Zondag 19 oktober brengen ruim honderd Belgen een bezoek aan Rotterdam, ter gelegenheid van de Dag van de Rotterdamse Geschiedenis. Samen met zo’n honderd Rotterdammers bezoeken ze de Eendrachtskerk aan de Eendrachtsstraat voor een lunch in stijl. Honderd jaar geleden, tijdens de eerste wereldoorlog, kwamen hun ontredderde voorouders hier even op adem na hun vlucht van het gewelddadig beleg van Antwerpen.
Als je gedachteloos door de Eendrachtsstraat loopt, heb je het niet in de gaten. Maar als je oplet dan vind je halverwege, letterlijk ingeklemd tussen andere gebouwen, de brede hoge deuren van een heuse kerk. Deze Eendrachtskerk staat er al bijna 150 jaar. Ga je naar binnen dan ervaar je dat gewijde stilte niet alleen maar een cliché is.
Belgische vluchtelingen
De kerk is nu sober ingericht. Dat was heel anders toen honderd jaar geleden grote groepen Belgen, op de vlucht voor de oorlog, terechtkwamen in Rotterdam. In oktober 1914 kwamen tijdens het uiterst gewelddadige beleg van Antwerpen een kleine 23 duizend Belgen naar Rotterdam. De vluchtelingen hadden in Antwerpen gezien hoe bommen vanuit zeppelins hun stad vernietigden en hoe Duitsers zonder pardon onschuldige burgers doodden als ze zich gedwarsboomd voelden. In totaal vluchtten bijna 1 miljoen Belgen in deze beginperiode van de oorlog naar Nederland.
Zo’n 17 duizend Belgen vonden onderdak bij gastvrije Rotterdammers thuis; de rest werd ondergebracht in pakhuizen, landverhuizerhotels en op boten. Voor hun mentale rust en onderlinge steun gingen ze naar de Eendrachtskapel die van 1914 tot 1919 functioneerde als vluchtelingenparochie.
Licht en rust
De kapel was in die tijd onderdeel van een groot kloostercomplex dat aan de Eendrachtstraat zijn entree had, maar doorliep tot aan de Westersingel, waaraan ook de fraaie kloostertuin grensde. De kapel zelf had bont versierde zuilen en een blinkend wit marmeren hoofdaltaar — alles verlicht met talloze kaarsen. De kapel werd beheerd door de ‘Religieuzen der Eeuwige Aanbidding’, een groep van oorsprong Belgische zusters die al bijna 45 jaar in Rotterdam waren gevestigd. Zij zorgden voor een 24 uursgebedsdienst: op elk moment van de dag en nacht werd hier gebeden. De rust die daarvan uitging zal de vluchtelingen uit Antwerpen goed hebben gedaan.
Rijst met krenten en overvloedig brood
De Rotterdammers ontvingen hun radeloze zuiderburen bij station Delftsche Poort en zorgden voor onderdak en maaltijden, vaak met ‘snijbonen, aardappelen, worst, rijst met krenten en overvloedig brood’.
Het grootste deel van deze groep vertrok echter al binnen drie weken. Niet alleen omdat Rotterdam deze grote groep vluchtelingen na een paar weken gastvrijheid toch een te zware belasting vond voor de stad en aandrong op vertrek, maar ook omdat de Belgen zelf terug wilden naar Antwerpen om daar hun leven weer op te pakken. Een paar duizend Belgen bleef tot het eind van de oorlog. Zij hebben vaak elkaars steun gevonden in de Eendrachtskapel.
Schuilplaats en migrantenparochie
De Belgen waren de eerste buitenlanders die een schuilplaats vonden in de kapel, maar zij waren zeker niet de laatste. Na de grote wereldoorlog, die we later de Eerste Wereldoorlog zijn gaan noemen, verschenen er werkzoekenden uit Duitsland — vooral vrouwen die dienstbode wilden worden. Ook zij vonden de open kerkdeuren in de Eendrachtsstraat. Na de Tweede Wereldoorlog kwamen er Italianen, Portugezen en met name Spanjaarden, die er tot voor kort hun migrantenparochie hadden onder leiding van de geliefde priester Bodenstaff, door de parochianen ‘Don Pedro’ genoemd. Recent zijn het Antillianen en vooral Poolse migranten die een beetje leven brengen in de meestal donkere stille kerk.
Obstakel
Tegenwoordig staat de kerk er een beetje verloren bij tussen straat en singel – er is niet veel meer van over. In 1969 is de kathedraal aan de Westzeedijk gesloopt; het interieur is destijds naar de Eendrachtskapel gebracht. Het marmeren altaar moest wijken — het is letterlijk uit de vloer geboord. Begin jaren tachtig is, met uitzondering van de oorspronkelijke kapel, het gehele kloostercomplex afgebroken. Op zijn Rotterdams is er een ratjetoe van gebouwen voor in de plaats gekomen. Ook van de 24 uursgebedsdienst is niet veel meer over. Alleen op woensdag en op zondag is de kerk nog een uurtje open en kunnen de gelovigen er terecht voor hun zielenrust.
Voor de mensen die in de buurt wonen en werken is de kerk nu vooral een obstakel. Een mooie parkeerplaats vinden zij een betere bestemming, want de auto is al lang veel heiliger dan de kerk.
Al 2 reacties — discussieer mee!
Over ineengeklemde kerken. …Ga eens kijken in de Jeruzalemstraat in Kralingen. Ook daar staat een kerk waar ikzelf wat herinneringen aan heb. Ben sinds niet zo lang taxichauffeur en uit hoofde van mijn beroep kwam ik na ruim 45 jaar weer in deze straat terecht. En ja hoor deze kerk staat er nog in volle glorie, of althans wat er zichtbaar van is
Bijzonder als ik de ontkerkelijking in gedachte hou, mijn ouders moesten verkassen naar Pro Rege aan de Oudedijk, omdat de kerk gesloten werd; buiten gebruik is. Zij waren namelijk de schoonmakers voor vele jaren in eerder genoemde kerk.
Leuk om te horen dat 1 van mijn passagiers wist te vertellen dat deze kerk nog wel degelijk in gebruik is, gezien de geluidsoverlast die zij had op zondag morgen van het (mooie) orgel en de zang. Nu bijna 50 jaar later koester ik de momenten die ik daar beleefd heb. Niet zozeer als gelovige, maar als klein jochie die met pa en ma mee moest vanwege hun bijbaantje!
H.H. Laurentius en Ignatius zo heet de Eendrachstkapel officieel.En een verlaten Kerk is het allerminst;elke dag wordt de H.Mis op gedragen en is er daarna Stille Aanbidding.Op Zondag een drukte van belang.Op de eerste Zondag van de maand een Byzantijnse viering.Kortom een bloeiende parochie met veel jongen mensen en gezinnen .En laat hij nou niet in de weg staan de buurt is juist blij met de aanwezig heid van de oudste Kerk in het Centrum van Rotterdam.