Architect en onderzoeker Harmen van de Wal ziet een nieuwe toekomst weggelegd voor grote wooncomplexen in de stad. Met zijn publicatie Privacy Script geeft hij alvast een voorzet. “Hoogbouw heeft volop sociaal potentieel, maar om het optimaal te benutten is meer kennis en onderzoek nodig.”
Neem een geslaagd voorbeeld van een Rotterdams woongebouw met meerdere appartementen in gedachte. Misschien denk je aan het Timmerhuis of De Rotterdam van OMA, de Lijnbaanflats van Maaskant of Brinkmans Justus van Effenblok. Dikke kans ook dat je een heel ander gebouw voor ogen hebt. Eén dat wellicht minder spraakmakend en wereldberoemd is, maar gewoon heel fijn is om in te wonen.
De RVS-flat in Rotterdam-West komt waarschijnlijk niet als eerste in je op. Als solitaire hoogbouw staat het elf verdiepingen tellende complex uit 1958 tussen bouwblokken van vier tot zes etages hoog. De kopse kant grenst aan de Beukelsdijk, de balkonzijde aan een collectieve tuin die door een brede singel van de openbare weg is afgescheiden. Ondanks zijn hoogte oogt de flat bescheiden en onopvallend, in ieder geval niet als het toonbeeld van hoogwaardig wonen in de stad. Daar denkt architect en onderzoeker Harmen van de Wal anders over.