Columnist Marco Martens woont sinds enkele nieuwsberichten weer op het Zuid van de geweldsincidenten: “De impuls om dan te vluchten begrijp ik”.
Een buurman plaatste een linkje naar een nieuwssite in de groepsapp. Ruim tien jaar woon ik nu op Zuid: de eerste jaren was het rustig, maar de laatste jaren nam het aantal linkjes in de buurtapp toe. Veelal betrof het artikelen over geweldsincidenten die hebben plaatsgevonden in de straten rond mijn huis: de jonge vader die op het terras om de hoek van dichtbij door zijn hoofd geschoten werd, de man in de middenberm van de Oranjeboomstraat en nu dus de man in de witte hoodie die van dichtbij doodgeschoten werd op de kruising die ik dagelijks oversteek.
Afgelopen maand verbleef ik even in Parijs. Ik huurde een appartement aan Rue Bichat. Toen ik op Google Maps de omgeving verkende, zag ik dat concertzaal Bataclan slechts een kilometer verderop zat. Ik dacht terug aan de beelden van de vluchtende concertbezoekers die op tv verschenen. Ik was was lang niet meer in Parijs geweest: vage herinneringen aan de Eiffeltoren en de Arc de Triomphe hebben plaatsgemaakt voor de haarscherpe beelden van mensen in paniek. Het zijn de meldingen die ons beeld kleuren, maar ook de meldingen die we te makkelijk wegklikken.
Nog geen reactie — begin de discussie!