In dit eerste deel van de serie Volg de belofte analyseert Jiska Engelbert de aanloop naar de wijkraad-kandidaatstellingen. Ze ontdekt wie vooral verantwoordelijkheid voelen voor het slagen van het nieuwe bestuursmodel. En waarom ‘politiek’ rondom de wijkraden zo’n vies woord is geworden.
De aanloop naar 17 januari, de uiterste aanmeldingsdatum voor wijkraad-kandidaten, toonde maar weer eens hoe gespannen de relatie tussen politiek en ambtenarij in Rotterdam is.
Zo vroeg de voorzitter van de Rotterdamse VVD-fractie begin december een actualiteitendebat aan over het ‘ronselen van wijkraadsleden door de ambtenarij’. Want, schrijft fractievoorzitter Lansink-Bastemeijer, ‘wij ontvangen verontrustende signalen dat ambtenaren in dienst van de gemeente actief mensen in hun eigen netwerk aansporen om zich kandidaat te stellen. Daarmee ontstaan straks mogelijk wijkraden met conflicterende belangen tegenover de ambtenarij, waarvan zij een tegenmacht moeten zijn’.
Het VVD-verzoek leidde uiteindelijk tot een kort debat op 16 december en tot brede steun voor de motie Wijkraden voor iedereen (ingebracht door VVD, D66, CDA en Leefbaar Rotterdam). Die motie zet de Rotterdamse ambtenaren stevig terug in hun hok: zij mogen onder geen beding deelnemen aan wat in de motie ‘aselecte benadering’ werd genoemd. Dat betekent zoveel als ‘op de persoon gerichte oproepen vanuit het ambtelijk apparaat en het faciliteren in het organiseren van bijvoorbeeld ondersteuningsverklaringen’.
Al één reactie — discussieer mee!
Ik gooi deze er nog maar even in. http://Www.pedeng.nl/gericht
Vanaf juni 2021 ben ik lid van de Wijkraad Feijenoord als zij-instromer en daarvoor zette ik me als actieve bewoner in voor de vorming van de jeugd in mijn wijk. Ik heb me niet herkiesbaar gesteld. Vier jaar vechten de bierkaai van het Rotterdamse beleidsapparaat ga ik niet trekken.
Met mijn inzet voor de wijk heb ik veel te maken met het Timmerhuis; juist op het sociaal domein zou je een grote Rotterdammergerichtheid verwachten en sensitiviteit voor wat onder burgers en in de wijken leeft. Maar misschien laten die er wel het meest bij zitten. Wie van het Timmerhuis iets wil stuit al snel op de man met de hamer.