In al het rituele en soms kluchtige politieke geweld rondom de gemeenteraadsverkiezingen, hobbelt de aandacht voor de verkiezingen voor de gebiedscommissies, de erflaters van de deelgemeenten, er een beetje achteraan. Ten onrechte, want daar zou weleens de broodnodige democratische vernieuwing kunnen plaatsvinden, denkt Robbert de Vrieze van WIJ Delfshaven.
We maken een historische bestuurlijke systeemwijziging mee: voor het eerst kunnen ook niet-politieke partijen mee doen aan de verkiezingen voor de gebiedscommissies. 35 burgerpartijen en -bewegingen met verschillende achtergronden, van studenten- tot huurdersverenigingen en een verbond van bewonersinitiatieven, genereren een golf van nieuwe collectieve betrokkenheid. Wat ze daarin gemeen hebben is dat ze niet zozeer ideologisch en hiërarchisch, maar meer dialogisch en horizontaal georganiseerd zijn. Waar de gevestigde politieke partijen nog vaak gevangen zitten in het Thorbeckiaanse keurslijf van de representatieve democratie, zien de nieuwe (a-)politieke bewegingen vaak in dat het niet zozeer gaat om wat er beslist wordt, maar eerder hoe er beslist wordt.
Burgers zijn sinds de grondwetherziening van Thorbecke in 1848 oneindig beter geïnformeerd. Politieke partijen hebben niet meer het alleenrecht op het signaleren van maatschappelijke uitdagingen en het formuleren van oplossingen. Oplossingen die het bewoners, ondernemers en initiatieven makkelijker maken waarde bij te dragen aan hun directe omgeving. De ruimte die nu ontstaat voor de commissies in de gebieden Rotterdam daagt uit tot democratische innovatie. Eerder gebeurde dit al met het internetplatform Better Reykjavik in IJsland, participatief begroten in Porto Alegre, LijstLijst in Gent, het democratische experiment Demoex in Vallentuna Zweden, maar ook met Voor je Buurt in Nederland.
Onlangs schreef ook David van Reybrouck in de Correspondent over democratische vernieuwing. Hij gaf voorbeelden waarin op een nieuwe manier naar representativiteit wordt gekeken, zoals burgerfora die door loting tot stand komen. Zelfs het landelijke CDA kwam met voorstellen om een op de Big Society geënte Community Right to Challenge in Nederland in te voeren. Als het CDA met voorstellen voor bestuurlijke vernieuwing komt, dan weet je dat er iets aan het schuiven is.
Structuur, kenmerken en overheidstaken
Daarnaast zijn de voormalige deelgemeenten ook verlost van de haast identieke structuur ten opzichte van de ‘grote’ gemeenteraad. Beide hadden een begroting, raad, (dagelijks) bestuur en diensten. Hierdoor zaten gemeente en deelgemeente vaak in elkaars vaarwater met alle bestuurlijke drukte van dien. Nu de opvolgers van de deelgemeenten zelf geen begroting meer maken, ontstaat er ruimte voor de gebiedscommissie om een communicerende en confronterende rol tussen de stad en de wijk te vervullen; tussen de taal van de straat (leefwereld) en de taal van de raad (systeemwereld).
Een deelgemeente, of gebied, is eigenlijk te groot om dicht bij de burgers te staan. Op het niveau van de buurt kunnen mensen zich identificeren, kennen ze andere mensen en lopen ze dagelijks in een voor hen vertrouwde omgeving. Daartussen, op wijkniveau, bevinden zich de voorzieningen en publieke ontmoetingsplaatsen. Het doel van de nieuwe gebiedscommissies is om de oren en ogen, de vertolker en vertaler, de activist en de componist van de geluiden uit deze verschillende buurten en wijken te zijn. De twee belangrijkste taken zijn: het inspireren, faciliteren en waarderen van bewonersinitiatieven en het opstellen, pluggen en controleren van een gebiedsplan.
Hoe die 14 gebiedscommissies dat gaan doen is deels vastgelegd in een 40 pagina’s tellende verordening, maar de realiteit is dat na 19 maart in de gebiedscommissies al rijdende het wiel gaat worden uitgevonden. 14 experimenten die een Darwinistische bloemlezing van democratische innovatie op kunnen gaan leveren en dat is hoog tijd. Waar vele disciplines en beroepsgroepen namelijk democratischer geworden zijn door informatietechnologie, denk aan journalistiek, fotografie en gezondheidszorg, hebben politiek en bestuur deze democratiseringsgolf tot nu toe weerstaan. Tot nu toe…
Praat mee over de gebiedscommissie
De 35 nieuwe burgerpartijen organiseren samen met Arminius en met medewerking van LOKAAL en de Gemeente Rotterdam op maandag 17 maart een verkiezingsdialoog in Arminius getiteldGebiedcommissies; de Nieuwe Democratie! Onder meer met dialoogleider Nico Haasbroek en verantwoordelijk Wethouder Marco Florijn.
Al 4 reacties — discussieer mee!
Een mooie gedachte, maar volgens mij hebben we op 20 maart weer precies hetzelfde gedoe als we op 18 maart hadden, maar dan met een ander naampje en een stoelendans.
Ik vind het vooral heel abstract wat hierboven staat. Ik ga wij delfshaven stemmen omdat ik wil dat de gebiedscommissie apolitiek moet worden, maar dat is vooral ondanks bovenstaande verhaal, niet dankzij.
Geloof ik. Maar verwarrend is het nog steeds.
Ik vind het wel een interessant experiment en ga zeker niet op een politieke partij stemmen. Als je experimenteert met bewonersinitiatieven, dan ook zuiver, anders weten we straks nog niet of het werkt. De korrel spreekt me wel aan: geen geneuzel op straatniveau maar serieuze gebieden waar je met georganiseerde tegenstrijdige belangen te maken gaat krijgen.
Ik heb er wel zin in, nu nog weten welke wijk ik bij hoor… Wanneer vergaderen we? 🙂
Ik vind het goed, dat initiatieven als Wij Delfshaven mee kunnen doen, alhoewel ik gebiedscommissies (en deelgemeentes) meer een democratische last dan een zegen vind.
Maar wat hier staat vind ik zelfgenoegzaam en juist zeer politiek. Maak jezelf niet groter dan je bent door het over zoiets technisch als nieuwe democratie te hebben, en argumenten aanvoeren adt het niet gaat over wat, maar over hoe . Het gaat volgens mij in onze democratie om het eindresultaat, de rest bestaat slechts uit procedures. Ik wil meer veiligheid in mijn straat, want een gebrek daaraan kostte me dit jaar al duizenden euro’s. Hoe interesseert me niet, wat ook niet, maar het eindresultaat wel, want dat zie ik als Delfshavenaar.
Dus mijn onbescheiden advies: ga eerst eens doen en kijk over vier jaar nog eens terug naar waarom Wij Delfshaven de democratie zou moeten vernieuwen. Uiteraard ga ik de komende vier jaar graag de dialoog aan, zoals op jullie folder prijkt.