1. De Rhoonse Grienden en Het Klein Profijt
Laatst hoorde ik voor het eerst de term ‘schaamgroen’: boompjes en kleine niksige perkjes langs straten of op parkeerplaatsen die meegeteld worden om de groenquota maar te halen. Een geliefde Rotterdamse bezigheid. Nee, naar echt groen is het in deze stad, en eigenlijk de hele regio, even zoeken.
Eén zo’n echt groene plek vind je net buiten Rhoon. De Rhoonse Grienden beslaan zo’n dertig hectare, begroeid met knotwilgen. Ertussendoor loopt een smal wandelpad. Afhankelijk van het jaargetijde loop je er tussen de vrolijk piekende wilgentakken of door een surrealistisch landschap van geknotte stompjes.