werlemann. Zijn bureau heet Studio Kazerne.
Ken je ook een transformatieproject dat voor de Rotterdam Architectuurprijs 2013 in aanmerking moet komen? Projecten voordragen kan tot 20 september op airfoundation.nl/RAP010
Al 5 reacties — discussieer mee!
Wat een mooie plaatjes!
Ik zou graag de link van de rotterdam architectuurprijs willen zien in het stuk.
kunnen we ook de andere kandidaten zien…
Er stond een link in, maar die was niet gehyperlinkt. Nu gedaan. Dank voor de opmerkzaamheid!
Zijn er van de verschillende projecten zelf geen foto’s? Deze zijn ook mooi, maar zetten je wel een beetje op het verkeerde been…..
Een linkje naar het project in de Piekstraat zou wel makkelijk zijn. Volgens mij komt daar geen hond