Voor de grootscheepse vernieuwing van Museum Boijmans van Beuningen moet ook de jongste vleugel van het gebouw waarschijnlijk wijken. Vers Beton sprak de Vlaamse architecten Robbrecht en Daem, die nog geen 20 jaar na de oplevering van hun werk, door de sloopplannen overvallen worden.

Hoewel de asbestsanering inmiddels is gestart, zijn de verbouwplannen nog allerminst uitgedokterd. Op 20 december 2018 besloot de raad €223,5 miljoen uit de gemeentekas vrij te maken voor asbestsanering en een flinke verbouwing van het Museum Boijmans van Beuningen. Vanaf eind mei sluit het museum helemaal en in 2020 begint de verbouwing. De museumdirectie en gebouweigenaar (de gemeente Rotterdam) zijn intussen in volle gang met hun onderzoek naar het aanpassen van het gebouw. Zij menen dat de entree van het museum aan de binnenplaats ‘moeilijk vindbaar en zo gesloten is dat het doet denken aan een gevangenis’. Daarom moet de laatste uitbreiding plaatsmaken voor nieuwbouw die tegelijkertijd ‘eerherstel voor Van der Steur en Bodon’ zou moeten bewerkstelligen.
Al 4 reacties — discussieer mee!
Goed stuk, Teun! Het interview maakt duidelijk dat Robbrecht en Daem terecht ontdaan is over de voorgestelde sloop.
Los van het bezwaar van kapitaalvernietiging, vind óók ik dat de sloop afbreuk doet aan de gelaagde bouwgeschiedenis én intrinsieke waarde van deze uitbreiding. De ‘Robbrecht/Daem-schil’ voldoet uitstekend aan de eisen van een intieme & verrassende kunstbeleving, zoals de opdracht destijds ook was – inderdaad aansluitend bij de kwaliteiten van de oudbouw van Van der Steur. Dit blijkt bijvoorbeeld (nu nog tot dit weekend) bij de WO2-tentoonstelling.
De tentoonstellingszaal aan de straatzijde, waarvoor de opdracht oorspronkelijk was op voorbijgangers gerichte projecten te presenteren, heeft nooit de kans gekregen die functie te vervullen.
Ten slotte: Wat betreft routing (‘we kunnen de ingang niet vinden’, ‘het museum is een labyrint’) zijn er intelligentere oplossingen te bedenken dan sloop van de laatste uitbreiding.
Ik weet niets van architectuur, maar ik weet wél dat ik die vleugel altijd spuuglelijk vond (en vind). Voor mij detoneert ie enorm bij de rest. En hij is vaag. Supervaag. Wat is dat ding? Ik ben er ook nog nooit geweest, behalve ergens bovenin, na een enorm doolhof doorkruist te hebben. Alle principiële discussies ten spijt, zal ik er geen traan om laten. Doei.
PS “Door tegenvallers in de uitvoering zoals een failliete aannemer, bezwaren van bewoners tot aan de rechtszaal toe en technische problemen, was de uitbreiding pas in 2003 klaar.”
Sommige dingen veranderen nooit he? 😉
De huidige entree van Boymans is een zooitje. De zgn. binnentuin waar je langs moet is een stenige omgeving, waar ik zelden iets aansprekends heb gezien. Als je dan links de echte ingang van het museum ingaat kom je in een onoverzichtelijke en slecht verlichte ruimte, waar het zooitje van de omhoog getrokken kledingstukken de eerste blikvanger zijn. Als je dan een kaartje hebt gekocht – bij een kassa zonder een duidelijke wachtrij – moet je zoeken waar de ingang van de tentoonstelling is. Nergens behoorlijke verlichting, nergens heldere looplijnen en uiteindelijk moet je een onduidelijk in de ruimte hangende trap op als je naar de actuele hoofdtentoonstelling wilt. Hoe je vanuit die betonnen rommelige “ontvangst” hal naar de vaste collectie moet komen is iedere keer weer een raadsel.
Ik kom geregeld in binnen en buitenland in musea en Boymans is een van de meest onoverzichtelijke musea die ik ken, met een lelijke en rommelige, slecht verlichte entree. Als dat deel sneuvelt en het nieuwe Boymans een licht en overzichtelijk museum wordt met heldere looplijnen, een logische plaats voor de kassa’s en een behoorlijke garderobe dan zal ik dat alleen maar toejuichen.
Ik ben dan ook geen architect, maar “slechts” een gebruiker. En als gebruiker heb ik niet zo veel met die bozige en teleurgestelde reacties van architecten die hun ontworpen vorm blijkbaar belangrijker vinden dan de functionaliteit ervan. En dan blijkbaar ook nog en schadevergoeding kunnen eisen als dat wordt gecorrigeerd. Iets meer aandacht voor de bezoeker zou ze sieren.
akkoord, ook ik was geen grote fan van de uitbreiding, en ik vind ook de huidige entree niet geweldig. ook dat plein, bedoeld als een beeldenplein, zo heeft het ook even dienstgedaan, vind ik meestal onaantrekkelijk.
dat neemt niet weg dat het onnodige kapitaalvernietiging zou zijn om (gedeeltelijk) te slopen. want de zalen zijn op zich voldoende bruikbaar. ook is aantrekkelijk dat wat er ín het gebouw gebeurt op straat zichtbaar is.
een sterk argument is ook dat de geschiedenis zichtbaar moet blijven. het museum is al een geheel van heel verschillende delen en bouwstijlen. dat heeft ook zeker zijn charme. ga er dan creatief mee om.
en als laatste dient er natuurlijk te worden overlegd met de belgische architecten.