De gemeenteraadsverkiezingen vinden pas over vijf maanden plaats, maar Vers Beton weet de uitslag al: Leefbaar wordt de grootste. Dat blijkt uit een gedetailleerd onderzoek van promovendus Joost Smits, dat hij uitvoerde voor Vers Beton. Welkom in de verkiezingscampagne van de toekomst! Door Inge Janse en Ties Joosten.
Leefbaar Rotterdam: wij zullen PvdA nóóit onderschatten Ronald Buijt, campagneleider bij Leefbaar Rotterdam, veert direct op bij het horen van van de naam Joost Smits. De Leefbaren hebben in het verleden namelijk al vaker gebruikgemaakt van zijn diensten. “Mooi om te horen dat een vakman als Joost Smits op dit gebied ons als waarschijnlijke winnaar aanwijst.” Maar, benadrukt Buijt, verkiezingen zijn méér dan wetenschap alleen. “Emotie, profilering van een lijsttrekker, landelijke sentimenten, gedoe in een partij, alles kan uiteindelijk van invloed zijn. Wat ik wil zeggen: wij zullen tot 19 maart, 21.00 uur blijven vechten voor iedere stem. Al staat zij straks wellicht op grote achterstand in een peiling, we zullen de PvdA nóóit onderschatten. Nooit! Zij is namelijk erg goed en ervaren in campagnevoeren.” Wat natuurlijk niet wil zeggen dat Buijt er niet vanuit gaat dat Leefbaar Rotterdam de grootste gaat worden. “Daarover bestaat bij ons geen enkele twijfel.”
Leefbaar wordt de grootste omdat de partij over een trouwere achterban blijkt te beschikken dan de PvdA. Daarnaast blijkt uit de analyse dat de sociaaldemocraten veel meer dan Leefbaar last hebben van concurrentie van de SP.
In dit artikel lichten we toe hoe het door Joost Smits ontwikkelde model keihard de gangbare gedachte onderuit haalt dat kiezers onvoorspelbaar zijn. Daarnaast maken we inzichtelijk hoe het Rotterdamse stemgedrag beter begrepen kan worden en leggen we aan de hand van interactieve kaarten van de deelgemeente Delfshaven uit hoe de vier grootste partijen in Rotterdam (PvdA, Leefbaar, VVD en SP) er nog zouden kunnen groeien. Tenslotte leggen we uit hoe het model een voorspellende waarde kan hebben en hoe we weten dat Leefbaar Rotterdam de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 gaat winnen.
De voorspelbare kiezer
Als we de analisten mogen geloven is de kiezer op drift. Plaatjes waarin ons land van PvdA-rood (gemeenteraadsverkiezingen 2006) naar CDA-groen (Tweede Kamerverkiezingen 2006) en later naar VVD-blauw (Tweede Kamerverkiezingen 2012) verschiet, lijken het beeld van een op hol geslagen kiezer te ondersteunen.
Toch is de kiezer niet volslagen de weg kwijt in het politieke doolhof. De meeste mensen twijfelen bij verkiezingen namelijk tussen maar twee, misschien drie verschillende partijen – niet tussen alle. Rijkeluisgebied Hillegersberg wordt bijvoorbeeld nooit ineens een SP-bastion. Of de VVD bij verkiezingen nu wint of verliest, in Hillegersberg is de partij telkens populairder dan gemiddeld. Aan de hand van deze kennis zijn wetmatigheden te destilleren. Vergelijk het met het paard op een schaakbord: het stuk lijkt alle kanten op te bewegen, maar wie de regels kent ziet wel degelijk een patroon.
PvdA: het is maar een onderzoek hoor! Bij de PvdA reageren alle kandidaat-lijsttrekkers op hun eigen manier om het voorspelde verlies.
Hamit Karakus ziet elk onderzoek of peiling naar stemgedrag als een momentopname: “Wij geloven in ons verhaal en laten ons daarom niet in de war brengen door een onderzoek of een peiling.” Karakus onderkent het belang van kiezersanalyse: “Ook wij voeren daarom braaf ons huiswerk uit. Wij weten waar de Rotterdammer zich zorgen over maakt.”
Carlos Goncalves kijkt terug en concludeert: deze analyse zit er helemaal naast. “Sinds 2002 wordt er bij elke verkiezing voorspeld dat de PvdA gaat verliezen, en deze voorspellingen zijn elke keer gelogenstraft. Dat zal ook nu niet anders zijn.” Goncalves ziet Smits model daarom ook als een theoretische oefening, leuk voor de discussie, maar verder irrelevant. “Wij trekken ons er helemaal niets van aan, en gaan volgens een beproefde strategie campagne voeren. Het resultaat op 19 maart 2014 is dat we wederom de grootste zijn in Rotterdam.”
Leo Bruijn is het meest positief: “Het is een zeer interessante analyse. Natuurlijk analyseren wij al de uitkomsten per stembureau om te bepalen waar onze kiezers zitten, maar het doorrechercheren op postcodeniveau is natuurlijk een verdere verfijning. Bedankt!” Maar verliezen? Dat gaat ook volgens Bruijn niet gebeuren. “Het verleden leert ons dat de invloed van de landelijke politiek onderhevig is aan hevige schommelingen. Ik vind het daarom te vroeg om al conclusies te trekken. Ik weet dat de PvdA het in Rotterdam procentueel altijd beter doet dan in de rest van Nederland. Mijn voorspelling is dan ook dat na een zware nek-aan-nekrace de PvdA de winnaar zal zijn.”
De VVD scoort in Hillegersberg altijd bovengemiddeld
De eerste pijler van het model van Joost Smits is gebaseerd op het idee dat typische VVD-buurten niet zomaar in een SP-bastion veranderen. De onderzoeker verzamelde namelijk van alle verkiezingen sinds 1998 de uitslagen per stembureau (dit zijn feitelijk dus de duizenden individuele verkiezingsuitslagen van stembureau’s). Vervolgens verdeelde hij deze uitslagen per partij in vijf groepen: in groep één de 20 procent stembureaus die voor bijvoorbeeld de VVD het beste resultaat lieten zien, in groep twee de 20 procent stembureaus’s waar de liberalen een net wat minder resultaat behaalden, etcetera, tot groep vijf, waarin de 20 procent slechtst scorende stembureaus voor de VVD zitten. En ja hoor! Bij alle verkiezingen sinds 1998 behoorden de stembureaus in Hilligersberg voor de VVD tot de eerste groep. Ook alle andere politieke partijen blijken soortgelijke bastions te kennen.
Openbare datamijn
Deze wetmatigheid combineerde Smits met een gigantische berg openbare data over de eigenschappen van een straat of wijk, de tweede pijler van zijn rekenmodel. Veel van deze data verzamelt en publiceert het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op postcodeniveau. Voorbeelden hiervan zijn gemiddelde leeftijd, gemiddeld inkomen, inkomensongelijkheid, gezinssamenstelling en gemiddelde huizenwaarde in een postcodegebied. Bovendien verzamelde Smits aanvullende data op buurt- en wijkniveau, zoals het (on)veiligheidsgevoel.
Vervolgens liet Smits een zwaar, zelf geschreven computerprogramma uitrekenen wat voor een partij bepalende kenmerken zijn om al dan niet op die partij te stemmen. Met andere woorden: welke kenmerken heeft Hillegersberg gemeen met andere gebieden die voor de VVD een goed resultaat laten zien? Hieruit blijkt bijvoorbeeld dat stembureaus in een gebied waar de inkomens gemiddeld hoog zijn, voor de VVD significant betere resultaten laten zien dan stembureaus in lage inkomensgebieden. Een hoog gemiddeld inkomen in een gebied voorspelt dus een bovengemiddeld resultaat voor de VVD in het desbetreffende stembureau, een laag gemiddeld inkomen voorspelt een ondergemiddeld resultaat.
Overigens heeft elke partij eigen eigenschappen die van invloed zijn op de uitslag. Het D66-stemgedrag hangt bijvoorbeeld onder meer af van de gezinssamenstelling. Ook kan het model van Smits meerdere kenmerken tegelijk aanwijzen als bepalend voor de uitslag van een partij. Naast het gemiddelde inkomen kunnen dat voor de VVD bijvoorbeeld de gemiddelde waarde van een woning in een gebied zijn, het gemiddelde (on)veiligheidsgevoel in de wijk en nabijheid van openbare voorzieningen zijn. Zo kunnen dus per partij uitgebreide profielen van relevante kenmerken worden samengesteld.
Expert Kirsten Verdel: dit is de toekomst van campagnevoeren Als er iemand in Nederland veel weet van campagnevoeren, dan is het Kirsten Verdel. Deze Rotterdamse was niet alleen PvdA-campagneleider bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2006, ook werkte zij in 2008 als enige Nederlander mee aan de roemruchte campagne van Barack Obama. Na lezing van het artikel concludeert zij:
“Dit is zeker de toekomst van campagnevoeren, feitelijk naar Amerikaans model. Veel partijen experimenteren al jaren met persoonlijk campagnevoeren, maar het komt nog steeds niet echt van de grond bij gebrek aan menskracht, geld en het vermogen een backoffice in te richten die goed in kaart brengt waar potentiële kiezers zitten. Er wordt nauwelijks informatie genoteerd over de samenstelling van huishoudens waar wordt aangebeld, laat staan over de wensen en eisen van die potentiële kiezers. Het is allemaal erg hap snap.
De PvdA experimenteerde in 2006 met canvassen (langs de deuren gaan) in wijken die in vergelijking met andere delen van een buurt homogeen van samenstelling zijn. De PvdA scoorde in die buurten uiteindelijk 6 procent hoger dan waar niet gecanvast was. Het concept is dus ook in Nederland al bewezen.
Voldoende mensen op de been krijgen om dergelijke acties uit te voeren is echter een voortdurend probleem, mede dankzij een algehele misère over de politiek als instituut. Verder heeft een aantal partijen überhaupt geen traditie van het opzoeken van kiezers. VVD’ers doen dit in Rotterdam (en elders) niet snel. Een ander type mensen is daar lid van. Minder activistisch.
Op papier is het dus makkelijk: je weet precies waar je heen moet. De meeste politieke partijen hebben daar ook wel een goed beeld bij. Maar ze hebben niet de investeringsmogelijkheden om er echt werk van te maken. In de VS is dat veel verder natuurlijk: in 2008 wist de Obama campagne 39 karakteristieken van de gemiddelde kiezer, in 2012 waren dat er 1009. Daar is veel meer geld om grootschalige acties te organiseren.”
Wat is de winst?
Daarmee zijn we er nog niet. Zoals al gezegd zijn veel data die Smits gebruikt beschikbaar op postcodeniveau. Als het model dus heeft uitgerekend dat een stembureau in een gebied met hoge gemiddelde inkomens voor de VVD significant hogere uitslagen laat zien, kan het daarna postcodes aanwijzen waar de gemiddelde inkomens ook hoog zijn.
Politieke partijen weten zelf vaak niet beter dan per stembureau waar ze al dan niet kiezersgunst kunnen verwachten. Smits model kan dit uitrekenen per postcode. Stembureaus zijn doorgaans ingericht op zo’n 1200 stemgerechtigdem, terwijl in één postcode (vier letters, twee cijfers) gemiddeld 39 Nederlanders wonen. Smits kan dus veel fijnmaziger dan politieke partijen zelf aanwijzen in welke straten of zelfs straatgedeeltes ze hun campagne moeten intensiveren voor een maximaal resultaat. Iedereen die de herverkiezingscampagne van Barack Obama gevolgd heeft, weet hoe belangrijk dit soort zeer gedetailleerde kiezersinformatie is.
Smits benadrukt overigens dat het model niet verder kan inzoomen dan tot op postcodeniveau, plus dat stemmers natuurlijk nergens toe verplicht zijn. “Uitspraken over kiezers zelf zijn te veel gevraagd, en uiteindelijk zijn kiezers vrij om te stemmen op de partij die ze willen”, onderstreept hij. “In bijna elk stembureau zijn dan ook stemmen op alle partijen te vinden. Het gaat erom dat op sommige locaties de kans op een hoge of lage score voor een partij groter is dan op andere locaties.”
Voorbeeld: Delfshaven
Tijd voor een voorbeeld, waarvoor we inzoomen op de deelgemeente Delfshaven. In deze wijk komt de PvdA al vele verkiezingen als grootste uit de bus. De PvdA kan daarom de conclusie trekken dat zij daar de campagne moet intensiveren om kiezers vast te houden en verder te groeien, terwijl de VVD al snel denkt dat zij zich beter op een andere wijk kan richten. In Delfshaven is niets te halen voor de liberalen, toch?
Mis! Uit een grondige analyse door Smits’ model, gemaakt voor Vers Beton, blijkt namelijk welke kiezerseigenschappen voor de VVD in Rotterdam belangrijk zijn, en ook in Delfshaven bevinden zich postcodes die aan deze eigenschappen voldoen. Denk hierbij aan de wat sjieke Matthenesserlaan, middenin Historisch Delfshaven en in de hoek Heemraadssingel-Graaf Florisstraat.
Om dit duidelijk te maken, werken we voor de drie grootste partijen van Rotterdam (PvdA, Leefbaar Rotterdam, VVD) én de SP uit welke mogelijkheden het model van Smits biedt.
De VVD
Kijken we naar de kaart, dan zien we vier soorten blokken: rood, blauw, paars en grijs. Rood betekent dat een postcodegebied weinig van de voor VVD doorslaggevende kenmerken bevat. Hoe donkerder rood, des te minder hoeft de partij ervan te verwachten. Blauw houdt in dat een postcodegebied wél de voor de VVD belangrijke kenmerken bevat, en dat de VVD bij het stembureau in de buurt doorgaans ook een hoge score behaalt. De VVD is hier dus populair, en via de stembusuitslag weet de VVD dat zelf ook. Grijs betekent dat er te weinig gegevens zijn om er ook maar iets over te zeggen.
Als laatste de paarse blokken, die zijn het meest interessant. Paars betekent namelijk dat het postcodegebied de voor de VVD doorslaggevende kenmerken bevat, maar dat de VVD bij het stembureau in de buurt een lage score behaalt. Neem bijvoorbeeld de bezitters van dure huizen in Historisch Delfshaven. Zij delen het stembureau met het veel grotere aantal mensen dat in de sociale huurwoningen direct achter hen woont. Bij dat stembureau zal de VVD dus een mager resultaat halen, maar de stemmen die het wél behaalde kwamen hoogstwaarschijnlijk uit de ‘paarse’ postcodeblokjes.
Het zou dus wijs zijn als fractievoorzitter Maarten van den Donk met zijn foldertjes voor de Jumbo op de Schiedamseweg gaat staan, want dáár winkelen de mensen die in hem zijn geïnteresseerd. De voormalige Aldi op de Schans, die midden tussen de sociale huurwoningen achter historisch Delfshaven ligt, kan hij beter links laten liggen.
De PvdA
Voor de PvdA geldt een beetje het omgekeerde. Heel Delfshaven kleurt na de analyse van Smits blauw. Oftewel: de wijk voldoet namelijk in grote mate aan de voor de PvdA belangrijke kenmerken (zoals het percentage niet-Westerse allochtonen), en de partij behaalt bij de stembureaus ook een hoge score. Niet toevallig kleuren juist de postcodegebieden die bij de VVD populair waren (Matthenesserlaan, Historisch Delfshaven, Heemraadssingel en de Graaf Florisstraat) voor de PvdA rood.
Tussen de Pieter de Hoochstraat en de Willem Buytewechstraat bevindt zich echter een voornamelijk paars buurtje. De PvdA scoort hier bij verkiezingen dus minder goed dan je op basis van de gebiedskenmerken zou verwachten. Kandidaat-lijsttrekker Hamit Karakus zou hier dus eens langs de deuren moeten om naar de noden en wensen van de bewoners te luisteren.
Leefbaar Rotterdam
Voor Leefbaar Rotterdam kleurt ook bijna heel Delfshaven rood, want het is een echte PvdA-buurt (en stemmers op Leefbaar hebben andere eigenschappen). Toch zijn in Delfshaven ook voor Leefbaar een aantal straten opvallend paars, dus daar is winst te boeken. Neem bijvoorbeeld de Gijsinglaan die langs Park 1943 loopt, dáár wonen de (potentiële) Leefbaar-kiezers. Ook rond de Henegouwerlaan en het G. W. Burgerplein – waar Pim Fortuyn ooit woonde – leven mensen die aan de voor Leefbaar Rotterdam doorslaggevende kenmerken voldoen.
De SP
Tenslotte de SP. Opvallend is dat voor deze partij bijna heel Delfshaven paars kleurt. Hier wonen dus veel mensen die voldoen aan voor de SP doorslaggevende kenmerken, zoals een laag gemiddeld inkomen, iets wat ook bij de PvdA een belangrijk kenmerk is. Met name ten westen van de Aelbrechtskade en ten zuiden van de Matthenesserlaan wonen veel potentiële SP-stemmers, en dus kunnen de socialisten in deze wijk met gerichte campagnes veel stemmen afsnoepen van de PvdA.
Leefbaar wordt de grootste
Een extra bonus van Smits’ model is dat het ook enige voorspellende waarde heeft, zoals voor de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2014. Met name de eerste pijler van zijn model, waar feitelijk in kaart wordt gebracht in hoeverre bepaalde stembureaus bij verkiezingen een continue boven- of ondergemiddelde uitslag voor een partij laten zien, is daarbij belangrijk. Hieruit blijkt namelijk dat Leefbaar een veel trouwere aanhang heeft dan de PvdA. Zo stemmen sinds 2002 vooral de Rotterdamse buitenwijken telkens voor Leefbaar.
Maar ook de aan de hand van de openbare data opgestelde profielen van per partij belangrijke kenmerken geeft een belangrijk inzicht. In Delfshaven zagen we dat veel doorslaggevende factoren om al dan niet op de PvdA te stemmen (zoals een laag gemiddeld inkomen en een hoog percentage inwoners met een niet-Westerse achtergrond), overeenkomen met doorslaggevende factoren om al dan niet op de SP te stemmen. Aan de basis van de PvdA wordt dus veel meer dan aan de basis van Leefbaar geknabbeld.
Tel daarbij feiten op die wel al algemeen bekend zijn, zoals dat het verschil tussen Leefbaar Rotterdam en de PvdA in 2010 erg klein was (slechts 754 stemmen) en dat de lokale PvdA ongetwijfeld iets zal lijden onder de prestaties van zijn landelijke collega’s (die in peilingen tot bijna de helft van hun electoraat verliezen), en je weet genoeg: Leefbaar Rotterdam wint de gemeenteraadsverkiezingen van 2014.
Ben je benieuwd naar hoe het model van Joost Smits precies werkt? Op YouTube legt hij alles uit!
Al 18 reacties — discussieer mee!
Een probleem dat ik zie met dit model is dat er voor de middenpartijen zowel potentieel op links als op rechts ligt, maar dat het onmogelijk zal zijn aan beide kanten te scoren. Als de VVD goed bijvoorbeeld wil scoren in historisch Delfshaven en in het gebied Heemraadssingel/Graaf Florisstraat (nu D66/GL-bolwerken), dan kan dat met een wat meer links-liberale koers. Alleen vallen er dan aan de rechterkant kiezers die twijfelen tussen Leefbaar en VVD af.
Verder is het wel machtig interessant informatie allemaal.
Veel zal echter ook afhangen van de landelijke ontwikkelingen. Als de kabinetsplannen en het akkoord daadwerkelijk opleveren wat beoogd is, dan groeit de aanhang van PvdA en VVD gestaag.
Daarnaast blijft de factor Eerdmans lastig. Hij heeft drie publieke functies en is geen Rotterdam. De vraag zal zijn of de Rotterdam waardeert dat iemand van buitenaf wordt ingevlogen. Van Aboutaleb werd dit aan het begin niet geaccepteerd, maar hij is nu naar mijn mening een zeer goede burgemeester voor Rotterdam. En Eerdmans heeft eigenlijk nog helemaal niets gepresenteerd. Al draagt ie wel mooie pakken, maar of de Rotterdammer daar intrapt…
En om op bovenstaande reacties te reageren… Zo rechts is Delfshaven niet. De bakfietsen en linnen tasjes bepalen voor een groot deel het straatbeeld. Zeker op de genoemde burgemeester Meineszlaan, Heemraadssingel ed…
Mooi werk! Al lijkt het vermeende VVD-jachtgebied in Delfshaven me eerder een doelwit voor GroenLinks.
Het is een mooi model dat Joost Smits heeft uitgewerkt en het lijkt zeer aannemelijk dat Leefbaar de grootste gaat worden. De partij is volwassen geworden, heeft een trouwe aanhang en al twee periodes geen intern gedoe gehad. Daarbij blijkt Leefbaar op belangrijke dossiers bijv. de miljoenen tekorten, BOOR, en cliëntelisme in Feijenoord -waar het stadsbestuur pijnlijk blundert- telkens gelijk te krijgen.
De PvdA doet het in Rotterdam (en Amsterdam) tegen elke landelijke trend in altijd veel beter dan op grond van prestaties verwacht mag worden. Het is een publiek geheim dat met de 350 miljoen euro subsidies die elk jaar verstrekt worden, de PvdA een enorme achterban kan mobiliseren. De PvdA zit werkelijk in de haarvaten van de welzijns- bewoners- en migrantenorganisaties. Voeg daarbij een campagne specifiek gericht op de allochtone achterban, waarbij Leefbaar consequent als racistisch wordt weggezet, en de PvdA is altijd verzekerd van minimaal twaalf zetels. Dat verklaart ook waarom de SP in Rotterdam geen voet aan de grond krijgt terwijl op papier zij een enorm potentieel heeft.
Toch zou je het verder moeten doortrekken naar voor 2002 toen leefbaar er nog niet was. Want wat natuurlijk, of misschien ook wel, niet te voorspellen is is de opkomst of deelname van een nieuwe (lokale) partij.
Als je de uitslagen voor 2002 meetelt is er misschien voor sommige partijen een groter potentieel, al kan een buurt natuurlijk in die tijd in samenstelling zijn veranderd.
Verder overigens hulde voor model en stuk
De conclusie van het artikel is dus: PvdA en LR zijn in potentie even groot, maar de PvdA zal last hebben van de slechte landelijke peilingen. Fantastisch dat iets wat zo ongelofelijk evident is dat platgetrapt de lading niet eens dnekt, als baanbrekende onthulling kan worden gepresenteerd.
Daarnaast, welke invloed zullen mogelijke nieuwkomers als een eventuele ouderenpartij en moslim partij hebben?
Overigens, de vier grootste partijen in Rotterdam zijn LR, PvdA, VVD en D66. Niet de SP zoals in de inleiding wordt gesteld.
Mijn commentaar op jullie artikel.
En de conclusie:
De tweestrijd zal dus gaan tussen links en rechts (niet tussen LR en PvdA) om de meerderheid. En binnen links en rechts zullen de partijen winnen die met het meest overtuigende verhaal komen. Als tussenstand en momentopname zijn dat Leefbaar Rotterdam op rechts en de SP op links.
Heel wetenschappelijk onderbouwd Leo (van de SP)
Dank je voor je vragen. Als een ouderenpartij in Rotterdam de kiezer kan overtuigen, kan dat Leefbaar Rotterdam bedreigen. Idem voor een moslimpartij, die PvdA zal bedreigen. Er zijn altijd dingen te verzinnen, bijv. dat PvdA de coalitie in Den Haag verlaat, en daardoor een positief resultaat krijgt (hoewel: “de breker betaalt”). Of dat er juist problemen komen in de SP, waardoor die geen vuist kan maken tegen PvdA. Maar, zoals het er nu voorstaat, gezien de stabiele wingebieden, gezien de concurrentie die PvdA meer heeft dan Leefbaar (beide onderwerpen die ik heb onderzocht), en gezien het kleine verschil in 2010 tussen PvdA en Leefbaar, voorspel ik dat Leefbaar Rotterdam de grootste wordt.
De “vier grote partijen”, daar heb je een punt. Bij de recentste verkiezingen in 2012 was SP de 4e grootste partij, bij de laatste Raadsverkiezingen in 2010 was SP 7e. SP is gekozen vanwege Delfshaven, als bedreiger van PvdA.
Dank voor je reactie. Goed punt. Ná de verkiezingen moet er een coalitie worden gevormd, tenzij een partij de absolute meerderheid heeft. Het is denkbaar dat Leefbaar de grootste wordt, maar toch niet in een coalitie komt. Maar of het in de campagne al een “strijd tussen links en rechts” wordt, dat moeten we avonturen. Dan zouden partijen al vroeg voorsorteren op het soort coalitie, met alle risico’s van dien. SP kan, denk ik, beter zo hard mogelijk blazen, en zo veel mogelijk kiezers ophalen (vaak ten koste van PvdA), dan voorsorteren op een coalitie met PvdA. Maar, moeten ze natuurlijk lekker zelf weten.
Dank voor je reactie. Ik heb verder niet specifiek gekeken naar het jachtgebied van VVD en GroenLinks in Delfshaven. Wel kan ik zeggen dat in Rotterdam als geheel de jachtgebieden niet opvallend samenhangen (niet in 2010 en niet in 2012). Zoals dat wel is bij PvdA en SP, of VVD en D66.
Dank voor je reacties. Ik heb ook 1998 onderzocht in Rotterdam, maar of het potentieel uit een tijd zonder een kiespalet met Leefbaar Rotterdam geldig is voor de situatie in 2014…
Voor Rotterdam als geheel heb je ongetwijfeld gelijk. Maar welgesteld Delfshaven is meer het terrein van een stedelijke elite die bewust in voorheen verpauperde gebieden gaat wonen. Dat is meer de achterban van GL dan van de VVD.
Tsjonge Christian, waar heb je het over? Welgesteld Delfshaven? Delfshaven is met 25.500 euro besteed inkomen per huishouden de op een na armste deelgemeente van Rotterdam (Charlois staat op 1).
Ik bedoel het als VVD-terrein aangemerkte deel van Delfshaven waar Joost het over heeft, dus Mathenesserlaan, Heemraadssingel, Graaf Florisstraat. Dat durf ik inderdaad welgesteld te noemen.
Maar jouw argument is precies waarom ik denk dat daar niet zoveel VVD-ers wonen.