Hoe gezond is leven in Rotterdam? Hoogleraar Lex Burdorf gaat daar op in tijdens de Rotterdamlezing op 28 mei. De professor is niet erg positief gestemd, zo blijkt uit onderstaand interview.
Het uitzicht is adembenemend vanuit de werkkamer van prof. dr. Lex Burdorf (56). In de nieuwe toren van het Erasmus MC aan het Dr. Molewaterplein kan de hoogleraar Determinanten van Volksgezondheid op de 23e verdieping genieten van een blik op de Nieuwe Maas. De professor ziet vanuit deze hoogte vrijwel heel de stad. Rotterdam is en blijft een zorgenkindje op het gebied van de volksgezondheid.
We spreken Burdorf in het kader van zijn komende Rotterdamlezing. Hij licht een tipje van de sluier: ”Rotterdam scoort nog steeds minder dan gemiddeld, zeker. Dat heeft te maken met grotestadsproblematiek, werklozen, arbeidsongeschiktheid, laag opgeleiden. Dat is in de meeste steden het geval. Werklozen zijn daarbij een belangrijke groep die veel meer aandacht verdient.”
Zeven jaar verschil
”Los van algemene grotestadsproblematiek zijn er binnen Rotterdam grote verschillen. Zo heb je soms zeven jaar verschil in levensverwachting, afhankelijk van welke plek je neemt. Grotendeels worden die verschillen verklaard door persoonsgebonden eigenschappen. Dan kan je onder meer denken aan het wel of niet hebben van werk en de mate van scholing.”
“Er is echter ook een indicatie dat gezondheid wijkgebonden is. De buurt doet er echt toe. Natuurlijk kunnen verschillen in gezondheid tussen bewoners van de Afrikaanderwijk en Hillegersberg worden verklaard door factoren die samenhangen met wie er wonen. Maar gecontroleerd voor persoonsgebonden kenmerken krijg je verschillen door een andere omgeving. Luchtverontreiniging of openbaar groen zijn dan voorbeelden van factoren die van invloed kunnen zijn op de gezondheid.”
Samenhang cohesie en depressie
En niet alleen de verschillen tussen wijken boeit de hoogleraar van Erasmus, maar ook die binnen buurten zélf. Op weinig afstand kunnen die groot zijn. Burdorf: ”Dat kan soms wel vijf jaar in levensverwachting zijn. Neem Kralingen met een rijk en een armer deel. Of de Kop van Zuid. Zelf kijk ik vanuit een mooie woontoren daar op een armere buurt met de Peperklip. Interessant is dan wat je aan die verschillen zou willen doen.”
”Heel interessant is sociale cohesie. Is de samenhang in een wijk groot, dan heeft dat een gunstige invloed op het welbevinden van bewoners. Een voorbeeld: als in een buurt met grote sociale cohesie veel werklozen zijn, kan de mate van depressiviteit twintig tot dertig procent minder zijn dan in een buurt met veel werklozen waar zo’n samenhang niet bestaat. Alhoewel: als een kleinere groep in de verdrukking raakt, dan gaat die zich doorgaans aanpassen, en dat is dan weer goed. Het zijn vooral de gebieden die in het grijze midden zitten qua sociale cohesie, waar het zeer waarschijnlijk problematisch wordt.”
Burdorf zal tijdens zijn lezing ingaan op de gevolgen voor beleid van zijn bevindingen. ”Met in gedachten dat een grote cohesie de gezondheid kan bevorderen, moet je bijvoorbeeld nadenken over spreidingsbeleid. Dat hoeft dus niet altijd gunstig uit te pakken. Het is zinvol dat beter uit te zoeken.”
Fijnstof
Een belangrijke kwestie in Rotterdam is en blijft fijnstof. ”Op dat punt gaat het over een periode van dertig jaar beter, maar nog steeds wel slecht. Met natuurlijk Overschie als orgelpunt, door de nabij gelegen rijkswegen. Dat kan vijf tot zes maanden in levensverwachting schelen. En die verlaging van de snelheidslimiet, van honderd naar tachtig, weer een paar weken. Dat lijkt weinig. Maar als je het vermenigvuldigt met het aantal mensen waar het om gaat, is het toch behoorlijk veel,” verwijst Burdorf naar de duizenden omwonenden bij een snelweg. Burdorf licht toe welk effect de uitstoot van verkeer heeft. ”Fijnstof is slecht voor de luchtwegen, leidt tot hart- en vaatziekten en beperkt de groei en ontwikkeling.”
Werk wérkt
Veel aandacht heeft Lex Burdorf voor de wederzijdse relatie tussen werk en gezondheid. In het algemeen is het hebben van een baan goed: ”Er zijn drie kenmerken te onderscheiden op basis van literatuuronderzoek – fysieke en geestelijke stimulatie, verhoogde sociale status en mogelijkheden, regelmaat en structuur. Die hebben een positief effect. De relatie is ook omgekeerd: met gezondheidsklachten word je eerder werkloos.”
Vooral opleiding, werk, roken en bewegen bepalen volgens de Rotterdamse gezondheidsprof hoe goed iemand zich voelt. Zo raken mensen met weinig scholing eerder hun baan kwijt en hebben ze vervolgens minder kans weer aan de bak te komen. Ongezonde leefgewoonten (roken, weinig lichaamsbeweging) komen bij hen ook vaker voor.
Gezondheid is géén vrije keus
In hoeverre zijn keuzes die mensen zelf maken van invloed of wordt gezondheid vooral maatschappelijk en economisch bepaald? Burdorf vindt dat het overlaten aan de markt of burgers zelf mensen niet gezonder maakt. ”Zo is roken niet simpelweg een vrije keus. Je hebt nog steeds indirecte reclame en de omgeving bepaalt mede het gedrag. Je eerste sigaret is niet lekker, weet ik uit eigen ervaring. Het is wel verslavend.”
Bemoeienis van de overheid vindt hij daarom gewenst. Hij kan zich prima vinden in anti-rookmaatregelen. Op lokaal niveau van Rotterdam kan de gemeente ook wat doen.
Als goed voorbeeld noemt Lex Burdorf Rotterdamse initiatieven als het bevorderen van sporten voor autisten. ”Er is vorig jaar een speciale judocompetitie voor deze doelgroep opgezet. Zoiets doet ertoe. Op gestructureerde wijze lukt het om die groep te laten bewegen.”
Kennis boven politiek
Zelf heeft de hoogleraar een korte politieke carrière achter de rug in de raad van Wageningen, waar hij Milieuhygiëne studeerde. ”Ik wilde wat aan het milieu doen via de politiek of met kennis. Het is het laatste geworden. De politiek is onvoorspelbaar. Feiten spelen er een beperkte rol.”
Op zijn manier hoopt Lex Burdorf toch een bijdrage te leveren aan zoiets als een betere samenleving. Wel in het besef dat kennis met vertraging doorsijpelt in maatregelen. Burdorf geeft een voorbeeld. ”Neem de schadelijke gevolgen van asbest, waar veel werknemers in de scheepsbouw mee te maken hadden. Tegen het gebruik ervan is pas laat door de politiek ingegrepen. Blootstelling eraan heeft wel tot honderden doden in Nederland geleid.”
De jaarlijkse Rotterdamlezing is dit jaar op woensdag 28 mei, in het Bibliotheektheater. Vers Betonner en huisarts Nabil Bantal verzorgt het co-referaat. Voor meer informatie, zie de website.
UPDATE:
Bekijk hier de video van de hele Rotterdamlezing die Lex Burdorf gaf:
Al 11 reacties — discussieer mee!
Ik begin het gezeik van dit soort lui spuugzat te worden. Gaat het mij niet zozeer om de aandacht die ze vragen voor sommige problemen maar meer de koppeling die steeds met Rotterdam leggen. Continu die teneur van “Rotterdam is een Stinkstad, Probleemstad”. Alleen al de opmerking “Er is echter ook een indicatie dat gezondheid wijkgebonden is. De buurt doet er echt toe.” Nee jôh, dat wisten we niet want we zijn in Rotterdam massaal achterlijk, professor. En natuurlijk weten we hier niet dat armoede van invloed is op eetpatronen.
En als je 020 gaat onderzoeken dan kom je erachter dat gejatte rijkdom is gekoppeld snuifpatronen. En weet je ook waarom een kwart van de jongeren in Urk met pupillen rondloopt zo groot als stuivers??
Dit soort jaren ’70 gezeik moet per direct uit onze stad worden verbannen. Ik zie ze nog voor me, lang haar, baard en als een soort missionarissen komen zeggen dat we verkeerd bezig zijn. En dat toen tegen mensen die een getraumatiseerde stad met bloed, zweet en tranen weer hadden opgebouwd. Dat soort welzijnswerkers….grotere hufters waren er niet.
Diep respect voor de academische wereld maar parallel aan het besef dat het zelfreinigend vermogen van die wereld dicht bij het nulpunt ligt. Ik weet nog heel goed dat ik na de val van de muur in ’89 met een aantal medestudenten diverse promovendi luidkeels heb aangesproken op het feit dat dissertaties over Oost-West-verhoudingen nu toch wel verspilling van academisch kapitaal was. Een paar jaar later waren ze allemaal van Erasmus verdwenen.
Wat slaan jullie toch weer agressief aan op dit artikel, kennelijk raakt het een gevoelige snaar maar ik begrijp echt niet goed waar het venijn vandaan komt. Mag de professor niet zeggen dat leven in Rotterdam ongezonder is, met name voor een bepaalde groep mensen? Moet de overheid zich niet bemoeien met onze gezondheid en hoe we leven? Of is het gewoon ieders eigen schuld en klep dicht?
Ik vind het zelf wel belangrijk dat we proberen iedereen in een zo gezond mogelijke leefomgeving te laten leven, en dat de overheid moet proberen te voorkomen dat de ene groep mensen gezondheidslast heeft van het gedrag van een andere groep mensen.
Bemoeienis van de overheid/gemeenschap met wat ik eet, of ik sport, rook of drink vind ik een stuk minder duidelijk, zeker met de steeds grotere rol van verzekeraars die hun premies aanpassen op levensstijl, en met de stijgende kosten voor de zorg. Moet er niet aan denken dat we zieke mensen gaan beoordelen in termen van eigen schuld of niet. Brrr.
Lex Burdorf woont in een toren, werkt in een toren en denkt vanuit de hoogte. Het is geen wetenschapper die zijn tijd steekt in het gezamenlijk creëren van nieuwe medicijnen en behandelmethodes. Nee, hij laat kwantitatieve analyses los op Rotterdam en benoemt zo allerlei (statistische) problemen. In Rotterdam heb je dan altijd succes. Begrip van maatschappelijke en sociale processen in deze stad heb ik bij hem nog niet kunnen ontdekken. Het ‘verstehen’ is voor hem een voor eeuwig gesloten boek. Hij is er zo een die denkt dat je in een grote stad zoiets als gezondheid echt kunt sturen. Dhr. Burdorf is een show-wetenschapper die je veel tijdens lezingen en bij conferenties tegenkomt. Lekker even tegen de politiek aanschuren rond verkiezingstijd en hup daar is weer budget. Hij roept vooral dingen waar je niet tegen kúnt zijn, gezonder dit en gezonder dat, en dan ook nog duurzaam, blablabla. In 2009 zijn er kapitalen verspilt aan het project “Gezonder Rotterdam”. Want wat heeft het opgeleverd, Melissa? Wat heeft jouw professor als resultaat afgelezen op z’n metertjes? Som het eens op! Het enige wat het namelijk heeft opgeleverd zijn diverse publicaties en budget om z’n onderzoeks-toko draaiend te houden. Melissa, het zou jou sieren als iemand met jouw achtergrond zich eens wat meer kritischer zou opstellen.
Hoe gezond is leven in Rotterdam? Hoogleraar Lex Burdorf gaat daar op in tijdens de Rotterdamlezing op 28 mei 2014.
Een interessant onderwerp voor een lezing. In de preview op de lezing wordt een tipje van de sluier opgelicht: ”Rotterdam scoort nog steeds minder dan gemiddeld, zeker. Dat heeft te maken met grote stadsproblematiek, werklozen, arbeidsongeschiktheid, laag opgeleiden.” Ik mis het voor gezondheid belangrijke onderwerp ‘borstvoeding’ in de lezing: Een gemiste kans.
Geen borstvoeding geven of krijgen heeft belangrijke effecten op de ontwikkeling van moeders en baby’s. De meeste effecten zijn dosis afhankelijk, dus hoe langer borstvoeding, hoe sterker het effect. Er wordt altijd verwezen naar het verminderd voorkomen van diarree of ernstige verkoudheden, waardoor 5x minder ziekenhuis opnames voorkomen onder borst gevoede kinderen. Dat betekent natuurlijk dat ouders van borst gevoede kinderen minder vrije dagen hoeven op te nemen om bij hun kind te zijn dat in het ziekenhuis opgenomen is. En in werkstad Rotterdam is dat natuurlijk belangrijk. Omdat er in NL gemiddeld 1 kind per jaar aan longontsteking overlijd, terwijl in onderontwikkelde gebieden diarree en verkoudheid dodelijk kan zijn, zijn deze cijfers in NL minder interessant.
Belangrijker zijn denk ik effecten als: meer witte stof in de hersenen bij borst gevoede kinderen, bij kinderen die geen borstvoeding krijgen is het orgaan thymus de helft van kinderen die wel borstvoeding kregen. En dat heeft invloed op hun afweer.
Doen Rotterdamse moeders aan borstvoeding?
Volgens dit artikel http://europepmc.org/abstract/MED/19996356 zijn de percentages borstvoeding in Rotterdam hoger dan gemiddeld in Nederland (zie: http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/leefstijl/borstvoeding/trend/ ):
Rotterdam 90,6% gemiddeld na de bevalling en met 6 maanden nog 30%,
NL 74% gemiddeld na de bevalling; Het gemiddelde in NL van de kinderen dat met 6 maanden borstvoeding krijgt is onbekend, dat wordt de laatste paar jaar niet meer gemeten. In 2006 was het percentage nog gemiddeld 35%, maar sedertdien zijn de cijfers van kort na de bevalling gedaald, wat doet vermoeden dat de cijfers met 6 maanden ook zijn gedaald.
Bijzonder in Rotterdam is dat er voor minima een basisverzekering is waarin lactatiekundige zorg is opgenomen. Zo werkt Rotterdam aan het wegwerken van verschillen in gezondheid die vaak gebaseerd zijn op inkomensverschillen. Goed plan!
Bijzonder in Rotterdam is dat er voor minima een basisverzekering is waarin lactatiekundige zorg is opgenomen. Zo werkt Rotterdam aan het wegwerken van verschillen in gezondheid die vaak gebaseerd zijn op inkomensverschillen. Goed plan!
Als je gaat kijken naar gezondheid en ziekte in Rotterdam, mag een beeld van borstvoeding in Rotterdam niet ontbreken.
Ach ja @juffrouw Melissa een onvervalst d66 geluid van het eeuwigdurend heden en vooral wegkijken.In de volksmond zou men de zogenaamde hoogleraar Lex Burdorf een charlatan noemen een met niks zeggende woorden geld binnen halen dat heb je wel meer met dat soort ivoren toren kereltjes aan geldwolferij doen het zal ook wel zo,n d 66 stemmer zijn .Nog maar een keer gezond leven is een eigen keuze dus minder zuipen roken en verkeerd eten en vooral meer bewegen.
En laat de Wereldmetropool er buiten.
En maar zeuren ook deze zogenaamde Hoogleraar Lex Burdorf.Te veel roken te veel zuipen niet bewegen niet gezond eten is niemands schuld dan de persoon zelf die zich zelf niet in acht neemt.Veel eten is niet nodig maar wat je eet moet goed zijn en als je met geld om weet te gaan kan iedereen gezond eten rijk of arm. Twee maaltijden per dag volstaan maar daar heeft meneer Lex Burdorf het niet over.En gezond leven is wel degelijk een vrije keus ongeacht je afkomst rijk of arm.
En hou onze Wereldmetropool Rotterdam er buiten!!!!
Natuurlijk is roken een vrije keuze. Moet je ze zien staan de stumperts buiten de kantoren en restaurants. Kost nog klauwen geld ook terwijl de niet-rokers gewoon doorwerken. Of op CS, terwijl de trein binnenrolt nog snel even een peuk opsteken die vervolgens grotendeels op de rails belandt. Iedereen weet dat roken ongezond is maar hoe vaak ik rokers niet hebben horen zeggen dat ze van het leven willen genieten, dan maar wat maanden of jaren korter.
En wat dacht u van het eten van Rotterdams trots, de vetbom Kapsalon. Gezond eten hoeft helemaal niet duur te zijn maar ja ‘we zijn toch geen konijnen’?
Niet roken, niet blowen, geen pillen slikken, niet te veel en/of ongezond eten zijn net als het omgekeerde, keuzes die mensen maken.
Hoi Ed,
Ik ken Lex Burdorf nauwelijks. Ik vind zijn onderzoeksgebied wel interessant. Het lijkt me belangrijk dat er naast pillendraaiers ook mensen zijn die zo goed mogelijk onderzoeken wat de (maatschappelijke) oorzaken (/samenhangen) zijn van ziektes. En ik vind het wel bijzonder intrigerend als je als wetenschapper gaat proberen invloed uit te oefenen op beleid, die dubbele drive (ga ik onderzoeker worden of de politiek in – twee manieren om hetzelfde doel te bereiken) staat mooi in het interview van Paul. Het is een ingewikkelde positie, kennis wordt een machtsmiddel, aan de ene kant is dat precies wat je wilt (op grond van kennis de wereld beter maken – zie de asbest discussie), aan de andere kant is het natuurlijk linke soep. Een managementsamenvatting heeft geen plek voor nuance en methodologische reflecties.
Hoe Alex Burdorf hiermee omgaat weet ik niet, interessant om hem te vragen woensdag. Kom je ook? Dan evalueren we na zijn lezing met een biertje.
Hee Melissa,
Pillendraaiers???? Oeps, is dat je oordeel over de 46 researchcentra van Erasmus MC? Mijn buurman is aan een van deze verbonden en ik zal jouw boodschap namens “Vers Beton” van harte overbrengen. Sterker nog, binnenkort kan jij je boodschapje van hierboven op enkele prikborden terugvinden. Een zeldzame fan van Alex de Babbelaar, dat is pas interessant nieuws.
Het bibliotheektheatertje is al helemaal gevuld en bovendien zit ik woensdagavond al in de sportschool. En dat biertje, tja, ik ben geheelonthouder. Anders red je het niet in deze ….stad.
Hoi Melissa,
En hoe was de lezing van Lex?
Leuk dat je nog aan me denkt, Ed 🙂
Het was een goed voorbereide en best onderhoudende presentatie waarbij hij op een toegankelijke manier (met filmpjes van skatende jongeren in verschillende buurten en Rotterdam) liet zien dat er grote verschillen zijn in gezondheid (levensverwachting) tussen de wijken. Het is een ervaren spreker/presentator, die het gewend is resultaten van onderzoek duidelijk te presenteren en te vertalen in duidelijke uitspraken.
Zo’n avond leent zich niet voor diepe methodologische discussies of over de onderliggende statistische modellen, maar ikzelf ben niet zomaar overtuigd van de grote causale rol die hij aan werk toebedeelt. Dat gezondheid en werk samenhangen, dat geloof ik natuurlijk wel, maar dat je gezond wordt door te gaan werken, dat wil er bij mij niet zo goed in. Lijkt me bijna eerder een conceptuele waarheid (gezond zijn = kunnen werken), zeker omdat we maatschappelijk zo veel waarde hechten aan betaalde arbeid. Je kunt trouwens ook flink ziek worden van werk (burn-out, stoflongen). En werk, gezondheid, opleiding, woonplek, hoeveel groen, levensstijl etc etc hangen zo ontzettend samen met elkaar, ik weet niet of je daar één sleutelfactor uit kunt halen.
Ondanks dat er veel afgeronde cijfers en gemiddelden langskwamen vond ik het een evenwichtig verhaal, met aandacht voor zowel maatschappelijke factoren (werk, opleiding) en omgevingsfactoren (fijnstof) die invloed hebben op gezondheid, maar ook voor de eigen verantwoordelijkheid van mensen. Hij besprak ook zowel geestelijke en fysieke ongezondheid. Wat ik heel goed vind is de poging om het grotere plaatje inzichtelijk te krijgen: wat heeft nou allemaal invloed op onze gezondheid en hoe groot zijn al deze effecten nu ten opzichte van elkaar. Dat zou je ook met interventies kunnen doen.
De observatie dat de levenskansen van mensen met een lagere opleiding beduidend lager liggen dan die met een hogere opleiding blijf ik shockerend vinden, ook al “weten we het wel”, en zeker als je bedenkt dat ze in de kortere tijd dat ze leven meer gezondheidsklachten hebben.
Ook mooie kritische commentaren van de burgemeester en van onze eigen Nabil (zijn co-referaat staat verderop) en er kwamen veel vragen uit de zaal.