Tijdens Poetry International, dat op 13- 16 juni zijn 50-jarig bestaan viert, neemt directeur Bas Kwakman na zestien jaar afscheid. Vers Beton sprak met hem over zijn vertrek, Rotterdamse dichters en zijn boek ‘In Poëzie en Oorlog’.
Om maar gelijk met de deur in huis te vallen: waarom stop je als directeur van Poetry?
“Het is een pittige baan, directeur van een festival zijn. Dat vraagt je volle inzet. Terwijl ik zelf in de loop der tijd steeds meer de behoefte kreeg om me op inhoud te richten, kreeg het festival steeds meer behoefte aan een zakelijk leider; een manager. Dat ben ik jaren geweest, maar het paste me steeds minder goed. Ik heb nog een tijd geprobeerd om zowel het zakelijke als het inhoudelijke naast elkaar te doen, maar dat werd te veel. Je zou kunnen zeggen dat ik een beetje moegestreden ben. Ik kreeg een koppijn die niet meer wegging en ik wist dat het daaraan lag. Ik concludeerde: 16 jaar lang, 70 uur per week op de barricades staan voor de poëzie is geweldig geweest, maar het is tijd dat iemand anders het gaan doen. Ik heb het festival goed door een moeilijke tijd geloodst. Dat vind ik een mooie erfenis om aan iemand over te dragen.”
Het festival kondigt dit jaar een koerswijziging aan: van dichtersfestival naar publieksfestival. Hoe kijk je daar tegenaan?
“Toen ik in 2003 begon, werd onze programmeur Erik Menkveld geïnterviewd. Hem werd gevraagd wat hij hoopte en verwachtte van de nieuwe directeur. Hij zei toen: ‘ik hoop dat hij totaal andere dingen gaat doen. Dat mag zelfs zo ver gaan dat ik me er kapot aan erger. Het is belangrijk dat er iets totaal nieuws gebeurt, dat is goed voor het festival.’ Dat is hoe ik er nu ook over denk: laat ze vooral ontwikkelen, veranderen.”
Nog geen reactie — begin de discussie!