Hoe ziet het onderwijs er in 2037 uit? Onderwijsspecialist en Rotterdammer Ronald Buitelaar dacht een gedetailleerd scenario uit waarin scholen weer zelf aan het roer staan en Rotterdammers meedenken over het onderwijs in hun stad.
‘Wie mij in 2017 verteld had dat het Rotterdamse onderwijs zich zó zou ontwikkelen, had ik voor gek verklaard. Dat het roer in twintig jaar tijd zo radicaal om is gegaan was in die tijd ON-VOOR-STEL-BAAR’. De voorzitter van het Rotterdams onderwijsparlement benadrukt elke lettergreep om de Vlaamse journaliste duidelijk te maken hoe bijzonder de afgelopen twintig jaar waren. ‘En nu wilt u natuurlijk weten hoe het Rotterdamse onderwijs erin geslaagd is om zijn achterstandspositie om te buigen in een voorloperpositie. Ik zal het u vertellen’.
‘Onze stad steekt al lange tijd veel energie én geld in het bestrijden van onderwijsachterstanden, maar steeds bleven structurele effecten uit.
Al 2 reacties — discussieer mee!
Een prachtige wensdroom, die ik met veel plezier gelezen heb. Maar:
1. het zal zeker nog tien jaar duren voordat D66 en GroenLinks überhaupt zullen toegeven dat de nu óók door hen geheiligde ‘privatisering’ en ‘liberalisering’ van schoolbesturen ondoelmatig en verkwistend is, en zij bereid zijn de geldstroom te verleggen; op dit moment tonen hun voorlieden niets van bereidheid desaangaande;
2. zoals bekend zijn leraren de aller-, allerbelangrijkste binnenschoolse factor die de kwaliteit van het onderwijs bepaalt; in de mooie toekomstdroom wordt juist aan die factor weinig gedaan; behalve dan ‘de beste leraren lokken’ uit de rest van Nederland; dat lijkt me niet de bedoeling voor de rest van Nederland; wie bekwamer, hoger gekwalificeerd personeel wil, ontkomt er niet aan het beroep aantrekkelijker te maken en nee, dat gaat niet met een leuk ‘parlement’;
3. vanuit leraarperspectief bekeken verandert er in de toekomstdroom niet zoveel; tot voor kort was ‘Den Haag’ (of zelfs: ‘Zoetermeer’) de grote bemoeial, goddank op veilige afstand; nu zijn de schoolbesturen dat, goddank op een afstand die kleiner is maar nog niet op je lip; straks worden dan de ‘parlementen’ van (sommige) collega’s, ouders, leerlingen, voorlieden uit de samenleving dat: bemoeials van zeer nabij. De goede, ervaren leraar die niét met de van parlementswege verplichte iPad wil werken, die niét aan de modieuze hoorcolleges wil, die niét leerstijlgericht wil instrueren, die pakt dan dus zijn biezen. Of hij nu van de verre hond of de nabije kat gebeten wordt.
4. dat technologische permanente-feedbacksysteem: ik zeg éérst in Drente uitrollen, als proef, en slechts invoeren als het daar succesvol en kinderziektenvrij blijkt te wezen. Wat ik niet zomaar geloof, namelijk.
Ha Hannes,
Fijn dat je de discussie opent, want dat is precies het doel van dit stuk: debat, debat, debat. Jij stipt terecht een aantal zaken aan die anders zouden kunnen en zelfs moeten en ik weet wel zeker dat er nog tal van aanscherpingen en nuanceringen te maken zijn. Zo zou ik zelf graag door fantaseren over zoiets als een onderwijsacademie waar je niet alleen leraar kunt worden, maar je ook kunt specialiseren in bijvoorbeeld onderwijsondersteunende beroepen. Het onderwijs heeft namelijk al genoeg generalisten. We hebben ook specialisten nodig. Kortom, dit gaat inderdaad, je zegt het zelf, over een wensdroom. Maar wel een die het onderwijsdebat verder op gang wil helpen.