De boodschap van burgemeester Aboutaleb om mensen die rellen filmen te laten vervolgen voor opruiing is een gevaarlijke stap in het inperken van de vrije informatievoorziening in Nederland, betogen Romy van Dijk en Eeva Liukku.
Wie vrijdagavond 19 november op zijn social media tijdlijn keek, begreep meteen waarom er boven Rotterdamse wijken rondom het centrum helikopters cirkelden. Het was die avond even geen goed moment om nog wat vrijdagavond inkopen te gaan doen in de binnenstad. Wat begon als een anti-corona demonstratie mondde uit in wat nu bekend staat als de Coolsingelrellen van 2021. Duizenden mensen kwamen samen, stichtten brandjes en richtten hun woede vooral op de politie, die vervolgens met scherp heeft geschoten.
In de commissievergadering Veiligheid en Bestuur beantwoordde de korpschef en burgemeester Aboutaleb, als voorzitter van de veiligheidsdriehoek, vragen over de veiligheidsaanpak die avond. Aboutaleb vertelde hier iets wat hem dwars zat. Er was die avond een persoon aanwezig die de rellen aan het filmen was. De burgemeester zei daarover: “In ons huidige stelsel beschouwen we dat als journalistiek werk, maar ik ben er klaar mee, voor mij is het opruiend.” Hij gaf aan dat hij ons rechtsstelsel op dit punt “een tikkeltje naïef” vond en hij riep daarom de Tweede Kamer en de nieuwe regering op om via een spoedwet de politie meer bevoegdheden te geven om dit aan te kunnen pakken.
De redenatie is dat personen die live verslag doen op social media van dit soort rellen meer mensen naar de rellen kunnen lokken. Het filmen kan zo een opruiend effect hebben. Is een opruiend effect hetzelfde als opruiing? En is dit dan een reden om al het filmen te verbieden?
Nog geen reactie — begin de discussie!