Het nieuwe Centraal Station mag dan een succes zijn, het stationsplein ervoor is vooral oersaai. Het heeft een element van chaos of wansmaak nodig, vindt Ferrie Weeda, en Kabouter Buttplug is daarvoor de ideale kandidaat.
Komende donderdag opent Willem-Alexander het nieuwe Centraal Station. Het is een complex van internationale allure geworden, waarop Rotterdammers terecht trots zijn. Een kluwen van reizigersstromen en verkeersaders is omgevormd tot een overzichtelijke OV-terminal, met een gewaagde vormgeving. Functioneel én spannend – het station past helemaal bij het huidige Rotterdam.
Maar dan het nieuwe stationsplein. Wat een kale klinische bedoening is dat. Een vlakte van natuursteen waaraan ze in Pyongyang nog een puntje kunnen zuigen. Overzichtelijk, uniform en smetteloos, maar vooral heel erg leeg en saai. Verkeer streng gescheiden, paaltjes strak in het gelid. De vlakte wordt afgebakend door verhoogde eilandjes van strakgemaaid gras, omzoomd door glimmende natuurstenen randen. Om de indruk te versterken dat je een heilstaat onder autoritair regime betreedt, marcheren stadswachten in rechte lijnen over het plein, alert op passanten met afwijkend gedrag.
Is dit dan de entree voor de meest dynamische en contrastrijke stad van Nederland? Je gaat bijna het oude, chaotische stationsplein van de jaren ’90 missen. Het oversteken van dat plein vereiste een bijna bovenmenselijke inspanning, met hindernissen als in je gezicht brakende heroïnejunks, opdringerige hordes Jehova-getuigen, barricades van fietswrakken, plotseling opduikende trams en ontelbare barrières in de vorm van hokjes, reclameborden, portacabins, bergen zwerfafval en zieltogende verkoopstalletjes met salmonella-loempia’s en broodjes perronworst.
Okay. Het oude stationsplein was misschien iets té representatief voor het Rotterdam van de jaren ’90. Maar je wist tenminste wel dat je in een echte stad was aangekomen. De stad is nu braver dan toen, dus ik gun de gemeente z’n entree van Interlaken aan de Maas. Maar voeg wel op z’n minst één element van chaos of wansmaak toe. Ik denk niet dat Zadkines ‘Verwoeste stad’ daarvoor geschikt is, maar Kabouter Buttplug lijkt me een uitstekende kandidaat.
Gerelateerde inhoud
Steun onafhankelijke journalistiek voor Rotterdam
We kunnen deze artikelen alleen maken dankzij onze leden. Lees onbeperkt alle artikelen op Vers Beton voor € 7,50 per maand, de eerste maand is gratis.
Al 10 reacties — discussieer mee!
Kabouter Buttplug lijkt me een aanwinst voor het stationsplein. Het voor de rest keurige plein kan inderdaad nog een obstruerend element gebruiken. Hoewel mensen vaak onterecht angstig zijn voor het leeg laten van leegte. Ik vrees dat er binnen de kortste keren een lobby wordt opgestart om een ‘paviljoen’ neer te zetten, een typologie die vaak ten onder gaat aan zijn eigen architectonische ambities. Misschien is een tegel genoeg, voor John de Wolf.
Als Kabouter Buttplug werkelijk zou moeten shockeren, zou die moeten worden samengebracht met een groot beeld dat staat in de Gemeente Lamlendigland: bij de rotonde die een aantal van de kernen daar verbindt staat het beeld van een man. De meningen zijn erover verdeeld of het een schaatser is, of een gebukte man die uitnodigend over zijn schouder kijkt.
Het zou wel fijn zijn, een mooie blikvanger middenin het plein, een mooi ontmoetingspunt voor mensen. Het is nu zo strak dat het meer lijkt op een ontwerp van Speer.
Het pleidooi voor een dessonant werk begrijp en onderschrijf ik van harte. Het beeld van ‘Kabouter Buttplug’ is daarvoor juist totaal ongeschikt. Dat beeld staat symbool voor schandalig overvloedige en volstrekt overbodige consumptie. Het is een aanklacht tegen de mantra van het “Koop-omdat-het-kan!” Het is van belang dat dat beeld niet aan de rand, maar -zoals destijds met de maker afgesproken- middenin het koopgebied komt te staan.
Ferrie hoeft van mij geen voorstander van dit beeld te worden. Ik zou het alleen wel op prijs stellen als dit beeld niet gedegradeerd zou worden tot vervulling van de behoefte aan wansmaak. Plemp er dan liever zo’n dubbele pisboog van een amerikaanse vetvoorziener, een mega-vestiging van een winkel die uitpuilt van elektrische apparaten die slechts begeerd worden doordat de reclames dat voorschrijven en een warenhuis vol te goedkope kleding van even dubieuze herkomst als kwaliteit!
Ik heb een mooi beeld voor op het plein van centraal station Rotterdam.
Iets duidelijks en positiefs. Het gaat erover dat Rotterdam wel degelijk een hart heeft, dat Rotterdam LEEFT!
Ik vraag mij af wat anderen er van denken?
http://bit.ly/RVp0IE
Waarom gaat de discussie over het plaatsen van een bestaand beeld op het Stationsplein en niet over een spiksplinternieuw beeld? Bijvoorbeeld nog een beeld van Paul McCarthy, of van een andere maker van hedendaagse kunst? Wij schreven erover op ons blog: http://blikvangen.nl/2014/02/wij-willen-een-nieuw-beeld/
Een nieuw kunstwerk lijkt me uitstekend, als het qua vormgeving en betekenis maar compenseert voor dat brave klinische plein. In essentie betoog ik voor een toevoeging van welke aard dan ook, dat hoeft niet per se een kunstwerk te zijn. Maar als het een kunstwerk wordt, dan niet Zadkine. Dan wordt de entree nóg stijlvoller; er moet een element van chaos en wansmaak worden toegevoegd. Een Monument voor de Gestorven Junk lijkt me wel een goede ontwerpopgave voor kunstenaars.
“Het Graf van de Onbekende Junk”
– met een wanstalige neokitsch corinthische zuil erboven – zou geweldig zijn
Een heel grote Barbaborre die zich in een kruiwagen veranderd heeft. Dat lijkt me wel wat.
Alsjeblieft zeg! Die kabouter blijft gewoon lekker waar die is. Ik wil juist Rotterdammers zien op het stationsplein. Street performers, dansers, skaters, etc. Het is een plein dat ideaal is voor levendigheid en verandering. Het is een plek waar de reiziger het gevoel van Rotterdam direct kan ervaren via de Rotterdammer zelf en niet via een wanstaltig gedrocht dat men hier kunst durft te noemen.