Een kwarteeuw geleden was hotel New York een gewaagde onderneming, herinnert Stefaan Vanderstappen zich. Een die van de Maas weer een levensader maakte, die de stad verbindt in plaats van verdeelt.

Voor we het restaurant verlaten, kan ik niet laten om nog even met mijn neus boven de oesterbar te hangen. Diep haal ik adem. Ik snuif de geuren van kokkels, scheermessen en zeekraal tot in de diepste poriën van mijn neus. Mijn dinergezelschap port in mijn rug, ze geven me een zetje richting uitgang. Ze willen het niet meemaken dat ik als toetje nog een paar oesters naar binnen slurp.
Vanavond staat het geluk aan onze kant. We confisqueren de laatste vrije strandstoelen op het grasveld op de kop van de pier. Schuin aan de overkant zal de oranjekleurende zon zich zo te rusten leggen. Dat heeft ze verdiend nadat ze ons de hele dag met haar weldadige warmte heeft bediend. Het Maaswater klotst tegen de kade. Een forse tanker vaart onze kant op. De motor sputtert en stottert. Hij moet er flink aan trekken om zich tegen de stroom in te laveren. De watertaxi’s daarentegen boren zich schijnbaar moeiteloos door de golfslag. Boven ons krijsen tientallen meeuwen.
Al één reactie — discussieer mee!
Maar dat is toch juíst het ding met de ‘verjupping’ .. dat geld komt vaak juist niet bij de kleine ondernemer of minder bedeelde inwoners vd stad terecht… dat geld blijft circuleren in andere segmenten. Dus uiteindelijk profiteert er altijd een bepaalde groep van de ‘verjupping’ en dat zijn vaak de juppen zelf.