David Bades kunstwerk Anita is per vandaag terug op de Westblaak. Het werk is controversieel. Toen het vorig jaar beschadigd raakte als gevolg van een auto-ongeluk gingen er zelfs stemmen op om ‘het er maar bij te laten zo’. Vers Beton vroeg drie redacteuren naar hun opvatting.
Een ode aan Anita
Als je op de Antillen bent opgegroeid dan leef je met kleur. Op de eilanden sta je op met de kleur van de zee aan je voeten en de zon boven je hoofd. Eenmaal in Nederland neem je een plek in tussen het grauwe beton en schik je je naar de bouwdrift van onze steden. Uit de combinatie van die twee uitersten is Anita geboren. Vormloos, associatief en vooral kleurrijk.
Waar veel beelden in de Rotterdamse binnenstad zich camoufleren in stadse kleuren verzet maker David Bade zich hiertegen. De plek op het Eendrachtsplein was leidend voor de vorm van de sculptuur. De voet gemaakt van een zak puin en een pallet, de restanten van de bouw.
De poëtische samenstelling van de puinzak met erotische onderlaag ontroert mij. Erotisch omdat ze de naam draagt van een vrouw, Anita. Dat zij een auto moest vangen is misschien toeval maar in het ongeluk schuilt de ware aard van dit werk. Net zoals rampspoed overvalt dit beeld je. Op de ondergrond van blauw-rood vormgegeven door 75B is ook deze dame een vraag. Anita wil gebruikt worden, zij is mijn favoriete prostituee, exotisch. Zij vraagt mij of ik wil dansen, samen over de Westblaak.
Gino van Weenen
Anita: Giving Art A Bad Name
Jaren toerde ik voor Rotterdam ByCycle en Archiguides met groepen door de stad. Ik nam Spaanse toeristen op sleeptouw, Britse journalisten, middelbare scholieren uit Venlo en clubjes Vinexvrouwen uit Woerden. Rotterdam is geen makkelijke stad om te verkopen, vooral niet aan Nederlanders. Je moet eerst busladingen vol vooroordelen over moderne architectuur, wonen in een appartement en Rotterdam-Zuid eruit slaan voordat Nederlanders het enigszins begrijpen. Als het lukt, dan begint het te dagen op de Willemskade, met uitzicht op de Wilhelminapier en de Erasmusburg. Goh, toch best leuk, zo’n moderne stad zonder trapgevels, hoorde je ze fluisteren. Op de laatste terugrit van de Willemskade naar het Centraal Station kon ik ze laten zien dat we ook nog eens een prachtige moderne kunstroute hebben. Kijk, een échte Picasso! Zelfs Vinexvrouwen uit Woerden zijn daarvan onder de indruk.
Vervolgens stonden we dan te wachten bij het stoplicht bij de Westblaak. Je kon de klok er op gelijk zetten. “Wat is dat?” vroegen ze altijd, wijzend naar Anita. “Dat is, eh, kunst,” zei ik al starend naar de grond. “Wat?” “Ja, kunst.” En toen waren we weer terug af bij alle vooroordelen over moderne kunst en de moderne stad.
Eeva Liukku
Ingeklapt sapbarretje
Ik dacht jaren dat het een ingeklapt sapbarretje was. En toevallig ook altijd gesloten op de momenten dat ik erlangs fietste. Totdat ik eens iets langer dan twee seconden mijn aandacht erop richtte. Dat was toen ik er langs liep en me verbaasde dat die sapbar echt supervaak dicht was. Zie ik daar ineens een hoofd uit een jutezak omhoog steken, met gladde, golvende blauwe haren. Dat uitsteeksel is een arm, en ze blijkt Anita te heten. Ze is op missie, de stille wereldveroveraar die geen gewag maakt van haar ambities. Ze is er niet voor de burgemeester, de filmacteurs, de minister-president, eigenlijk tout bekend Nederland. Ze staat daar voor mij en alle andere onopvallende mensen met hun eigen bescheiden levensdoelen. Ben zo blij dat je weer terug bent, Anita.
Fiona Fortuin
Al 3 reacties — discussieer mee!
Ik hield het altijd op een gesmolten ijsje.. mijn god, wat is dat ding lelijk.. Diepe buiging voor de verkoop-skills van de kunstenaar, dat dan weer wel. Die verkoopt een Inuit nog een koelkast!
Fabuleus beeld. Het werkt écht van alle kanten.
Ben blij dat er een kunstwerk naar me is vernoemd, in de mooiste stad van de wereld 🙂