De Rotterdamse straten, pleinen en buurten staan vol beeldende kunst. Rodin, Zadkine, Naum Gabo, Willem de Kooning, Picasso, Claes Oldenburg of Paul McCarthy. You name it, we’ve got it. Kunsthistorica Sara Wiersma verhuisde van Amsterdam naar Rotterdam en werd verliefd op de stad en zijn beelden. Op Vers Beton zet ze er elke maand één in het zonnetje en vraagt ze wat de Rotterdammers er zelf eigenlijk van vinden. Deze maand is het de beurt aan de ‘Speculaasjes’.
Een tijd geleden, toen ik met de intercity het station van Rotterdam binnen reed, viel mijn oog op een groot, stenen bouwwerk dat op het perron werd geïnstalleerd. De Speculaasjes bleken ze te heten, en ze waren ook nog eens met zijn tweeën. Ooit sierden ze de vleugels van het oude Centraal Station. De Speculaasjes werd hun bijnaam, omdat ze in kleur en vorm iets weg hebben van de gelijknamige koekjes.
In de stijl van Moore
Oorspronkelijk wilde architect Sybold van Ravesteyn (1889-1983) twee Henry Moore sculpturen voor zijn stationsgebouw laten ontwerpen; hij reisde hiervoor zelfs af naar het atelier van Moore in Londen. Toen het budget daarvoor ontoereikend bleek, gaf Van Ravesteyn zijn medewerker J.H. Baas (1909- 1990) de opdracht om een sculptuur te maken in de stijl van Moore. Het resultaat: de twee stenen Speculaasjes, die in materiaal en structuur zeker een gelijkenis tonen met het werk van Moore.
De ontwerpers van het nieuwe stationsgebouw, Team CS (Benthem Crouwel Architekten, Meyer en Van Schooten Architecten en West 8 urban design & landscape architecture) besloten de De Speculaasjes een mooie plek in het nieuwe station te geven: op een vergelijkbare plaats, op spoor 1 en op spoor 15, boven de in- en uitgang van de fietstunnel. En er is meer eerbetoon. Op de betonnen gevelelementen van de kantoren in de stationshal zijn motieven van speculaasjes verwerkt, onder andere te zien boven de winkels aan de voorkant van de hal. Ook de duizenden zonnecellen in de glazen spooroverkapping vormen samen een groot speculaasje.
Herinneringen aan het oude CS
De combinatie van het ‘nieuwe’ en het ‘oude’ vind ik zo typisch Rotterdams. Dat zie je vaker terug in de stad. Zo is de klok die geluid werd in de oude Pauluskerk nog steeds prominent aanwezig op de koperen voorgevel van de nieuwe Pauluskerk. En in het nieuwe station zijn niet alleen de beeldhouwwerken van J.H. Baas een verwijzing naar ‘het oude’, ook de klok en de letters ‘Centraal Station’, in een geactualiseerde LED-versie, zien we terug op de voorgevel van het nieuwe icoon.
Veel bezoekers van het station herkennen De Speculaasjes als zodanig. Meneer Sewdien is na tien jaar terug in Rotterdam: “Wat is het hier veranderd!” De stenen kunstobjecten herkent hij echter direct: “Ja ik ken ze wel, maar ze stonden niet hier, toch?” Wat de sculpturen eigenlijk voorstellen, vraagt hij zich af. Ik vertel hem dat ze liefkozend De Speculaasjes worden genoemd, maar dat zegt hem niets. Het idee dat er oude elementen in het nieuwe station zijn teruggeplaatst, bevalt hem wel: “Ik waardeer de oude dingen.”
Gewoon een blok beton
Cornelia heeft haast om de trein te halen, maar neemt toch even de tijd om haar blik over De Speculaasjes te laten gaan. Ook zij herkent de beelden uit vroeger tijden en is blij dat ze terug zijn op ‘oude grond’. Rennend naar de trein roept ze nog na dat ze bang was dat ze voorgoed zouden verdwijnen: “Ze stonden zo mooi aan de voorkant van het oude station. Gelukkig zijn ze terug!”
De eerste Amsterdammer die ik tref is eerst minder enthousiast. Lucia: “Ik zie ze voor het eerst. Tja, gewoon een blok beton?” Als ik haar uitleg dat de Speculaasjes sporen uit het oude Rotterdam Centraal zijn, is ze positiever: “Met een beetje fantasie zie ik er wel iets in, toch wel indrukwekkend.” Over het station zelf is ze overigens wel direct enthousiast. “Het is echt prachtig geworden. Ik kom zelf uit Amsterdam, dan weet je het wel hè? Amsterdam Centraal is nog steeds niet af en Rotterdammers, die doen het gewoon.”
Een echt stukje Rotterdam
Voor een aantal mensen zijn De Speculaasjes inmiddels (weer) deel van hun dagelijks werkterrein. NS-medewerkers Jamila en Noria weten er dan ook alles van: “Voordat ze zijn geïnstalleerd, hebben ze een opknapbeurt gehad. En ze zijn nu weer prachtig!” Over het verschil tussen het oude en het nieuwe station, inclusief de verhalen over het beruchte Perron Nul, kunnen ze uren praten. “Dit nieuwe station heeft een hele andere sfeer. Het is ruim, overzichtelijk en nieuw.” Dat de kunstwerken weer terug zijn, vinden ze geweldig. “Ik leef hier zo ongeveer en ik ben er trots op. Dit is nou écht een stukje Rotterdam.”
Ook al is één van Rotterdams kroonjuwelen (Calders ‘Le Tamanoir’) tijdelijk even buurten in de tuin van het Rijksmuseum; een beeldenroute door Rotterdam is nog steeds heel erg de moeite waard. Behalve werk van grootheden als Picasso en Rodin, zijn er nog veel meer juweeltjes te vinden in deze stad. En vergeet ook de meer afgelegen werken, zoals de hoedendoos van Kunst- en Vaarwerk in de haven, niet. Op Sculptureinternationalrotterdam.nl vind je meer informatie over de Rotterdamse verzameling beelden en op Openbarekunst.nl vind je een aantal old-school wandel- en fietsroutes langs de beauties van deze stad. Uitprinten en gaan!
Al 11 reacties — discussieer mee!
De uiterlijke overeenkomst tussen speculaaskoekjes en deze werken heb ik nooit zo gezien. Het is wachten op de Rotterdamse ondernemer die een special editon speculaaskoekjes gaat maken die wél precies lijken!
Wellicht iets voor die lieve mevrouw van Maaskoekjes. Bel jij ’r even, Eeva? http://www.maasstroompjes.nl
Dat lijkt me een uitstekend idee, Rufus!
Waarom zijn de beelden op een perron geplaats?
Op het plein voor het station komen ze veel beter uit de verf.
Snijdt het mes aan twee kanten, want dat plein is opmerkelijk leeg.
Weer te snel op verzenden gedrukt.
Als we nu toch namen van beeldhouwers opsommen, waarom Woody van Amen niet genoemd?
Sculpture op de Mariniersweg en 1000% Rotterdammer.
De beelden staan op twee perrons, maar tegelijkertijd, van buitenaf gezien, bovenop de in- en uitgang van de fiets- en voetgangerstunnel. Slim geplaatst, want in feite heb je dus vier heel verschillende plekken vanwaar je ze kunt zien 🙂
Het is een prachtig verhaal over kunst in de stad.
Jammer dat u weer gaat zeuren over dat dat beeld voor het station moet.
Dat plein is voor de mensen, mijnheer, niet voor de beelden of iets dergelijks.
Reactie is bedoeld nav bijdrage van mijnheer Sörensen.
Goed argument Jan-Philip: Het plein is voor mensen!
Dus het Grotekerkplein – Erasmus – is niet voor mensen.
Het plein 1940 – Zadkine – is niet voor mensen.
De Westersingel en de Eendrachtsingel zijn niet voor mensen.
De Coolsingel is niet voor mensen en de Lijnbaan is niet voor mensen.
Als je er over na denkt is eigenlijk heel Rotterdam met haar verscheidenheid aan beelden en sculpturen niet voor mensen, behalve dan het nieuwe Stationsplein dan
Het plein moest zo leeg mogelijk blijven he? En vroeger stonden ze ook niet op het plein, maar aan weerszijden, natuurlijk. Verder zit heel het gebouw tjokvol Van Ravesteyn-invloede, zie de bijna tot in het absurde doorgevoerde ‘Y-vorm’.
Het werk van Van Amen van de Mariniersweg is door behoorlijk wat mensen geopperd als ‘alternatief’ voor het voorstel van eerder dit jaar om Zadkine naar het Stationsplein te brengen. Beide gaan overigens niet door. Er komt een nieuw werk. Volgens mij mogen we snel weten welke buitenlandse kunstenaar het wordt. Wat ik overigens een goede keuze vind – binnen de stad of het land krijg je altijd gekissebis. Nu kan de hele kunstsector gewoon in zijn geheel boos zijn. Ik denk dat men gaat voor een beeld van Anish Kapoor-allure, genre Cloud Gate.
Leuk artikel. Ik vind de speculaasjes prachtig staan waar ze staan en fiets er regelmatig met veel plezier onderdoor.
Voor mensen die nieuw werk van een geboren Rotterdammer willen zien: op dit moment wordt op de zijgevel van het Bilderberg Parkhotel aan de Rochussenstraat een werk van Willem Oorebeek gerealiseerd. Dagelijks zijn de vorderingen en werkzaamheden goed te bekijken vanaf Eendrachtsplein.