Bij de gemeenteraadsverkiezingen in maart stemden de Rotterdammers twee nieuwe, progressieve partijen het Stadhuis in: Volt en BIJ1. De één wil de verhoudingen in de raad lijmen, de ander blijft het liefst zo ver mogelijk van de gevestigde politiek vandaan. Nigel van Schaik sprak ze tussen de verhuisdozen op de Coolsingel.
Op 16 maart was de ontlading het grootst bij de nieuwkomers van BIJ1. Tegen hun eigen verwachtingen in kwam de partij de raad binnen met twee zetels. Het is een partij die heftige reacties oproept, met een uitgesproken houding en radicale standpunten. “Mensen houden van ons of haten ons. Er kwam tijdens de campagne zo’n hoop stront over ons heen dat het lastig was de lichtpuntjes te blijven zien. Ik dacht alleen maar: het gaat hier niet lukken”, vertelt lijsttrekker Mieke Megawati. “Je maakt lange dagen en krijgt er doodsbedreigingen voor terug. Dat soort dingen wennen, maar je hebt een hele dikke huid nodig.”
Inmiddels begint de uitslag en de opdracht voor de komende jaren in te dalen, ook bij Megawati’s fractiegenoot Michantely de Jong. “We zijn het verschuldigd aan alle mensen die zo hard hebben gevochten om ons hier te krijgen, om tastbare resultaten te laten zien.” De twee willen de komende jaren als linkse en intersectionele waakhond dienen in de Rotterdamse raad.
Al één reactie — discussieer mee!
Het is opvallend dat er voor kiezers die vinden dat populistisch rechts in een cordon sanitaire thuishoort, slechts maar één politieke partij is.