Het debat rondom het beeld De Verwoeste Stad van Ossip Zadkine raakt steeds meer verhevigd. Kunstenaar en stadschroniqueur Gyz La Rivière zegt: eerbiedig en omarm de geschiedenis, maar laat het beeld toch staan.
Anonieme gever, hevige conflicten
In Het Vrije Volk van 4 juli 1950 zegt Ossip Zadkine dat hij het idee voor het beeld De Verwoeste Stad heeft gekregen toen hij in 1945 in Le Havre per boot aankwam. Hij maakte een schets en vergat het. Tot hij twee jaar later Rotterdam bezocht. ‘Ik zag een stad zonder hart. Ik zag een krater in het lichaam van een stad. En ik herinnerde mij de nacht, de schetsen.’ Rotterdam is zelf dus niet echt de inspiratiebron voor het beeld geweest. Het kon net zo goed naast Le Havre ook Warschau of Coventry zijn geweest. Er zijn geruchten dat hij het beeld ook daadwerkelijk aan Warschau en Coventry heeft proberen te slijten, vandaar.
In 1953 werd het beeld van Zadkine door een toen nog anonieme gever aan Rotterdam geschonken. Voorafgaand aan deze schenking waren er hevige conflicten tussen voor- en tegenstanders van het beeld. Over het Noors labradorgraniet waar de sokkel van gemaakt is, schreef Rien Vroegindeweij tien jaar geleden in het boekje De verwoeste stad, 1953-2003, dat het oorspronkelijk bedoeld was voor een kolossaal beeld van Adolf Hitler. Laat ik het kort houden en de conclusie droppen dat het monument De Verwoeste Stad (dat ook een lofzang voor moderne kunst is) al een lange en emotionele reis heeft moeten afleggen voordat ‘Zadkien’ hier überhaupt geplaatst werd.
Verschrikkelijke ruimte
De keuze destijds voor de Leuvehaven was omdat je op deze plek de verschrikkelijke ruimte kon ervaren van een gehavende stad. Hoewel je dat natuurlijk destijds van zoveel plekken in de stad kon zeggen. Pas in 1958 heet de locatie Plein 1940. En sinds 1978 is er ook een plaquette bevestigd te zien aan de sokkel waarop valt te lezen dat de Bijenkorf de anonieme schenker was. Ook werd vanaf dat moment pas de titel De Verwoeste Stad vermeld.
Zadkine sprak op een gegeven moment z’n ongenoegen uit dat zijn beeld in verdrukking kwam door de opmars van bouwwerken in haar nabije omgeving van Plein 1940. ‘Jan met de Handjes’ is door de opmars van bouwsels in haar verleden al twee keer verplaatst. In de jaren zeventig is ze opgeschoven voor de metro en een decennium later nog een stukkie voor het Maritiem Museum. Sommige mensen vinden dat het beeld door deze verdrukking en zoals de komst van de Coopvaertflat van nog niet zo lang geleden aan zeggingskracht heeft ingeboet. Iets verderop is er zelfs een plan voor de komst van een reuzenrad in de Leuvehaven. Dat bij elkaar opgeteld hebben deze personen natuurlijk een punt.
Een nieuw hart
Hoewel je het ook andersom zou kunnen bekijken. Doordat deze stad (eindelijk) écht dichtslibt, hebben wij weer een hart, nietwaar? Dat ‘Jan Gat’ inmiddels veel minder ruimte heeft rondom Plein 1940 is daarom juist goed. Godzijdank wordt deze binnenstad eindelijk voller. Het duurde al vééls te lang.
Er wordt de laatste tijd dus veel gesproken over een eventuele verplaatsing van het monument De Verwoeste Stad van Ossip Zadkine, zodoende zij weer wat kan ademen ofzo? Als ik het goed heb begrepen komt er zelfs een onderzoek van het Centrum Beeldende Kunst voor een mogelijke verhuizing. Allereerst denk ik dat Ossip Zadkine weer in z’n nopjes is, over de commotie die in het Rotterdamse is ontstaan. Hoe goed is je creatie wel niet, als het om de zoveel jaren telkens rumoer veroorzaakt?
Enorme betekenis
Los van kubistische schoonheid, wat het beeld sowieso bezit, heeft ‘Stad zonder Hart’ een enorme emotionele betekenis. De bevolking van Rotterdam heeft sinds 1953 bepaalde (persoonlijke) waarden in het beeld gestopt die de kunstenaar zelf nooit kon bevatten, hopen, omschrijven en/of bedenken. Jan Gat mist ook meer dan alleen een hart – een groot gedeelte van haar rug, maag en andere organen ontbreken. De Rotterdammers zijn dat grote gat al snel gaan cultiveren als ‘ons’ ontbrekend stadshart.
Voor mij persoonlijk betekent het beeld ook dat de stad zo ‘goed’ is in het verminken van haarzelf. Een goed kunstwerk krijgt telkens nieuwe betekenissen.
Ik denk dat Ossip daar vanuit z’n wolkje behoorlijk van onder de indruk is. Van de gewaarwording van zijn schepping natuurlijk, maar nog meer van dat eigenaardige volkje: de Rotterdammers.
Initiator Bart van Leeuwen die een verhuizing van Jan Gat bepleit naar het nieuwe mooie CS-plein is niet de eerste en zal ook niet de laatste zijn. In 2004 was er de Rotterdammer Jan van Wingerden die ook een idee lanceerde om via een burgerinitiatief Jan met de Handjes te verplaatsen naar een (persoonlijk) minder anonieme plek. In 2006 kwam er negatief advies van het college, hoewel de centrumraad zich wel kon vinden in de Binnenrotte-locatie als eventuele alternatieve plek. En voordat deze twee heren met hun plannen op de proppen zijn gekomen, zijn er al talloze manifestaties over (en rondom) Jan Gat gehouden. Dat is ook supergoed: daardoor blijft het beeld telkens bij de tijd en actueel.
Een nieuw monument
Ikzelf ben van mening dat De Verwoeste Stad niet naar het nieuwe stationsplein moet verhuizen. Als je het nieuwe CS verlaat heb je links een metrotoegang en rechts de entree van de fietsenstalling. In het verlengde Kruisplein staan twee gebouwen voor de parkeergarages en nog wat luchtkanonnen, of hoe noem je die dingen? Er komen ook nog twee replica’s van grote (en hoge) vlaggenmasten, die vroeger het oude CS sierden. Door Jan Gat op je aankomstplein te zetten krijgt het monument veel ruis eromheen, die het niet verdient. En als je in de nabije toekomst vanaf het Kruisplein richting CS loopt, loop je dadelijk tegen de kont van Zadkien aan te kijken. Tsja, ik weet niet hoor… De ruis rondom plein 1940 is ietsje natuurlijker verlopen.
Het beeld Jan Gat is de ontreddering zelve, de totale wanhoop en onmacht. Dat is wat het zo’n goed beeld maakt. Het is keihard en eerlijk. Hoewel we De Verwoeste Stad wel steeds meer als een feniks zijn gaan zien. Ik denk dat daarom veel Rotterdammers het beeld graag op het nieuwe CS plein willen hebben. Maar is Jan Gat wel een feniks? En wil je dat dit beeld het eerste is wat wij aan bezoekers meegeven als zij de stad binnenkomen? Terwijl een steenworp verder het geweldige beeld Ongebroken Verzet staat op het punt waar het Kruisplein over gaat in de Westersingel. Wordt het na de eventuele verhuizing – rondom de CS-locatie – misschien niet iets teveel oorlog daaro? Is de modernistische stad zelf niet al de herinnering?
In 2015 is het 75 jaar geleden dat de bommen op het centrum van Rotterdam vielen. Een mooie gelegenheid voor een nieuw monument. Om een nieuw moment in de tijd aan te duiden. Eentje die viert dat we al een eind zijn gekomen.
Naschrift van de auteur: Je kan over ‘het venster op de rivier’ een heel boek schrijven, idem over de verplaatsing van (andere) beelden in Rotterdam. Of over het Vergeten Bombardement van 1943, waar zo’n beetje nooit iemand het over heeft, dit laat ik dan ook allemaal achterwege. Wie meer wil weten over Jan Gat moet proberen het bovengenoemde boekje van Rien Vroegindeweij zien te bemachtigen. Idem voor het boekje Zadkine van Jana Beranová en Jim Postma.
Al 5 reacties — discussieer mee!
Zadkini is één van de vele bijnamen, mits je daar nog over twijfelt. Harteloze Harry heb ik ook wel eens horen vallen. Tevens zijn er nog een paar andere. Het café heette Zatkini met een t om het (idd) lekker ingewikkeld te maken.
Welke discussie? Dit is een door het AD/RD kunstmatig gecreëerde discussie, die alleen voortbestaat bij de gratie van aandacht door de bedenker ervan.
Toevallig zat ik van de week eens over de zadkine discussie te denken. Idee was om een opiniestuk te schrijven hoe dit het kruispunt symboliseerde tussen oud- en nieuw Rotterdam. Dat we nu toch echt eens vooruit moeten kijken, maar met respect voor het verleden. Dat het heel neo-Rotterdams zou zijn om dit beeld te verplaatsen. En hoe vreselijk de gebeurtenissen ook zijn geweest, oud Rotterdam gekoesterd moet worden, maar niet meer gewenst.
Maar dit stuk zet zo een mooie nuance neer in deze discussie dat ik zoiets maar niet meer zal doen.
Er staat Zadkini in de titel, was dat niet een café aan de Witte de Withstraat?
Rust? Laat het beeld rusten? Waarom? Het is een van de belangrijkste beelden van Rotterdam het deelt de pijn. Het verdient een eervolle plek waar het tot haar recht komt plein 1940 is geen goede plek meer. We kunnen stellen dat Rotterdam de wederopbouw voltooit heeft, laten we een plek zoeken en met de verplaatsing de wederopbouw echt mooi en waardevol afsluiten, en ik moet zeggen dan vind ik het stationsplein zo gek nog niet, beide een symbool van de wederopbouw