Geïnspireerd door een klassieke Schotse eliteschool biedt Superschool Hugo de Groot van directeur Eric van ’t Zelfde orde, veiligheid en excellent onderwijs. Omdat alle kinderen recht hebben op het beste onderwijs, zegt hij, dus ook de kinderen op Zuid. Inge Spaander heeft een dubbel gevoel bij de plannen.
Middelbare school Hugo de Groot in Rotterdam is volop in het nieuws. Directeur Eric van ‘t Zelfde wil een Superschool opzetten. Het televisieprogramma Tegenlicht portretteert Van ‘t Zelfde als de held van het hedendaagse onderwijsveld en de redder van kinderen op Zuid. Maar is dat wel zo?
Superschool: een school voor de verborgen helden onder de jeugd op Zuid. De megalomane naam van de school komt van een doener. Een man met een plan, Superman misschien wel. Zijn Superschool zal leerlingen in een van de bekendste achterstandswijken van Nederland verder helpen. Op deze school worden leerlingen al vanaf twee jaar oud klaargestoomd voor de maatschappij. Het klinkt sympathiek, maar als docent kijk ik vertwijfeld toe. Is de school van Eric van ’t Zelfde dé oplossing voor de grootstedelijke problematiek aan de Zuidoever? Of is zijn Superschool vooral bedoeld als kweekvijver voor kindertjes die in zijn keurslijf passen?
Schotse rok
Als kind ging Van ’t Zelfde een tijdlang naar een Schotse school. Daar ontdekte hij wat goed onderwijs voor hem is: veilig en excellent. Terug in Nederland zakte hij snel terug in niveau. Volgens van ’t Zelfde kwam dat door het slechte onderwijs hier. Zou het? De Schotse school stond in een statige omgeving, de leerlingen waren gekleed in tweed en werden omringd door pracht en praal. Van ‘t Zelfde kwam er terecht dankzij het bedrijf waar zijn vader werkte. Ineens woonde hij in een groot huis in een mooie wijk en mocht naar een prestigieuze school waar iedereen tegenop keek. Opgenomen in de Schotse elite kreeg hij plezier in leren. Was het de kwaliteit van onderwijs waardoor hij excelleerde, of het gevoel speciaal te zijn? Van ’t Zelfde roemt veiligheid en excellentie als sleutels tot succes, maar hij gaat voorbij aan de elitaire omgeving buiten school waarin hij verkeerde tijdens zijn jaren in Schotland.
Veilig binnen de hekken
Toetreden tot de Hugo de Groot is lastig. De school hanteert hogere toelatingsnormen dan Cito adviseert en volgt bij twijfel de Citoscore in plaats van het basisschooladvies. Een tussentijdse overstap naar de school wordt bijna onmogelijk gemaakt door de gestelde eisen en kosten die eraan verbonden zijn. Tweedegraads docenten zijn niet welkom. Van ’t Zelfde kiest voor eerstegraads docenten, terwijl dit nu net docenten zijn die pedagogisch minimaal onderlegd zijn. Ook fysiek sluit de school zich af: vlak na de aanstelling van Van ’t Zelfde verdween het gebouw achter een groot hek. De school sluit de rijen.
De afgelopen jaren zijn veel leerlingen van de school verwijderd. Dit heeft de sfeer in korte tijd zo verbeterd dat de school het predicaat Veilige School mag dragen. Wie niet op school kan aarden, ‘mag het niet voor de rest verpesten’. Het roept wel de vraag op wat er met de verwijderde leerlingen gebeurt. Van ’t Zelfde ziet de echte etterbakken zelfs graag de gevangenis in verdwijnen, zegt hij in Tegenlicht. Deze instelling steekt.
Het is mooi dat de school openstaat voor leerlingen die binnenkomen met problematiek die nu eenmaal hoort bij de achterstandswijk, maar Van ’t Zelfde gaat er wel vanuit dat leerlingen deze problematiek snel en zelfstandig achter zich weten te laten. Met alleen een goede school zal dit niet lukken. En zonder school al helemaal niet.
Onderwijs als medicijn
Met zijn Superschool wil Van ’t Zelfde de jeugd op Zuid een kans geven. Prachtig initiatief, maar Van ’t Zelfde overschat daarmee de invloed van school. Als jongetje kwam hij niet alleen op een mooie school terecht, zijn hele omgeving veranderde mee. Vanuit een arbeidersomgeving kwam hij terecht in een walhalla van geld, aanzien, etiquette en kennis. Van ’t Zelfde groeide op bij een vader die zichzelf ontplooide en ontwikkeling hoog in het vaandel had staan.
School is belangrijk en heeft invloed, maar omgeving is minstens zo belangrijk voor het krijgen van kansen. De kinderen op Zuid groeien niet allemaal op bij ouders die kansen zien, en hun omgeving verandert niet door toetreding tot de elite van de Superschool. Natuurlijk moet je je school zo goed mogelijk inrichten, excellent willen zijn en jezelf durven onderscheiden. Maar als medicijn binnen onze zo gewenste maakbare samenleving is de invloed betrekkelijk. Met hoge cijfers je middelbare school periode afsluiten wil niet zeggen dat je kansen in de maatschappij ook groter worden. Met een diploma op zak kun je thuis nog steeds geslagen worden of tussen de drugsdealers bivakkeren.
Excellentie
Nederland raakt steeds hoger opgeleid, het ambacht verdwijnt. In onze kenniseconomie draait het om diploma’s. De Superschool springt hier handig op in. Maar ook excellent onderwijs maakt niemand slimmer dan hij of zij is, het tovert ten hoogste aanwezige potentie te voorschijn.
Vorige maand verscheen het vierjaarlijks rapport van de Onderwijsraad. De Onderwijsraad constateert dat leerlingen op een lager onderwijsniveau zich steeds vaker buitengesloten voelen. Niet al deze leerlingen zijn aan betere resultaten te helpen, soms zit er gewoon niet meer in. Hoe excelleer je in een samenleving als je tot de steeds kleinere groep lager- of middelbaar opgeleiden mensen behoort? Wat gebeurt er met de leerlingen die na een aantal jaar op de superbasisschool niet voldoende scoren voor een plaatsing op het Hugo de Groot? Denkt Van ’t Zelfde dat de vroege start op zijn basisschool en een paar uur extra les op woensdagmiddag ervoor zorgt dat niemand meer op basis of kader niveau zal fungeren?
Superheld
Excelleren kun je in alles, niet alleen in pak of op naaldhakken. De Superschool zet in op het vergroten kennis en academische vaardigheden, maar laat daarmee de toekomstige ambachtslieden links liggen.
Van ’t Zelfde wil een school voor leerlingen die geen kansen hebben, maar hij richt zich op dat segment leerlingen dat al uit zichzelf van goede wil is, een redelijk tot hoge citoscore heeft behaald en opgroeit bij ouders die bereid zijn meer te betalen. De school zal wellicht aantrekkelijk zijn voor de pioniers op Zuid. De gezinnen die bewust kiezen voor het wonen op Zuid maar voorheen de wijk uit gingen voor goed onderwijs. De leerlingen die er al beter voor staan aan de start van hun carrière. Zijn deze leerlingen niet al te gemakkelijk te redden?
Erik van ’t Zelfde lijkt een superheld: hij heeft een stevig plan om zijn school tot de beste school van Rotterdam te maken. Van ’t Zelfde zegt dat ieder kind recht heeft op goed onderwijs, maar hij verlangt daarbij wel superheldengedrag. En dat is niet voor iedereen weggelegd. Niet iedereen heeft een voortdurende stroom van potten spinazie tot zijn beschikking.
His way, or the highway, is het devies. En dat mag. Ik bewonder Van ’t Zelfde om zijn dadendrang en wens om te excelleren. Het wringt alleen wel dat hij over de ruggen van kinderen uit een achterstandswijk steun voor zijn plan genereert, want juist de leerlingen die het echt moeilijk hebben zijn ook bij hem niet welkom.
Superschool? Ja! Maar niet voor de Sjors en Sjimmies onder ons.
Al 24 reacties — discussieer mee!
Waar ik zelf wel benieuwd naar ben, maar nog geen uitgesproken mening over heb (jawel, dat kan ook): in hoeverre worden leerlingen op de superschool opgeleid tot zelfstandige, creatieve, zichzelf ontplooiende geesten? In de wereld van morgen (enter 3d-printers en what not) hebben creatieve geesten naar mijn overtuiging namelijk de grootste kans een waardevolle bijdrage aan de samenleving te leveren.
Maar ik heb begrepen dat de focus op de superschool vooral ligt op taal en rekenen. Ik vraag me daarom af in hoeverre leerlingen opgeleid worden tot creatieve denkers, of dat ze geleerd wordt hoe je goed toetsen maakt?
Wat ik uit de tegenlicht aflevering begreep, krijgen leerlingen op de Hugo de Groot nu al veel mogelijkheden om na school aan paardijles, schermen, schaken etc te doen.
Ho ho. Ties.. volgens mij dicht je de creatieve sector iets te veel eer toe 🙂
Uiteraard moet er op het onderwijs ruimschoots aandacht besteed worden aan creatieve zelfontplooiing. Maar taal en rekenen vormen toch echt de broodnodige basis. Sowieso moet taal jou wel aanspreken :). Dat rekenen niet je ding is, soit. Maar voor sommigen individuen wel, en diezelfde individuen bedenken op hun beurt dan weer 3D-printers. En zo is de cirkel weer rond.
En die 3D-printer zal nooit door een geest zonder creativiteit bedacht worden. Creativiteit is het grootste goed dat de mens heeft, het leidt tot vooruitgang. Creatieve geesten nemen geen genoegen met het bestaande, creatieve geesten maken hun eigen werkelijkheid en toekomst. Mag je nog zo goed zijn in taal en rekenen maar zonder creativiteit kom je er nergens mee. Het zou een enorme winst zijn als alle onderwijs dat zou gaan in zetten om de basiskennis (taal en rekenen) goed te ontwikkelen.
Van goed taalonderwijs zie ik de (sociale) waarde inderdaad wel, zeker in minder leefbare wijken. Maar rekenen? Ik voel wel warmte voor de stelling (ook uit een Tegenlicht-aflevering) dat technologie meer en meer de ‘saaie’ denkklusjes van het menselijk brein gaat overnemen (wie onthoudt er bijvoorbeeld nog telefoonnummers?) En wat is nu een saaier breinklusje dan rekenen? Computers kunnen dat nu al een miljoen keer sneller. Is het voor 99% van de mensen niet afdoende om het huishoudboekje een beetje op orde te houden?
@Ties Wat je opmerkt over rekenen…Moet ik dat uitleggen als eenmalige verstandsverbijstering?
Nee, zuur kan ik het stuk niet vinden. Wanneer je van wal steekt met de term superschool, mag je tegengas verwachten. Wanneer je jezelf superschool noemt, zeg je expliciet iets over andere scholen….. en ben je blijkbaar niet goed op de hoogte van alle lopende initiatieven…
De opdracht aan alle scholen en hier specifiek aan alle Rotterdamse scholen is glashelder. Hier wordt uitgebreid en met veel inspanning aan gewerkt en er worden resultaten geboekt op een heel breed terrein. De superschool voegt hieraan niets nieuws toe; dan het verwijderen van leerlingen en het vervangen van docenten. In mijn ogen een onwenselijke ontwikkeling.
Niet alleen in het onderwijs, maar ook in de zorg, worden er diensten aangeboden die onbereikbaar zijn voor de ‘Sjors en Sjimmies’ onder ons. Zoiets heet marktwerking en zou dat verwerpelijk zijn?
Zonder dat we, god verhoede, in een discussie belanden over communisme vs kapitalisme, is daar naar mijn mening weinig mis mee. Mits…en dit belangrijke aspect mis ik in het stuk, de overheid volledig zou opdraaien voor de kosten van de Superschool.
Tot slot gebruikt Inge Spaander woorden als “over de ruggen van kinderen uit een achterstandswijk”. Mag het een onsje minder alsjeblieft?
Nabrander: ik gebruik ‘mits’, maar dat moet natuurlijk ’tenzij’ zijn.
Kan iemand mij zeggen hoe de financiering is geregeld? Als de overheid dat (volledig) voor zijn rekening neemt, is het net een wat andere discussie. Hoewel de zorg voor goed onderwijs ook een taak is van het rijk. Moeilijk, moeilijk. Zelf ben ik geen tegenstander van deze Superschool (en het mogelijk rendement voor de maatschappij); elitair is niet altijd een vies woord.
Toch Inge?
Karin, ik heb hier lang en meeslepend over nagedacht, en ik heb in deze discussie echt geen enkel idee. Ik heb geen pedagogische ervaring of kennis, en heb dus geen recht van spreken.
Maar hee, in het algemeen zou ik zeggen: elitair is prima. Alles is prima. Zolang het maar werkt en moreel acceptabel is.
Ik richtte me eigenlijk tot Inge Spaander 🙂
Zowel de basisschool als Hugo de Groot zijn openbaar (BOOR) en daarmee bekostigd door de overheid. De peuterschool die hij erbij wil betrekken krijgt alleen subsidie als ze werken met een VVE-programma. Feitelijk gezien mag een openbare school dus niet aan de ingang selecteren. Ze ontvangen immers gemeenschapsgeld om kansen te bieden aan alle kinderen.
(Maar goed, ‘zittenblijven’ is sinds het ontstaan van de basisschool in 1986 ook bij wet verboden en hoeveel kinderen overkomt dat nog jaarlijks?)
Lijkt mij een slechte ontwikkeling, dat we weer teruggaan naar de tijd waarin (hoger) onderwijs alleen voor de rijken was.
Als je aan de uitgang kwaliteit wil leveren, dan zul je aan de ingang moeten selecteren. Anders krijg je hooguit een middelmatig resultaat en dat is nu precies waar we vanaf moeten. Er is geen enkele goede reden om goed presterende leerlingen te laten lijden onder de slecht presterende leerlingen. Dat betekent niet dat de slecht presterende leerlingen geen recht op goed onderwijs hebben, het betekent alleen dat het onderwijs voor de goed presterende leerlingen niet geschikt is voor de slecht presterende leerlingen. Deze laatste groep heeft ander onderwijs nodig waarbij aandacht wordt besteed aan de specifieke problemen die zich bij deze groep voordoen.
Wat ik mis in de bevlogenheid van t Zelfde is dat hij voorbij gaat aan het ‘Waarom’ van onderwijs. Het ‘Hoe’ is duidelijk: met méér methodes, méér toetsen, méér lestijd en zelfs méér sancties.
En dat is wat Inge Spaander in haar stuk haarfijn aan de kaak stelt: excelleren is uitblinken in wat je in potentie in je hebt. Wat dat ook moge zijn. Selecteren aan de poort is geen visie, dat is een maatregel.
Goed onderwijs, welke vorm dan ook het beste past, moet voor ieder kind toegankelijk zijn.
Dát is m.i. het fundamentele probleem in de kijk op onderwijs door ’t Zelfde; de koppeling tussen product (diploma’s, cito score,etc) en proces. Ontkoppel dit! Ontwikkeling is geen lineair proces.
Zolang visie ontbreekt in initiatieven als de Superschool, is het nodig dat mensen, juist 3 maanden na uitzending, de discussies aanzwengelen. Broodnodig.
ik vind die stukken hier steeds zuurder worden. What’s happening Vers Beton?
Dat is ook een beetje overdreven, zeg.
In-soo! Je verwart zuur met kritisch. Maakt niet uit, vinden meer mensen lastig, het gebeurt de besten.
Terug naar de inhoud. Het is een verrot lastige discussie. De vraag, over een jaar of wat, is wat er gebeurd is met de kinderen die níet welkom waren. Zijn die afgegleden? En zo ja, méér dan wanneer ze wél welkom waren geweest?
Zijn hier geen onderzoeken over? Er zullen toch wel soortgelijke initiatieven zijn? Ben benieuwd!
Ik verwar helemaal niets hier. Ik lees geen oplossingen, kritisch misschien, wel met een zure ondertoon. ‘over de ruggen van kinderen uit een achterstandswijk’, ‘elitaire omgeving waarin hij buiten school verkeerde’, of deze: Van ’t Zelfde kiest voor eerstegraads docenten, terwijl dit nu net docenten zijn die pedagogisch minimaal onderlegd zijn.
Is de auteur wellicht een tweedegraads docent die daar niet naar binnen mag? Waar staat dat 1e graads pedagogisch minder onderlegd zouden zijn dan 2e graads?
Lees dit artikel: http://www.volkskrant.nl/vk/nl/5288/Onderwijs/article/detail/3555514/2013/12/03/Nederland-daalt-op-wereldranglijst-onderwijs-maar-scoort-op-wiskunde.dhtml
Onderwijs in NL vertoond al jarenlang een dalende lijn. Voor iemand die in het onderwijs actief is had ik op zijn minst mogelijke oplossingen verwacht, in plaats van een herkauwing van een uitzending van 3 maanden geleden waarover alles al gezegd en geschreven is.
Ik weet niet of deze zgn. Superschool dé oplossing is, maar het is in elk geval een poging tot verbetering. Ik had het interessanter en zeker niet zuur gevonden als de auteur eens zou ingaan en doordenken op wat het reguliere onderwijs uit een dergelijk nieuw model kan halen en hoe het volgens haar beter, anders of sterker zou kunnen.
het moet overigens ‘vertoont’ zijn in de voorlaatste alinea. Met een ’t’ dus. Dat krijg je nou van zo’n stuk. Wordt er per abuis dyslectisch en analfabeet van 🙂
“Ik weet niet of deze zgn. Superschool dé oplossing is, maar het is in elk geval een poging tot verbetering. Ik had het interessanter en zeker niet zuur gevonden als de auteur eens zou ingaan en doordenken op wat het reguliere onderwijs uit een dergelijk nieuw model kan halen en hoe het volgens haar beter, anders of sterker zou kunnen.”
Hear hear! Nu komen we ergens, met of zonder kofschip. Hier ben ik zelf ook erg benieuwd naar. Kom er maar in, pedagogen van Rotterdam!
En die computers bedenken zichzelf? Creatieve geesten (niet een hele gelukkige term vind ik) bevinden zich in alle beroepsgroepen. De ene schildert een doek vol de ander bedenkt dat je met transistoren eenvoudige rekenklusjes kan doen. Beiden zorgen voor ervoor dat de maatschappij er op vooruit gaat!
Ties je reactie is een typische alfa reactie. Taal is belangrijk en rekenen is saai en dus onbelangrijk want computers kunnen dat. Buitengewoon kortzichtig. Ik durf de stelling wel aan dat er onder beta’s meer creatieve geesten zitten dan onder alfa’s.
Mijn lieve deugd, Dorothe!
Wat raak jij daar in de kern het probleem!
Ik raak steeds verstrikt in wat van t Zelfde zegt in de media en wat ik hoor dat er in de praktijk gebeurt. Daarnaast heb ik grote moeite met de term getto, die hij gebruikt in Schotland over de wijk waar hij werkt. Hoe is dat voor leerlingen en bewoners van de wijk?
Echt zorgelijk vind ik de nogal eenzijdige redenering, dat wat bij hem heeft gewerkt (door wie vastgesteld?) zich direct laat vertalen voor alle leerlingen op zijn school.
Sancties en selecteren aan de poort zijn van die zaken die in mijn beleving niet passen bij de hem toegeschreven bevlogenheid.