Terwijl in slaapsteden de tijd ’s nachts stilstaat, gaat het leven in een stad als Rotterdam onbevreesd door. Taxi’s rijden, beats knallen, ambulances redden, broden rijzen, telefoons rinkelen en tuinen leven. Vers Beton laat die verhalen graag zien aan de hand van ‘De Nacht’, een magazine van hulpdienst Sensoor voor en door de mens in de donkere uren. Aflevering 2: ambulancechauffeur Reinier van der Lingen van de GGD.
‘s Nachts bestaat er een wereld waar je geen weet van hebt als je overdag op kantoor zit. Als het donker is, gelden andere regels, zie je andere mensen en ervaar je de wereld anders dan in het daglicht. Vaak heb ik ook het gevoel dat mensen zich anoniem wanen. Of nee, het is meer dan ‘anoniem’. Ik denk zelfs dat ze zich onzichtbaar voelen.
In al die jaren dat ik ’s nachts werk, heb ik daar al heel veel voorbeelden van gezien. Mensen die op een openbaar bankje, zomaar open en bloot, van alles met elkaar uitspoken, dingen die echt thuishoren in een slaapkamer en waarbij ik denk: “hé, zoek een hotelkamer joh, ik kan je zíen!”
Mooiste uren
Ik vraag me af waarom mensen zich zo gedragen op het moment dat het laatste zonnestraaltje verdwijnt. Misschien komt het door de vreemde sfeer die je ’s nachts voelt, de vreemde stilte, de onbestemde geuren en de nachtmensen, zoals ik ze noem. Mensen die alleen ’s nachts tot hun recht komen. Ze gedijen niet alleen beter tijdens de nacht, ze máken de nacht. Alsof de nacht is wat het is vanwege die mensen, en niet andersom.
De nacht werkt soms als een deken, een manier om als het ware te verdwijnen. Even weg van alles, alleen zijn met je gedachten en wachten op de dag. Dat vind ik trouwens de mooiste uren van de nacht, net voordat het weer dag wordt. Je ziet de wereld langzaam ontwaken.
Toen ik nog als vrachtwagenchauffeur bloemen reed naar Frankrijk, had ik dat gevoel ook. Je bent op weg, de lege snelweg heeft altijd iets magisch, en je gedachten dwalen af. Naar plekken waar je overdag de tijd niet voor hebt omdat je altijd alert moet zijn en altijd reageert op je omgeving. Als je alleen bent, is er rust. Misschien is dat het magische van de nacht.
Het waren mooie jaren als vrachtwagenchauffeur. Ik heb het tien jaar gedaan, maar op een gegeven moment vroeg ik me af of dat het nou was. Het leven, bedoel ik dan. Wil ik de rest van mijn leven bloemen rijden naar Parijs? Ik kwam tot de conclusie dat het antwoord op die vraag ‘nee’ was. Nee, dat wilde ik absoluut niet. Ik wilde meer halen uit mijn leven, meer betekenen voor de wereld.
Toen ik ergens las dat de GGD op zoek was naar een ambulancechauffeur, heb ik eigenlijk geen moment getwijfeld. Oké, dacht ik, ik heb nog niet de juiste papieren, maar daar kan ik voor leren. En rijden, tsja, dat kan ik als geen ander. Ik solliciteerde en werd aangenomen.
Inmiddels zijn er al vijftien jaar verstreken…vijftien jaar! Het is harder gegaan dan ik dacht. De nacht heeft na al die jaren nachtdiensten geen verrassingen meer voor me. Ik verbaas me niet zo snel meer, wil ik eigenlijk zeggen.
Al één reactie — discussieer mee!
Wauw respect