Hoe goed weten Rotterdammers 75 jaar na het bombardement waar ooit de brandgrens liep in de stad? Driehonderd van onze lezers deden mee aan ons onderzoek. Opvallend: het bombardement lijkt in ons hoofd groter dan hij feitelijk was.
>>Klik hier voor een interactieve kaart met de resultaten.
We zijn heel blij dat onze lezers gehoor hebben gegeven aan de oproep om mee te doen aan het onderzoek. Er zijn in totaal nu 300 brandgrenzen getekend met een totaal aantal punten van 3276. De gemiddelde leeftijd van de deelnemers is 36, de jongste is 18 jaar, de oudste 79. Bijna driekwart van de deelnemers is tussen de 25 en 47 jaar oud. Gemiddeld wonen de deelnemers 19 jaar in Rotterdam. 67 invullers wonen al hun hele leven in Rotterdam.
De brandgrens
Onze lezers zouden onze lezers niet zijn als ze niet direct kritische kanttekeningen zouden zetten bij onze brandgrens. Zo zegt Joey in een reactie dat de koppen van het Noordereiland óók tot de brandgrens behoren. Klopt, de koppen van het Noordereiland werden in het begin van de oorlog verwoest, maar dit kwam niet door het bombardement, maar door eigen vuur bij de verdediging van de stad in de meidagen vóór het bombardement. Dus hebben we ze, net als het stadsarchief, niet meegerekend.
Oog voor detail
Een kleine rekensom leert dat er gemiddeld elf punten zijn getrokken, dit is voldoende voor een behoorlijk accurate brandgrens. Wij hebben dan ook de indruk dat de meeste mensen de test serieus hebben ingevuld. Als we afgaan op reacties via social media, was het niet voor iedereen even makkelijk.
De meest gedetailleerde kaart die we hebben gekregen is van iemand die er écht voor is gaan zitten. Deze persoon heeft maar liefst 119 punten gebruikt om de brandgrens te tekenen. Hij of zij zat er vooral in West naast en mist ook een flink deel van Kralingen. Deze persoon was niet de enige die juist op deze punten de brandgrens verkeerd tekende, blijkt uit de resultaten.
Brandgebied kleiner dan gedacht
Een van de opvallendste resultaten van het onderzoek is dat het brandgebied veel kleiner is dan veel mensen denken. Het echte brandgebied is 2,8 km2. Het gemiddelde oppervlakte van de brandgrensgebieden van de deelnemers aan het onderzoek is 5 km2. Jongeren (tot 28 jaar) slaan de plank het meest mis, ze zitten gemiddeld op 9 km2, het driedubbele.
Sommigen dachten zelfs dat héél de stad plat lag, zoals deze tekening die het grootste oppervlak bestrijkt dat we hebben binnengekregen:
Grootste missers
Hoe komt het dat we de brandgrens te groot tekenen? Het valt vooral op dat mensen de brandgrens vaak te ver naar het westen doortrekken. Veel mensen denken dat grote stukken van het Oude Westen in de aanval verwoest raakten en trekken de grens soms tot diep in het Nieuwe Westen door. Ook wordt hij nogal eens foutief door Crooswijk getrokken. Jongeren gaan vooral hier de fout in, ouderen weten beter dat het Oude Westen nog van voor de oorlog is.
In deze wijken staan veel huizen van de stadsvernieuwing. Zien jongeren dit gebied aan voor gebombardeerd terrein? Het zou een treffende illustratie zijn van de stelling van Gyz la Rivière, dat Rotterdam drie keer is gebombardeerd: door de Duitsers, door de wederopbouw en door de stadsvernieuwing.
Een andere opvallende misser vinden we aan de Kralingse kant van de brandgrens, ook ouderen gaan hier regelmatig de mist in. De brandgrens loopt hier juist veel vérder door dan de meeste mensen denken. Veel mensen nemen het uitstulpsel rondom de Willem Ruyslaan niet mee in de tekening. Pas als mensen meer dan dertig jaar in Rotterdam wonen, weten ze de brandgrens in Kralingen goed te tekenen.
Steeds minder zichtbaar
Over het algemeen zien we dus dat naarmate mensen ouder zijn, ze de brandgrens beter benaderen. Ze tekenen de brandgrens kleiner.
We hebben de resultaten aan Jantje Steenhuis, directeur van het Stadsarchief, voorgelegd. Hoe komt het dat oudere Rotterdammers de brandgrens beter tekenen? Steenhuis: “Vroeger was de brandgrens veel zichtbaarder in de stad. Mensen die hier al lang wonen hebben de leegte in de stad nog meegemaakt. Tegenwoordig is de stad af, dat was eigenlijk al zo toen ik in 1999 hier kwam wonen. Je moet er nu echt oog voor hebben waar de brandgrens loopt, anders zie je het niet. Daarom is het goed dat wij de brandgrens weer zichtbaar hebben gemaakt met de markering in de buitenruimte.“
Al 5 reacties — discussieer mee!
Ik heb een aantal jaar gewoond in een van de overgebleven oude panden (hoekpanden Ganzenpoot) in de Bospolder-Tussendijken, dat is net achter het mooie deel van Delfshaven. Ik denk dat, als je dan een “brandgrens” tekent, het inmiddels wel tijd is ook de friendly fire mee te nemen in de plaatjes.
Knap stukje huisvlijt dames en heer. Wat ik nog een beetje heb gemist aan alle verhalen tot nu toe, is het grote verschil tussen de oppervlakte binnen de brandgrens en het gebombardeerde oppervlakte. Het echte gebombardeerde oppervlakte bedraagt namelijk 1/6 deel van het verwoeste oppervlakte. Een groot deel van de bommen is bovendien helemaal niet op Rotterdam terecht gekomen maar is “geloosd” boven Strijen en Strijensas. Het was uiteindelijk de vuurstorm die Rotterdam verwoeste op een manier zoals door jullie omschreven. Een dergelijke vuurstorm was een geheel nieuw verschijnsel en ook de Duitsers waren verbaasd dat ze met betrekkelijk weinig bommen een dergelijke verwoesting hadden aangericht. Hele gebieden rond bv de Glashaven en de Wijnhaven werden amper geraakt maar zijn toch volledig verwoest. Het bombardement duurde een kwartier maar de branden duurde vele, vele dagen. Misschien is dit ook een handig linkje. Dan wordt het verhaal weer iets completer. De vuurstorm kon ontstaan door bepaalde atmosferische omstandigheden. Dezelfde oorlog, dezelfde gevechten, dezelfde bommen maar ander weer en Rotterdam had er na de oorlog heel anders uitgezien.
Inderdaad! En zo zijn er nog wel meer plekken aan te geven. Precisiebombardementen waren er toen nog niet. Denk bv ook maar aan de Bellebom en de Hillebom.
Dank voor de bijdrage Ed,
De reden voorde grote vuurzee is overigens nog wel onderdeel van een debat tussen historici. Dit artikel vond ik daarover wel verhelderend.
Ja Ties, ik ben 53 jaar, geboren en getogen Rotterdammer. Mijn hele familie, van beide kanten, heeft Rotterdam voor de oorlog, tijdens de oorlog en na de oorlog meegemaakt. En wat dan gebeurt laat zich wel raden…ik ben doordrenkt, nee verzopen, met verhalen over de oorlog. Dat was zo bij alle Rotterdamse families, verjaardagsfeestjes hadden altijd één hoofdonderwerp: de oorlog, en in alle boekenkasten stonden delen van L. de Jong. Als klein kind kan ik mij nog herinneren dat er nog veel mensen met geestelijke (shellshock-reflexen) en lichamelijke littekens rondliepen. Ik kreeg dan altijd van mijn moeder te horen “niet naar kijken, Ed!”. Maar ja, je bent 7 of 8 jaar. Op de hoek van onze straat woonde een man die op de Grebbenberg had gevochten. Had er een ‘houten’ been aan over gehouden en was door de hele oorlog een soort wandelende tic geworden. Als kind gingen we ‘m dus nadoen……lachen, tja.
Dus ik weet het zo langzamerhand allemaal wel. Die branden hebben nog weken geduurd, en m’n eigen familie heeft staan blussen en hebben meegeholpen die hele historische stad in de grachten te kieperen. Een vuurstorm is een vuurstorm zoals later ook veel andere steden hebben meegemaakt. Waar die historici dan nog aanvullingen op hebben weet ik niet maar ik vind wel dat meer verhalen de boel echt niet duidelijker maken. Het wordt dan net zo vaag als die blauwe vlek van verzamelde brandgrenzen in jullie artikel, terwijl er maar één brandgrens is.
Precies 75 jaar geleden was Rotterdam om dit moment nu een hel waar zelfs de duivel verschrikt naar zal kijken. 1000 maal de vuurwerkramp, 10.000 maal Café ’t Hemeltje. Zonder hulp, zonder mededogen. Kinderen verbrandden levend. De onderdrukking en de hongerwinters moesten nog komen. De naoorlogse kampen voor de “asocialen” moesten nog worden gebouwd. De stank van de chemische industrie voor de Nederlandse welvaart lag in het verschiet.
Ik ga toch eens aan de Groningers het telefoonnummer opvragen voor die schadevergoedingen………