Rotterdam heeft economisch veel te verliezen wanneer in 2050 het gebruik van olie, kolen en gas nog maar 10 procent is van wat het nu bedraagt. Hoog tijd dat het gemeentebestuur dat erkent en serieus aan de slag gaat, betoogt Adriaan Korthuis.
Het ene na het andere rapport over de energietransitie ziet in Rotterdam het licht. Na het programma Duurzaam ‘Duurzaamheid dichter bij de Rotterdammer’ en het Plus programma Duurzaam is er nu de Roadmap Next Economy. De vele projectjes en rapporten met ambitieuze titels wekken de indruk dat Rotterdam druk bezig is met de energietransitie, maar in de praktijk is weinig resultaat en samenhang te ontdekken. Dat is zonde. Rotterdam loopt een reëel risico economisch achterop te raken.
De komende dertig jaar ruilen we kolen, olie en gas in voor elektriciteit uit wind, zon en aardwarmte, voor een flink deel afkomstig van onze eigen daken. Kunststoffen uit de traditionele petrochemie maken plaats voor plantaardige kunststoffen. We krijgen allemaal te maken met deze omwenteling, die is ingezet door snel ontwikkelende technologie en verder vorm krijgt dankzij de afspraken in Parijs om het gebruik van fossiele brandstoffen te beëindigen.
Al 4 reacties — discussieer mee!
Interessant overzicht, Adriaan. Bedankt daarvoor. Je observaties kloppen, denk ik.
Rest alleen de vraag: wat dan? Aan de ene kant heb je GroenLinks met onmogelijke luchtfietserij (“heel de haven vergroenen, alle petrochemie en fossiele op- en overslag eruit, biochemie en windmolens erin, hoera!”), wat oneindig veel banen en geld kost.
Aan de andere kant heb je de gevestigde partijen als Deltalinqs, Havenbedrijf, LR) die wel iets willen bewegen, maar niet te veel en niet te snel (en dus te traag zijn), en bovendien altijd op twee paarden blijven wedden (en wie op paarden wedt, zorgt ervoor dat ze gevoed en gezond blijven, anders is je inzet verloren.
Wat is de middenweg? Hoe gaat dit dan wél lukken? Wat moeten we doen? Bottom-up is te kleinschalig (in ieder geval om meters te maken, het is vooral schattig), dus ik vermoed zelf dat het top-down moet. Maar wie? En hoe? En van welk geld?
Goede vraag, ‘wat dan’. Laten we eerst vaststellen dat de gemeente niet gaat over het sluiten van petrochemische bedrijven of van de kolenoverslag. De gemeente besluit wel waar ze publieke middelen aan uitgeeft en waar ze aandacht aan besteedt. Dus liever niet meer aan het faciliteren van de fossiele industrie en liever wel aan het binnenhalen van innovatieve bedrijven in de stad en de haven. Daar valt een wereld te winnen.
Op eigen terrein moet de gemeente het voortouw nemen in het energieneutraal maken van alle 290.000 woningen in de stad. En de gemeente kan het goede voorbeeld geven bij het inkopen van haar eigen elektriciteit: duurzame energie uit een Rotterdams zonnepark bijvoorbeeld in plaats van kolenelektriciteit die wordt groengewassen met certificaten. En de gemeente kan de gedroomde derde oeververbinding in de stad liever gebruiken voor de metro in plaats van voor nog meer autoverkeer.
Het is het goed recht van de fossiele industrie om te vechten voor hun voortbestaan. Ons stadsbestuur hoeft daar echter niet aan mee te werken en besteedt tijd en geld liever aan levensvatbare zaken. En dat geldt ook voor het Havenbedrijf.
Dank. Grappig, die volledige focus op de stad. Dat kan natuurlijk ook. Hoeveel kost dat, die energieneutrale status? En wie moet dat betalen?
Het artikel focust op de stad en op het gemeentebeleid. Die hebben een belangrijke rol die tot nu toe in Rotterdam wordt ontkend. Hoe de hele maatschappij de energietransitie realiseert is een andere vraag. Ik zie veel grote bedrijven al een slag maken, bijvoorbeeld Unilever en Eneco. En de bestaande fossiele industrie? Op den duur verliezen die de slag om het kapitaal en de werknemers. Maar dat is dus een heel ander verhaal.