De Hofbogen lijken als geheel ‘gratis te geef’, maar er is niet veel animo voor. En bij verkoop per boog raakt het bezit versnipperd. Collectief eigendom van het dak en private verdeling van de ruimten daaronder is economisch en maatschappelijk de meest realistische oplossing, betoogt Piet Vollaard.
De impasse rond de toekomst van de Hofbogen lijkt de laatste maanden weer in een stroomversnelling te geraken. Na jarenlang gesteggel over wie nu voor wat verantwoordelijk was, is er duidelijkheid: geen enkele publieke of semipublieke partij wil vooralsnog de kosten en risico’s die samengaan met het eigendom dragen.
De landelijke overheid niet, want minister Blok ziet de verantwoording voor ‘zijn’ Rijksmonument niet als zijn taak. De lokale overheid ook niet. De gemeente aarzelt zelfs over het dragen van verantwoording voor de veiligheid van de bogen over de openbare weg. (Als het voorkomen dat ik een brok beton op mijn kop krijg als ik onder de Hofbogen doorfiets al geen overheidstaak meer is, wat dan nog wel?). Prorail (nu nog eigenaar/gebruiker van het dak) zeker niet. Die wil graag van de verantwoording voor het dak af, maar moet dan wel een partij vinden die dat lekkende dak desnoods voor niks wil hebben. En vooral Hofbogen bv (Vestia en Havensteder: economisch eigenaren van de boogjes) niet. Die zoekt naarstig naar een exit (daardoor mede gedwongen door scherpere regels van de overheid) eveneens desnoods voor niks of weinig.
De Hofbogen lijken dus ‘gratis te geef’, maar niemand wil dit giftige cadeautje in ontvangst nemen. Begrijpelijk, want het cadeau is verpakt in kosten, verantwoordelijkheden en risico’s.
Privatisering de oplossing?
Tijdens de gemeentelijke commissievergadering Fysieke Ruimte van een maand geleden diende zich een nieuwe oplossing aan: privatisering. Het huidige collectieve en semipublieke boogjeseigendom van Hofbogen bv zou daarbij per boog worden ‘uitgepond’ aan de huidige huurders of andere belangstellenden. Enkele leden van de kersverse ondernemersvereniging Hofbogen hebben te kennen gegeven hun boogje wel te willen kopen.
Zolang zich geen steenrijke oliesjeik of een risicozoekende beleggingsmaatschappij aandient, die de Hofbogen als geheel wil kopen, lijkt dit het meest realistische scenario. Maar ook de verkoop aan huurders heeft zo zijn problemen en risico’s. Het bezit raakt versnipperd. Dat is in het algemeen geen garantie voor een daadkrachtige en gecoördineerde aanpak van het totaal.
De huidige eigenaar Hofbogen bv zal nog lang met onverkoopbare boogjes blijven zitten: een snelle exit zit er niet in. De inschatting van de huurdersvereniging dat ongeveer de helft van de huurders zijn boogje wil kopen lijkt mij – nog los van de verkoopprijs –nogal optimistisch. Want ook per boogje zijn de onderhoudskosten en de verantwoordelijkheden (het is nog steeds een Rijksmonument) niet gering. Als vastgoedobject is het langste gebouw van Rotterdam bepaald geen economisch buitenkansje, anders was het al lang verkocht. Integendeel, het is realistischer om er van uit gaan dat de investering – aankoop en onderhoud – alleen bij het zonnigste scenario, en alleen op lange termijn, kan worden terugverdiend.
Wat te doen met dak?
Bij privatisering blijft er wel een belangrijke vraag open: wat doen we met het dak, en wie wordt daarvan de eigenaar-gebruiker-verantwoordelijke partij? Juist het dak heeft bij de vele plannen van de laatste jaren de hoofdrol gespeeld. En steeds was openbaarheid van het dak – als park, als wilde natuur, als potentiële bouwplaats, als fietssnelweg of wat dan ook – een bijna vanzelfsprekend gegeven.
Als ook het dak door de huidige huurders wordt gekocht, dan komt die openbaarheid in het gedrang. De potentiële kopers geven nu wel aan voor die openbaarheid zorg te willen dragen. Maar garanties zijn er niet en het is ook de vraag of de toekomstige eigenaren zich wel bewust zijn van de verantwoordelijkheid voor de openbare veiligheid die ze zich daarmee op de hals halen.
Veel beter zou het zijn als het dak van de Hofbogen daadwerkelijk openbaar zou zijn, en dus eigendom, of tenminste de verantwoordelijkheid, inclusief het onderhoud en de veiligheid, van de gemeente. De gemeente neemt in dat geval in feite de huidige positie van Prorail over.
Het dak zou daarmee eenzelfde status kunnen krijgen als andere openbare stukken stad zoals straten, pleinen en parken. Over aard en invulling van het toekomstige gebruik kan dan collectief en democratisch besloten worden. Alle goede bedoelingen van kopende ondernemers ten spijt, geeft dat toch echt de best garantie dat de Hofbogen in de toekomst een integraal onderdeel worden van het stedelijk geheel.
Als het aan mij ligt, zou het dak overigens vooral het karakter moeten krijgen van een strook wilde stadsnatuur met een bescheiden toegang in de vorm van een wandelpad. Het zou in elk geval een betaalbare oplossing zijn, een verrijking van het stadsbeeld en van groot belang voor de ecologische structuur van Noord.
Afgezien van een paar bredere stukken zoals bij station Bergweg is bouwen op het niet meer dan vijf meter brede dak nauwelijks realistisch: het is een monument, het uitzicht van de naastgelegen woningen wordt belemmerd, en het lijkt me evenmin een investering die zich snel terugverdient.
Gemeente moet voortouw nemen
Hoe dan ook zal het gemeentebestuur als eerste moeten aangeven van wie het dak wordt, van ons allemaal of van een hoe dan ook minder stuurbare of controleerbare private partij? Door niets te doen, ‘beslist’ de gemeente feitelijk dat het een zaak van private partijen is.
Ook dan blijft het de vraag of de gemeente zich aan de verantwoordelijkheid van de bogen boven de openbare weg kan onttrekken. Denken dat ‘de markt’ – met welke goede bedoelingen dan ook – het openbare belang voorop zal stellen, of dat privaat belang ‘automatisch’ tot collectief welzijn leidt, is een fout die in het recente verleden te vaak gemaakt is. Een gemeenschappelijke gebruik wordt nu eenmaal het best gewaarborgd bij gemeenschappelijk bezit.
Als het gaat om de straat, dan vraagt niemand zich (hoop ik) nog af waarom die door de gemeente wordt onderhouden, waarom de gemeente voor de veiligheid zorgt en waarom de straat dus gemeentelijk bezit is. Als het gaat om een zo belangrijk stedelijk element in Noord, zou de openbaarheid van tenminste het dak eveneens vanzelfsprekend moeten zijn.
De overheid kan die verantwoordelijkheid niet langer blijven afschuiven. Een combinatie van collectief bezit van het dak en privatisering van de boogjes daaronder lijkt mij een realistische optie die bovendien garantie geeft dat de impasse op redelijk korte termijn wordt doorbroken en eindelijk begonnen kan worden aan de stapsgewijze verbetering van de Hofbogen.
Daarvoor moet het gemeentebestuur wel het voortouw nemen. Het hoeft niet eens zo veel te kosten, niet meer dan het tonen van een beetje bestuurlijke daadkracht en het vrijmaken van een bescheiden deel van het budget voor het onderhoud en de veiligheid van de openbare ruimte.
Al 2 reacties — discussieer mee!
richt een coöperatie op met belanghebbenden (dat deden ze vroeger ook toen er wel ideeën waren maar geen geld) w.o. de huurders/eigenaren van onderliggende boogateliers en andere belanghebbenden en geïnteresseerden.
bedenk een plan dat haalbaar is voor de ontwikkeling voor een periode van ongeveer 25 jaar, nb: een coop heeft leden en die kunnen erin en eruit – als er grosso modo maar voldoende leden blijven.
zorg dat er minimaal één eigen inkomstenbron is, bijv. zonnepanelen, groentekweek, café, stadsfestivals die iets genereert en natuurlijk een of meerdere financiers die onderliggend de inbreng van de leden van de coöperatie dekken.
Zorg vooral ook voor goede pr. Dit monument heeft ondertussen een plek in cultureel rotterdam en dat kan nog ongelooflijk groeien.
partijen om ook te betrekken, monumentenzorg, stadsherstel, rijksgebouwendienst (misschien niet via minister blok : ). Omwonenden langs de lijn, kunnen het plan ook steunen als belanghebbende. Zij weten dan zeker dat er de komende 25 jaar geen raar nieuwe bouwsel voor hun deur verschijnt. NB: behoud verkoop in dat geval heel goed….let wel ze zijn dan wel betrokken voor de toekomst ; )
Er is een bank die heel veel weet van coöperaties en vast gratis advies en ondersteuning geeft voor het oprichten van de coop.
Volledig eens met bovenstaande analyse. Laat de gemeente haar verantwoordelijkheid voor de publieke ruimte nemen. Als vastgoedeigenaar van het casco.
Een cooperatieve vereniging zou dan de exploitatie op zich kunnen nemen en zorgen voor diversiteit in het gebruik van de Hofbogen.
De nieuwe Gebiedscommissie Noord gaat dit varkentje de komende 4 jaar wassen. Anders is ze geen knip voor de neus waard. Dus let op ons. Voor de buurt, door de buurt, samen staan we sterker. Dat is mijn motto, ook voor de Hofbogen.