Anniek Tijmes illustreert wekelijks het Rotterdamse nieuws. Deze week: de nieuwe coalitie zet in op onderwijs, maar wat is eigenlijk een ‘goede’ leraar?
“De beste leraren werken in Rotterdam”, schrijven Leefbaar Rotterdam, D66 en CDA in hun coalitieakkoord over onderwijs. De partijen zetten in op meer voorschools taalonderwijs en terugkeer van de ambachtsschool. Het is een ambitieus programma, onderwijs wordt wat de drie partijen betreft echt een speerpunt. Begrijpelijk, Rotterdam steekt te vaak schril af in lijstjes over onderwijskwaliteit. Dat jeukt.
Maar: wat is een goede leraar? De afgelopen vier jaar was het vooral all eyes on the ball. De focus lag op betere, meetbare resultaten op het gebied van taal en rekenen. Nog steeds worden de CITO-scores nauwgezet in de gaten gehouden. Een goede basis is essentieel voor de verdere ontwikkeling van kinderen. Maar onderwijs is meer dan het goede antwoord op een rekensom.
De leer van Biesta
Een competente leraar is nog niet vanzelf een goede leraar. Dit betoogt prof. dr Gert Biesta. Hij is een internationaal onderwijspedagoog, met oog voor brede, filosofische vragen over onderwijs. In zijn Good education in the age of Measurement (2010) zet hij grote vraagtekens bij het eenzijdig reduceren van onderwijskwaliteit tot meetbare leerprestaties.
Volgens Biesta gaat onderwijs om veel meer dan alleen maar lesgeven. Onderwijs draagt ook bij aan de persoonlijke en sociale ontwikkeling van leerlingen. Biesta pleit voor een veel grotere pedagogische rol van de leraar. Een goede leraar heeft bovenal aandacht voor de verschillende ontwikkelingsbehoeften van leerlingen.
Deze week publiceren we op Vers Beton een artikel van Gert Biesta, waarin hij de Rotterdamse onderwijsplannen recenseert.
Onderwijsminnend Rotterdam kan alleen maar worden aangeraden maandag 19 mei een middagje vrij te regelen. Professor Biesta spreekt dan namelijk in Arminius.
Tekst: Melissa van Amerongen
Nog geen reactie — begin de discussie!