Frustratie, verveling, gebrek aan perspectief of je laten meeslepen door de massa: wat drijft jongeren ertoe te gaan rellen en plunderen? “De redenen waarom iemand overgaat tot dit soort gedrag verschilt per individu. Dat maakt criminologie, en de duiding ervan, zo ingewikkeld.”
De gemeente, ondernemers en buurtbewoners zijn gelijk begonnen met het opruimen van glasscherven en losliggende bakstenen. Toch ligt de Beijerlandselaan in Feijenoord er verslagen bij op de dag nadat een groep relschoppers grote vernielingen aanrichtte. De plunderingen zijn als een doodsteek voor veel Rotterdamse ondernemers, die het toch al moeilijk hebben. Wat is er met deze jongeren aan de hand?
Jeroen van den Broek sprak de afgelopen week veel met jongeren om te voorkomen dat ze zich aansluiten bij de harde kern van relschoppers. En om ze een hart onder de riem te steken. Van den Broek is criminoloog aan de Erasmus Universiteit, waar hij onderzoek doet naar de online straatcultuur en jeugdcriminaliteit. Over de telefoon vertelt hij hoe hij de opstanden van de afgelopen weken ziet: “Iedereen is klaar met de coronamaatregelen. Ikzelf ook. Er is een klein groepje jongeren dat gebruik heeft gemaakt van het momentum van onrust, ontstaan in de ontevredenheid die er al was.”
“Maar”, zegt van den Broek, “er is een hele grote groep jongeren die hun frustratie niet op deze manier gebotvierd heeft. Juist voor hen is het klote als we ze nu met die relschoppers over één kam scheren. Die negatieve aandacht voor een kleine groep raddraaiers verhindert een constructief gesprek over de belangen van jongeren in de coronacrisis.”
Veel jongeren zoeken normaal hun verbinding met anderen op straat. Dat valt, na veel andere dingen, nu weg. Volgens van den Broek wordt er te weinig naar jongeren geluisterd. “Het feit dat de scholen dicht zijn terwijl er nog mensen op kantoor zitten bewijst dat de belangen niet in alle opzichten evenredig worden behartigd.”
Nog geen reactie — begin de discussie!