Wat is er Rotterdams aan de Internationale Architectuur Biënnale (IABR)? Steeds meer, weet Chris Luth. Volg hem in zijn ontdekkingsreis door de Kunsthal langs snelgroeiend zeewier, een strandzandmotor, de zelf groeiende Maasvlakte, Park Pompenburg en tango in de sneeuw.
Download de Vers Beton Rondleiding door de IABR! Meer weten over hoe we ons stadslandschap slimmer en aantrekkelijker kunnen maken met e-loops, proteïnecollectieven, re-industrialisatieboulevards en Belasting op Toegevoegde Koolstof? Download hier de rondleiding Rotterdams van nature die Vers Beton speciaal voor de IABR heeft gemaakt.
De IABR is een tweejaarlijkse tentoonstelling over architectuur. Architectuur wordt hierbij breed opgevat: ook de vakgebieden stedenbouw, landschapsarchitectuur en planologie vallen eronder. Alle vormen van ruimtelijk ontwerp dus.
Vanuit dat ruimtelijk perspectief kijkt de biënnale naar onze maatschappij. Die ziet enorme ecologische uitdagingen, maar ook grote economische kansen. En daar presenteert de IABR ontwerpvoorstellen voor.
Stedelijk van natuur
De titel van deze zesde editie is Urban by Nature, stedelijk van natuur. Nu inmiddels meer dan de helft van de wereldbevolking in de stad woont, kunnen we zeggen dat we stedelijk van natuur aan het worden zijn. De natuur verstedelijkt bovendien met ons mee. Plant- en diersoorten passen zich aan de stad aan. En de biodiversiteit is er zelfs hoger dan in veel omliggende gebieden.
Maar ook het ommeland urbaniseert. Van agrarisch productielandschap, recreatiegebieden, havens en industrieterreinen, via dunbevolkte voorsteden en dichtbevolkte binnensteden, tot de infrastructuur van spoor-, auto- en waterwegen die ze met elkaar verweven: al deze intensieve vormen van ruimtegebruik vormen het stadslandschap. En dit stadslandschap is de locatie voor de ontwerpvoorstellen van de biënnale.
Rotterdam in de IABR
Hoewel de IABR een internationale tentoonstelling is, heeft Rotterdam er de laatste jaren een steeds grotere rol in gekregen. Net zoals de rest van de wereld ziet onze stadsregio zich gesteld voor grote ecologische uitdagingen. Onze laaggelegen rivierdelta is nog eens extra kwetsbaar voor overstromingen. Maar de goederenstroom door de haven en de nabijheid van intensieve voedselproductie in het West- en Oostland bieden juist weer kansen. Hoe kunnen we Rotterdam duurzamer en mooier maken?. Hier volgen enkele hoogtepunten.
Snelgroeiend zeewier
We beginnen op zee. Fosfaat is noodzakelijk om de landbouwproductie op peil te houden. Onze ontlasting, en die van koeien, zit er vol mee. Nu spoelen we dit waardevolle materiaal via riool en grondwater zo de zee in. Dat moet slimmer kunnen.
Een grote maquette met bijbehorende tekeningen op de eerste verdieping stelt voor om bassins met zeewier te plaatsen onder een windmolenpark op zee, naast de monding van de Maas. Het zeewier vangt de fosfaten op en groeit wel een halve meter per dag. Daarna wordt het in de haven verwerkt tot allerlei bio based producten.
Strandzandmotor
Dan het strand. Het kost veel tijd en geld onze kust in goede conditie te houden. Kan de natuur dat niet zelf doen? Onderin de Kunsthal botsen we op de zandmotor. In plaats van elke vijf jaar het strand en de duinen te repareren, spoot Rijkswaterstaat een schiereiland van zand op ten noorden van Hoek van Holland. Golfslag, stroming en wind verplaatsen het vanzelf naar de zwakste plekken in kust en duinen. Pas over dertig jaar hoeft er weer een nieuw zandschiereiland te worden gemaakt. De luchtfoto’s en kaartjes geven een mooie uitleg.
Zelfgroeiende Maasvlakte
De haven. Met bagger kunnen we beter omgaan, stellen de ontwerpers van .FABRIC en James Corner Field Operations. Nu dumpen we het op zee, wat zeer hoge transportkosten geeft. Maar bagger kan lokaal worden gebruikt om steile dijkoevers te verzachten. En net achter de dijk kan het zich langzaam ophopen tot landbouwgrond. Wat nu als we in onbruik geraakte havens laten dichtslibben? Het natuurlijke proces van verzanding kunnen we zelfs sturen door een speciale dijk buiten de Maasvlakte te bouwen. Over dertig jaar zal hier dan een derde Maasvlakte achter zijn ontstaan! En in de tussentijd groeien er oesters.
Al deze gebieden worden nieuwe leefmilieus van planten en dieren. Het kunnen belangrijke schakels zijn voor bijvoorbeeld migrerende vissen. Ze hebben ook een bijzondere recreatieve waarde. Een grote poster op de eerste verdieping toont de pracht van een wilde havenbekken.
Park Pompenburg
De stad in. De laatste jaren hebben inwoners verwaarloosde plekken zelf ter hand genomen. Park Pompenburg is daar een uitzonderlijk voorbeeld van. Het vormt de laatste schakel van het welbekende project Luchtsingel, de houten voetgangersbrug die het Schieblok met Pompenburg en Station Hofplein verbindt. Het Schieblok was tijdens de vorige editie van de biënnale een test site van experimentele stadsontwikkeling. Met recht, want de initiatiefnemers ervan wisten dit naoorlogse kantoorpand van de sloop te redden om er een succesvol verzamelgebouw vol creatieve bedrijfjes van te maken. De nu immens populaire Biergarten werd geopend en ze wonnen het eerste Stadsinitiatief met de Luchtsingel.
Het tot voor kort verwaarloosde Pompenburgterrein achter de oude Shelltoren is nu door bureau ZUS en met hulp van buurtbewoners omgetoverd tot een park met moestuin, speeltuin, sportvoorzieningen en een bar. De indrukwekkende maquette in de Kunsthal toont zelfs de DakAkker bovenop het Schieblok, dat omliggende horeca van groenten en kruiden voorziet.
Tango in de sneeuw
Tot slot de regio als geheel. Bedrijven in de haven produceren veel restwarmte, die bijna helemaal verloren gaat. Ontwerpers stellen een nu warmtenetwerk voor, dat het aanbod van warmte verbindt met de warmtevraag van bedrijven en huishoudens. Hierdoor zal voor verwarming nauwelijks nog te hoeven worden gestookt. De koppeling kan worden gemaakt in heat hubs, verspreid over de stad. Deze verdeelstations voor hitte hebben de potentie uit te groeien tot publieke gebouwen. Er gaat veel warmte mee gepaard en de bedenkers tonen ons het provocerende beeld van Rotterdammers die tango dansen op een verwarmd plein, omringd door sneeuw.
Daar lijkt het de biënnalemakers om te doen: met allerlei slimme maatregelen besparen we niet alleen het milieu en stimuleren we niet alleen de economie. We kunnen er ook ons stadslandschap mee verrijken. We kunnen zelfs de openbare ruimte ermee opwarmen. Letterlijk en figuurlijk. Tango in de sneeuw.
Biënnale Vers Beton besteedt in een korte serie artikelen aandacht aan de zesde editie van de Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam (IABR). Dit doet Vers Beton als mediapartner [wat betekent dit?] van IABR, die tot 24 augustus duurt. De hoofdtentoonstelling is te bezoeken in de Kunsthal en in het Natuurhistorisch Museum.
Al één reactie — discussieer mee!
Kleine kanttekening bij het Pompenburgterrein. Tot voor 1 of 2 jaar zag ik daar naast het viaduct een gebouwtje staan voor opvang/dagbesteding van dak en thuislozen (of zoiets) en daar omheen, tot aan het spoor een mooie moestuin met een schitterend kippenhok (een houten huis met houtsnijwerk uit Rusland, leek het wel). Waar is dat gebleven? En waarom moest dat weg, want nu wordt er opnieuw een tuin aangelegd?