Eindelijk kunnen we er overheen, de Luchtsingel is af. Filosoof Gijs van Oenen staat stil bij dit eigenzinnig werk van ZUS, dat volgens hem op een bijzondere manier de stad doorkruist. “Grote X erdoor!”
De Luchtsingel is af! Nog niet officieel, de feestelijke opening is naar volgend jaar uitgesteld, maar je kunt er nu helemaal overheen lopen en zondag wordt alvast het Luchtsingel Infopoint geopend. De loopbrug die door en vooral over een verwaarloosd stukje van het Rotterdamse centrum slingert, is een van de meest zichtbare ‘interventies’ van bureau ZUS in deze stad. De houten constructie lijkt te basaal en frivool om permanent deel van de stadsarchitectuur uit te maken, maar tegelijk te stevig en markant om louter tijdelijk te zijn.
Nu de Luchtsingel af is wil ik graag twee onderling gerelateerde kwesties bespreken: hoe is ZUS het beste te typeren? En: wat is de politieke signatuur van de ZUS-praktijk? Die kwesties interesseren mij als politiek filosoof, omdat ik denk dat Elma en Kristian met hun team een eigenzinnige, inspirerende en volstrekt eigentijdse opvatting uitdragen van wat je de politiek van stedelijke vormgeving zou kunnen noemen.
Interventie
ZUS kijkt vanuit de plek zelf en wat daar, met wat fantasie en betrokkenheid, allemaal te doen zou kunnen zijn – primair voor degenen die er in de buurt wonen of werken, of dat zouden willen. Het Schieblock is hiervan het beste voorbeeld. Wat ZUS dan bouwt, of ontwerpt, of aandraagt, noemt zij zelf het liefst een ‘interventie’. Die mooie term duikt zo vanaf 1975 met name op in de – psychotherapeutische – hulpverlening. Dat was een tijd waarin men er voor het eerst vanuit ging dat mensen in principe allemaal zichzelf kunnen helpen. Alleen hebben ze daar soms hulp bij nodig. En daarvoor dienen de ‘interventies’: letterlijk tussenkomsten die vlot trekken wat even tussen partijen was vastgelopen.
Doorkruisen
Dat therapeutische ideaal van samen-leven uit de jaren zeventig is in de loop van de jaren tachtig en negentig getransformeerd tot een (neo)liberaal ideaal van individuele prestatie en concurrentie. Interventies waren in strijd met de gedachte van de vrije, onbelemmerde markt en daarom mochten alleen ’toezichthouders’ louter nog ingrijpen om verstoringen in marktwerking op te lossen. Daarmee verloor de interventie ook haar politieke karakter; of beter gezegd, de marktideologie wil ons doen geloven dat alleen interventies gericht op marktwerking niet-politiek zijn.
Ook de interventies van ZUS zijn niet marktvrij. ZUS bekeert zich niet tot de markt, maar keert zich er ook niet tegen. Zij bedrijft geen traditionele politiek, is nochtans zeker niet apolitiek. ZUS beoefent eerder de kunst van het bewerken van netwerken, of misschien beter: de kunst van het doorkruisen van netwerken, in de zin die we ook vonden bij de Situationisten van de jaren zestig van de vorige eeuw: het ‘doorkruisen’ van buurten, verbindingen leggen en verleggen, maar ook het ‘doorkruisen’ (grote X erdoor!) van voorgegeven kaders en voorgeijkte ontwikkelingsplannen. ZUS spint haar eigen netwerken over en door het bestaande.
Diplomaten
Denkend over de aard van de interventies van ZUS kwam bij mij de associatie boven met het begrip ‘diplomatie’, zoals dat recent komt bovendrijven in het werk van onder anderen de Franse filosoof-antropoloog Bruno Latour. ‘Diplomaten’ staan daarin voor de ‘actanten’ die transformaties en transposities verrichten. ‘Actant’ is Latours term om aan te geven dat het vermogen tot handelen niet is voorbehouden aan mensen, maar ook aan dingen kan worden toegeschreven. Het bijzondere van een diplomaat is dat hij wat de ene groep doet en zegt zodanig weet om te zetten dat de andere groep daar ook mee overweg kan.
Die omzetting gebeurt bij diplomatie vooral in taal, maar kan zoals het begrip ‘actant’ al aangeeft ook in en als materiële vormgeving geschieden. Dat zit trouwens al mooi besloten in de etymologie van ‘diploma’, Grieks voor ‘dubbelgevouwen vel’ – een combinatie dus van tekst en materiële vouwpraktijk, waarin enerzijds de tekst materieel wordt gebogen en anderzijds de materiële buiging nieuw tekstueel verband creëert.
We zien deze relatie tussen taal en materie heel letterlijk terug in de Luchtsingel: de houten delen die de naam dragen van hun geïnteresseerde subsidiënt, waardoor de tekst de constructie draagt en de constructie de tekst. In en door hun onderling verband verbinden zij plaatsen in de stad.
Vertaalpolitiek
Achter Latours notie van diplomatie zit een politieke of zelfs democratische gedachte over de wijzen waarop in de wereld mensen en dingen met elkaar in verband kunnen worden gebracht. Hier komt Latours antropologische achtergrond om de hoek kijken. Wij moderne westerlingen hebben een bepaalde wijze om die verbanden te leggen, waarin bijvoorbeeld de mens heerst over het ding, maar die manier van ervaren is minstens zo beperkend en onderdrukkend als dat zij bevrijdend en verruimend is. Mogelijke relaties en niveaus moeten niet in een als vaststaand kader of format worden geperst, maar voorzichtig en met gevoel voor nuance in elkaars vocabulaire vertaald en aan elkaar voorgesteld.
Dat is wat ‘diplomaten’ doen en dat lijkt mij verwant aan de interventies van ZUS. Geen schema’s voor gegeven aannemen en daarmee een plaats of buurt “ruimtelijk ordenen”, maar via een creatieve vertaalpolitiek proberen om partijen op een nieuwe manier naar elkaar te laten kijken en interesses en behoeften voor elkaar begrijpelijk te maken. En dan te zien wat er allemaal kan gebeuren. Daar zit een zekere onbepaaldheid en onzekerheid in. We weten niet precies wat er gaat gebeuren, en al helemaal niet hoe we dat moeten noemen, vanuit politiek, maatschappelijk of bouwkundig perspectief. Links? Sociaal? Betrokken? Realistisch? Slim? Utopisch?
Seamstress
Zijn zulke diplomatieke interventies architectuur? Misschien is het eerder ‘interventuur’, of wat meer bouwkundig geïnspireerd ‘intervectuur’? Misschien heeft het ‘inter’-vocabulaire zijn beste tijd wel weer gehad in de architectuurfilosofie. Uiteindelijk kom ik op een heel andere term om ZUS mee te typeren: de seamstress. De seamstress is een naaister, in het bijzonder van zomen. Want kunnen we wat ZUS doet niet mooi typeren als het stikken, hechten, uitleggen en omzomen van de stad? De Luchtsingel is in haar vorm typisch een stiksel, dat een aantal gebarsten naden van de binnenstad weer opnieuw in verband brengt. De notie van seamstress past ook uitstekend bij de filosofie van het ri-zoom. En de term geeft ook mooi aan dat in de seams van de stad ook altijd sprake is van stress. En ook niet onbelangrijk, hoewel misschien politiek incorrect: het accentueert ook mooi het vrouwelijke aspect van ZUS!
Zoom
De nieuwste zoom die ZUS in de stad heeft gelegd is dus de Luchtsingel. Wie hem ziet, kan enige associatie met Constants New Babylon-project niet onderdrukken: een kronkelende, creatieve zoom die soeverein uitwaaiert boven de lawaaiige machine van de stad. Een zoom die niet voor werk is aangelegd, maar meer voor spel, zoals Constant met New Babylon homo ludens wilde faciliteren. En inderdaad draagt ZUS ook uit dat zij wars is van beperking en repressie.
Leefbaar
ZUS’ politieke instelling klinkt links!, speels, of althans anders dan hoe de afgelopen tijd de politieke wind waait in Rotterdam. Maar in Latours werk (erg aan te raden is zijn recente An inquiry into modes of existence) lezen we juist dat het doel van diplomatie is om de omgeving comfortable en habitable te maken. Leefbaar? Is dat niet juist die club voor veiligheid, strenger handhaven en geen cultuur? Maar als we het begrip even losweken van de wijze waarop het door deze politieke beweging is gekoloniseerd, zou het toch juist een hele mooie typering kunnen zijn van het doel van ZUS met haar interventies nastreeft. In die zin is leefbaarheid inderdaad het (post-)politieke doel bij uitstek van de moderne stad. Leefbaarheid is te belangrijk om over te laten aan de Leefbaren. Hoe moeten we kortom de Luchtsingel zien? Als een doorkruising van Leefbaar: leefbaar met een groot kruis erdoor!
Al 24 reacties — discussieer mee!
In de zestiger jaren leerden we ook dat niets waardevrije is!
Later ontdekten we dat elk bouwwerk zo zijn beperkingen heeft.
Vrouwvriendelijk bouwen zijn we nog tijden mee bezig geweest, er zijn planken met boeken over volgeschreven.
Dan begrijp ik er eigenlijk niets van dat er miljoenen worden uitgegeven voor een bouwsel dat van niks naar nergens loopt, iedereen die er op loopt volledig onzichtbaar is en van materiaal waarvan je je erg kan afvragen hoe duurzaam het is. Over het algemeen zakt een houten bouwsel in ons klimaat binnen een paar jaar in doordat het verrot.
Voor ons vrouwen is het helaas nog steeds beter als we zichtbaar blijven in de publieke ruimten en de ruimten zelf ook overzichtelijk blijven.
Was er nu echt betere bestemming geweest voor dit geld?
Hoeveel daklozen hadden geholpen kunnen worden, kinderen die in armoede opgroeien?
Hoe kreatief kan je zijn met dit geld? Tuinen op daken prima natuurlijk maar moet daar nu zo’n luchtbrug tussen gebouwd worden? Konden jullie niet gewoon voor het stoplicht wachten en oversteken op de grond?
Ik ben het met Gijs van Oenen eens dat de Luchtsingel een verborgen politieke lading heeft.
Zijn betoog is prima, helaas bederft de slotzin alles. Je kunt niet zomaar beweren dat de Luchtsingel een groot kruis zet door de Leefbaren. Die uitspraak is veel te algemeen. Het is Gijs van Oenen kennelijk ontgaan dat er een latente richtingenstrijd woedt in Leefbaar Rotterdam. De Luchtsingel is wellicht een groot kruis door het Wilders-kamp binnen deze partij maar niet door het Fortuyn-kamp. Dat laatste kamp staat helemaal niet zo ver af van D66, of van het naar het politieke midden neigende deel van de PvdA. Bedenk bijvoorbeeld dat Fortuyn in het verleden, naast kandidaat-raadslid voor de PvdA, ook kandidaat-burgemeester was voor D66, de partij die het Stadsinitiatief bedacht waaraan we de Luchtsingel te danken hebben. Het is niet goed om Pim Fortuyn alleen te beoordelen aan de hand van de laatste bizarre maanden van zijn leven; daar gaan een dikke vijftig jaar en tientallen boeken aan vooraf.
Ik vind niet dat de Luchtsingel op dit moment een succes is. Er wordt weinig gebruik van gemaakt. Zal het gebruik in de toekomst toenemen? Dat hangt er vanaf.
Als de Luchtsingel niet een logisch vervolg krijgt richting Delftse Poort, Grotekerkplein, Pim Fortuynplaats en Plein 1940 – en Witte de Withstraat – zal dit bouwwerk als een dode spin in het landschap blijven liggen. Een echt Idee om deze spin tot leven te wekken ontbreekt – ZUS kan zomen zoveel het wil, een zoom alleen maakt nog geen broek. Het is de kunst om vanuit deze spin de juiste draden te weven, allereerst richting stadscentrum: m.i. is dat het beeld van Erasmus op het Grotekerkplein. Op die manier bouw je aan de Via Fortuna, de Weg van het Noodlot, een reis langs alle belangrijke ijkpunten in de Rotterdamse geschiedenis, onderling met elkaar verbonden door Stadsinitiatieven. Een wandelroute door het oude hart van de binnenstad, parallel aan de Coolsingel, de profane – wereldlijke – hoofdstraat van Rotterdam.
Trek je de route vanaf Pompenburg niet op een creatieve manier richting Grotekerkplein door – en wandelaars geen hippe reden geeft om de Luchtsingel te gebruiken – dan zul je zien dat onze verbeelding op hol slaat en dit ’s avonds onverlichte bouwwerk in no-time uitgroeit tot de Engste Plek van Rotterdam. Een horrorbrug waaronder een griezeltarantula schuilt. Een grote houten en harige Geert W. Lieftallige meisjes die vanuit Bird de kortste weg naar huis nemen verdwijnen er bij bosjes. Nee, deze Luchtsingel kan alleen maar een begin zijn, zeker geen einde.
Wat veel moeilijke woorden in dit stuk!
Zullen ze bij ZUS echt zover doordenken als deze filosoof? De schrijver geeft naar mijn mening niet meer dan een eigen interpretatie van de houten brug. Het is in ieder geval niet mijn interpretatie. Mijn interpretatie van de houten brug is die van een effectieve, door de belastingbetaler betaalde marketingstunt.
Mark, zoals je vast nog weet schreef ik een klein jaar geleden dit stuk op Vers Beton over de luchtsingel. En later, na het debat waarin opnieuw geen antwoorden werden gegeven dit stuk op Archined.
Er is dus op Vers Beton wel degelijk ruimte voor verschillende meningen, gelukkig.
Wat de boodschap van dit stuk is ontgaat mij overigens. Ik vind de hoogdravendheid op een gegeven moment bijna lachwekkend worden. Filosofen worden er met de haren bijgesleept, oude grieken, dingen die tegelijk zwart als ook wit zijn etc. etc. Ik kan er als niet filosoof weinig mee.
De boodschap die ik er nog uithaal is dat de luchtsingel kan worden opgevat als een politiek statement, die dan blijkbaar anti-leefbaar/Fortuyn zou zijn. Ik denk dat de werkelijke drijfveren van de bedenkers van de luchtsingel veel eenvoudiger zijn dan dit stuk doet voorkomen.
De Luchtsingel is er – net zoals de Rotterdam er is, en Montevideo, en de Markthal. Of je er blij van wordt is een ding. Wat voor betekenis ze zouden kunnen hebben of krijgen weer een ander. Mijn stuk is vooral een poging dat laatste te doen: het staat er, wat denken we ervan en erover?
Wat betreft het grote kruis erdoor, ook dat is wel filosofentaal: immers ook wanneer je ergens een kruis doorzet, blijft het meestal nog prima leesbaar/leefbaar. Om de metaforiek toch maar even door te zetten: ik heb Leefbaar dus niet zwart gemaakt, alleen doorkruist.
Het probleem is dat je de nutteloosheid van deze brug niet kunt wegfilosoferen. Je kunt geen kruis zetten door het feit dat deze brug de situatie in dit gebied erger, onveiliger, onaantrekkelijker heeft gemaakt. Onkruid verspreidt zich in rap tempo, schommels zijn vaker stuk dan in werking, graffiti wordt al niet meer aangepakt en de brug wordt slechts door een enkeling gebruikt – waardoor het onaantrekkelijke maaiveld nóg dunbevolkter is. Hoeveel lofzang moet een project dat zoiets bewerkstelligt nog krijgen? Hoeveel filosofische vragen over het nut moeten we nog stellen, terwijl zo duidelijk is dat hier miljoenen zijn verspild om een gebied blijvend te verslechteren? Het gebrek aan kritiek is stuitend, voor zo’n groot bedrag en zo’n groot stuk stadscentrum.
Een vergelijking met Montevideo of de Martkhal, grotendeels private projecten, is eigenlijk een schande voor een docent. Is het soms niet bekend dat hier miljoenen GEMEENSCHAPSGELD zijn uitgedeeld na een twijfelachtige verkiezing met slechts enkele duizenden stemmen?
Het is niet moeilijk om dit “project” van ZUS aan te kleden met allerlei mooie termen, van ‘creatieve zoom’ tot een ‘interventie’. Het is wel moeilijk om aan te zien dat blijkbaar intelligente mensen zo kritiekloos over iets heen stappen wat heel kwalijk te noemen is.
Helemaal eens met Mark!
De brug loopt van een plek waar je niet wil zijn naar een plek waar je niet naar toe wilt.
Er is een treffende gelijkenis tussen de brug en het betoog van dhr v oenen. Beiden hebben geen enkel maatschappelijk nut en dienen enkel en alleen ter meerdere glorie van de creator ervan. Daarmee zijn beiden schandalig misbruik van de publieke middelen.
Sleep G.W. er met de haren bij en kortzichtig links (pleonasme) is weer blij.
Ja wat knap hè Duko. En wij maar ons best doen om begrijpelijk te zijn.
Zit een verborgen lading in die man. Een losse floder, maar toch zit ie er.
Lees tussen de regels door nog een aforisme. Ook een genezen PvdA’er blijft een mens.
Sorry Duko. Dat laatste slaat natuurlijk op Kees.
Jij zit nog midden in dat proces (hoezo gefrustreerd?)
Lekker begrijpelijk dit…
Sorry, wist niet dat je zo’n klein begrijpertje hebt.
Knap om zoveel woorden te verspillen aan de grootste mislukking van deze eeuw. Ik kan moeilijk geloven dat dit door een docent geschreven is! Ik mag hopen dat hij uit het subsidiepotje van ZUS betaald is voor deze marketing.
Heb je daar ook een inhoudelijk argument voor? Nu lijkt het alsof je zegt dat mensen aan de universiteit niet (veel) mogen schrijven over de Luchtsingel, tenzij ze betaald worden door de private sector. Maar dat bedoel je vast niet?
Dat bedoel ik inderdaad niet. Wel bedoel ik dat van een docent verwacht mag worden dat een stuk van zoveel woorden ook enige inhoud heeft. Het is allemaal gebakken lucht, er staat feitelijk niets. Het is eigenlijk een geforceerde poging om op basis van non-argumenten toch nog iets positiefs te zeggen over dit mislukte project dat een afgang is voor de stad, en dat vele miljoenen heeft gekost die beter besteed waren aan speeltuinen in de wijken. Enkel de in hun vuistje lachende leden van ZUS en wat vakgenoten houden deze marketing aan de gang, het is ronduit schandalig!
Het is natuurlijk waar dat de tekst veel eenvoudiger had gekund. Maar de idioterie – of netter geformuleerd: conventies – van hun vakgebied schrijft voor dat universitaire filosofiedocenten hun betogen op deze manier schrijven.
Daar moet je een beetje doorheen kijken. Zie al die moeilijke woorden maar als het machismo van de studeerkamer: ze dienen slechts om lezers en vakgenoten te imponeren.
Blaas je de gebakken lucht weg, dan lees je een interessant betoog waarin de auteur m.i. terecht onderkent dat er een politiek aspect aan deze Luchtsingel kleeft. Zijn conclusie is echter veel te voorbarig.
Nog een kleine toevoeging. Even praktisch denken. Kijk, die Luchtsingel ligt er nu. Het is zoals het is. Dan kun je maar beter proberen om die tot een succes te maken, toch? Hetzij als setting voor Rotterdamse horrorfilms, hetzij als katalysator voor een spirituele wandelroute door het Laurenskwartier, het echte centrum van onze stad. Het zou mooi zijn als we volgend jaar het 675-jarig bestaan van Rotterdam kunnen vieren met de opening van deze route.
@Mark en Kees, op het punt van schrijfstijl reageer ik zeker nog, want ben het met jullie oneens, maar niet vanavond meer.
Ondertussen zou het leuk zijn als ook de inhoudelijke discussie over het stuk doorgevoerd kan worden, de reacties zijn vooral bedoeld om de discussie inhoudelijk te verdiepen, dus geef mensen daar ook de ruimte voor ok?
@Mark en Kees, ik wil graag nog reageren op jullie reacties.
Op de eerste plaats een algemene tip: hanteer als je online reageert een botheidsmarge van 30%: mensen zijn geneigd om 30% lomper te reageren op internet, terwijl een botte reactie op internet 30% harder aankomt. Precies verkeerd om dus: wees milder dan je normaal in real life zou zijn, dan zit je op de goede golflengte. Er zijn geen lichaamsgebaren die subtiel kunnen corrigeren etc. We zijn meningen aan het uitwisselen, het is geen wedstrijdje wie het hardst iets durft te roepen. Reacties zoals die van jullie zijn heel bepalend voor de sfeer, echt waar (dit horen we ook van lezers die niet meer reageren omdat de sfeer zo negatief is, terwijl ze eigenlijk wel willen reageren).
Die 30% schud ik uit mijn mouw, maar je snapt wat ik bedoel.
Verder heb ik juist genoten van de manier waarop Gijs de luchtsingel en het werken van ZUS beschrijft. Er zit lekker veel filosofie in, heel veel metaforen, het is zeer associatief. Zijn artikel voegt veel betekenislagen toe aan de luchtbrug, dat vind ik mooi en waardevol, en er is ook veel ruimte om zelf verder invulling te geven. Het is ook weer eens wat anders. Niet hapslikweg, maar het prikkelt wel de geest.
Je hoeft het er niet mee eens te zijn, maar daar gaat het toch ook niet om? Het is interessant om je in te leven in een standpunt waar je het totaal mee oneens bent.
Voor filosofen zijn de taal waarin je iets opschrijft en de boodschap zeer verweven, beetje flauw en onnodig om dat af te doen als conventionele duurdoenerij. Rechte lijn alsmaar rechtdoor is maar saai.
Ten eerste, bedankt om mij (en iemand anders) de les te lezen over hoe wel of niet te reageren op een website. Volgens mij bepaalt iedereen dat voor zichzelf, mits binnen de fatsoensnormen blijvend.
Vervolgens geef je JOUW mening, en ga je er dan vanuit dat anderen die moeten volgen. Zo steekt het niet in elkaar. Over de Luchtbrug, een uit de hand gelopen grap die miljoenen belastinggeld heeft gekost zonder iets op te leveren/te verbeteren, is al veel geschreven. En nooit is men losgekomen van holle praat zoals ook weer dit stuk met filosofische invalshoek. Ik wacht nog steeds tot iemand echt kan aantonen dat het géén weggegooid geld is geweest. Meer dan marketing voor ZUS is het simpelweg niet en keer op keer ontwaakt in mij (en velen met mij) razernij als wéér iemand met mooie woorden probeert goed te praten dat dit project zo mislukt is.
Ik heb helemaal niets tegen de schrijfstijl op zich. Integendeel. Maar een project dat al bestaat uit enkel gebakken lucht, ook nog op deze manier positief te beschrijven, dat gaat echt te ver. Laat iemand eens met een rechtlijnig stuk komen over de Luchtsingel, het zou de eerste zijn!
-Reactie is verwijderd wegens off topic-