Onze columnist Marco Martens zag met de verkiezingen de eerste voortekenen van een nieuwe variant: de mens wordt milder. “Dat het anders kon, voorzagen we nog niet in die tijd”.

Ik weet nog waar ik was toen ik het las. Met de slappe straal water uit de kraan op de vierde verdieping van ons kantoorpand aan de Delftsestraat maakte ik een emmer sop om de urine van onze buitentrap en voordeur te spoelen. Ik pakte mijn telefoon tijdens het wachten. RTV Rijnmond meldde het nieuws over de mildere variant. Voorzichtig durfden we de pandemie voorbij te kijken.
Het eerste geval van deze minder schadelijke variant werd op de Coolsingel aangetroffen. Ze glipte het stadhuis in en ze raasde door de raadszaal. Even hield men daar de adem in, maar de voorzichtige voorspellingen bleken juist: de mens werd milder.
De eerste tekenen daarvan werden zichtbaar in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen. Zo vond ik het een mooie stap van burgemeester Aboutaleb dat hij tijdens een persmoment excuses maakte voor het spierballenbetoog dat hij een jaar eerder hield, daags na de avondklokrellen op de Beijerlandselaan. Hij had gevoeld een statement te moeten maken maar sloeg de plank mis, gaf hij toe. Nog immer keurt hij het rellen af, maar hij zei te begrijpen dat het gedrag op deze dag niet los gezien kan worden van sociologische en sociaal-economische oorzaken. Hij beloofde beterschap op dat gebied.
De deurpisser had overigens geen bescheiden blaas, er was een tweede emmer nodig. Rijnmond berichtte over de wachtlijsten bij onze Rotterdamse GGZ-instanties. Ook dat kunnen we ons nu niet meer voorstellen. Het was de mildere variant die de voltallige ambtenarij besmette. Het leidde tot groepsimmuniteit voor verstikkende protocollen en de borging ervan. Zorgwethouder Christine Eskes zag haar kans schoon ons systeem te hervormen. De wachtlijsten slonken en zelfs voor Maurice Meeuwissen werd een traject gestart.
Nog geen reactie — begin de discussie!