“Ik brand ieder jaar een kaarsje. Meestal ’s avonds, dan is het licht mooier.”
Het waxinelichtje zet de in Charlois wonende Katharzyna Cisek tussen de televisie en de commode in. Niet op 14 mei wanneer Rotterdam het bombardement herdenkt, maar op 1 september, de dag dat Duitsland Katharzyna’s geboortestad bombardeerde. Gdańsk werd Danzig, de Tweede Wereldoorlog was begonnen. “In Polen deed ik dat nooit hoor, zo’n kaarsje,” verontschuldigt zij zich. “Maar hier ben ik zo alleen. Mijn hele familie is daar.” Ze speurt de kalender af, gaat met haar vingers langs de dagen. “1 mei is Dag van de Arbeid, 3 mei vieren we de Poolse grondwet. Dodenherdenking is 4 mei, toch? Bevrijdingsdag daarna. Hier, 14 mei. Een donderdag. Dan ben ik gewoon aan het werk.”
