De noodzaak om bomen te planten in de strijd tegen de klimaatcrisis is groter dan ooit. Tegelijkertijd liggen de straten nu vol met afgedankte wegwerp-kerstbomen. Geert van Emden en Berend van Zanten opperen vier ideeën voor een decembertraditie waarbij bomen niet als afval overblijven.
Tradities zijn belangrijk voor de overdracht en doorontwikkeling van cultuur, maar ze veranderen ook door de jaren heen. Soms met negatieve gevolgen: de ‘kerstboom’ vindt zijn oorsprong bij de Germanen, die het lengen der dagen en de komst van de lente vierden met een midwinterfeest. Bomen die in de winter nog steeds groen waren stonden symbool voor vruchtbaarheid en een nieuw begin.
Decennia later is de kerstboom nog steeds in trek. Elk jaar kopen miljoenen huishoudens in Nederland tijdens de kerst traditiegetrouw een kerstboom. In 2020 volgens schattingen zo’n 2,5 miljoen. Maar bijna alle bomen eindigen na drie weken plezier gewoon op straat.
Deze kerstbomen – die gemiddeld zes tot tien jaar groeien – worden vanuit landen zoals Duitsland, Polen en Tsjechië naar Nederland vervoerd en na de feestdagen meestal verbrand. Dat zorgt voor flink wat CO2-uitstoot en staat daarmee haaks op het klimaatakkoord om de opwarming van de aarde tegen te gaan.
In het kader van het klimaatakkoord heeft de overheid, het ministerie van Landbouw, Natuur en Visserij, de ambitie in tien jaar tijd 37.000 hectare nieuw bos te maken. Dat is een groter oppervlak dan de gemeente Rotterdam. Het jaarlijks omhakken en kort daarna weggooien van miljoenen kerstbomen, past hier niet bij.
Al één reactie — discussieer mee!
Helemaal mee eens!
Trouwens: “Decennia later is de kerstboom nog steeds in trek.” > maak daar maar millennia van.