Hij wordt genoemd als de meest actieve stadsdichter ooit. Deze week sluit Derek Otte de twee jaar af met de presentatie van zijn derde bundel, die zijn stadsgedichten omvat. Jelena Barisic sprak hem over wat deze periode teweeg heeft gebracht.
“Wit is vrije tijd.” In een koffiezaak op de West-Kruiskade laat Derek Otte (30) zijn weekagenda zien op zijn telefoon. Tussen alle meetings, optredens, interviews, het lesgeven en zijn verplichtingen als stadsdichter – voor elke categorie een andere kleur – zijn inderdaad een paar witte vlakken te zien. Dertig minuten hier, een uurtje daar: meer tijd om te rusten is er niet.
Die drukke planning is een beetje zijn eigen schuld, geeft de Rotterdammer toe. “Toen ik benoemd werd als stadsdichter had ik ervoor kunnen kiezen om alleen de zes verplichte gedichten per jaar te schrijven, maar zo zit ik niet in elkaar. Het stadsdichterschap heeft me een kans geboden om een nieuw publiek te bereiken, om in gesprek te gaan met mensen buiten mijn eigen bubbel, om onderwerpen te agenderen die ik belangrijk vind. Daar wilde ik het maximale uit halen.”
Extra trots is Otte op het project ‘Er zal eens…’, een verhalenwedstrijd voor Rotterdamse vmbo- en mbo-scholen, die hij samen met letterenplatform Passionate Bulkboek organiseerde. Leerlingen kregen de opdracht om in verhaal- of dichtvorm na te denken over de toekomst van Rotterdam. De resultaten werden gebundeld in een boek. “Ik vond het belangrijk dat vmbo- en mbo-leerlingen ook creatief met woorden aan de slag kunnen, omdat de ervaring leert dat zij vaak een negatief zelfbeeld hebben. Taal kan ze nieuwe perspectieven bieden en ze op andere manieren na laten denken over hun omgeving.”
Al één reactie — discussieer mee!
Wat een held. Wat een held!
Wat ik me afvraag: valt de bijdrage van Derek ook onder de kritiek van cultuurcriticasters? Zijn er mensen die een hekel hebben aan deze maatschappelijke toevoeging?* Dit is trouwens niet retorisch bedoeld. Ik ben gewoon benieuwd of het enkel een idee in mijn hoofd is dat Derek het voor alle gremia goed gedaan heeft, of dat dat slechts mijn witte/hoogopgeleide/linkse/provinciale/masculiene/west-is-best (doorstrepen wat niet van toepassing is) bubbel is.
*ja, Maurice Meeuwissen, maar dat telt niet mee hoor, die is af.